Fatima-Muxia 2023

13-03-2023

Weer ongerwaeg

13-03-2023

Vertrek

Door Corona en een operatie, is het weer enkele jaren geleden dat ik nog een pelgrimstocht heb gelopen.

In 2019 liep ik samen met Rúna mijn wandelmaatje uit Ijsland het Olavpad dwars door Zweden van Sundsvall aan de Botnische golf naar Trondheim in Noorwegen. Een prachtige tocht was het.

Nu ga ik naar Portugal om daar de Camino Portugese te lopen van Fatima naar Santiago de Compostela en dan verder naar Fisterra em Muxia. Het was de bedoeling dat ook nu Runa mee zou lopen, maar jammer genoeg zal ik alleen moeten gaan omdat Rúna last van haar knie heeft en dit niet aan durft. Ik begin in Fatima, waar ik de eerste dagen de Camino Ruta Carmelita zal volgen om dan in Coimbra op de Camino Portugese verder te lopen. Donderdag 16 maart a.s vertrek ik en hoop op vrijdag 17 maart te beginnen met lopen. Een ding is zeker: ik heb er enorm veel zin in.

 

 

 

velen wegen heb ik afgelegd

bergen en valleien doorkruist

van oost naar west

van noord naar zuid

als ik de vrijheid om mezelf

te zijn niet heb ontdekt

ben ik nergens aangekomen

 

16-03-2023

Fatima

Donderdag 16 maart

 

Start.

 

Vandaag  de grote dag. Na een wat onrustige nacht sta ik om half acht onder de douche. Thea zorgt intussen voor de koffie en haalt beneden de krant.  Dagelijks ritueeltje:ontbijten,krantje en puzzels in de krant maken.

Hierna gaat Thea douchen en ik doe de laatste spullen in mijn rugzak. Check nog even waar ik de insuline heb gestopt en dan gaat hij dicht. 10 kg oppe poekel! We zullen zien hoe het morgen met lopen gaat. Ken nog altijd ongerwaeges uns get kwiet waere!

Om kwart over elf vertrekken we naar Eindhoven waar Thea om kwart over twaalf de auto parkeert op het kort verblijfdek "Kiss en Ride",

We eten een hapje en dan neem ik met een brok in mijn keel afscheid. Ik zal het de komende tijd zonder haar moeten doen. Een laatste zwaai en ik ben weg. Bij de bagagescan vertel ik dat ik in mijn rugzak medische spullen heb die niet door de scan mogen. Bij elkaar bijna een half uur zitten te klooien. Uiteindelijk, als alles weer zit waar het moet zitten, loop ik richting gate-1 vanwaar we vertrekken. Wachten duurt soms lang,maar om kwart over drie stap ik aan boord  bij Transavia. Mijn rugzak past maar net in het bagagerek.

Een stewardess komt informeren naar de medische bagage die ik had opgegeven. Ze vroeg wat ik bij me had en waar het in zit. Uitgelegd dat dit allemaal in de rugzak opgeborgen zit. Dat was verder oke. Klokslag kwart voor vier vertrekken we naar Lissabon. Een vlucht van twee uur en  vijfenveertig minuten, Dat betekent dat we rond half zes Portugese tijd  in Lissabon zijn. Zal geen probleem moeten zijn om de bus van zeven uur vanavond naar Fatima te halen.

In Lissabon is het miezerig grijs weer. Wat even later overgaat in een fikse regenbui. Een taxi brengt me naar de busterminal, vanwaar de bus naar Fatima vertrekt. Stipt 19.00u vertrekt die. Miense van de klok! Anderhalf uur later arriveer ik bij mijn overnachtingadres in Fatima: hospederia Sao Jorge. Nog wat eten, effe appen met Thea en vlug naar dromenland. De rape gaar!

17-03-2023

Fatima-Ourem

Fatima  naar Castelo Ourém  12 km

 

Fatima

Vandaag begint de dag met een flinke plensbui. Maar goed dat ik nog een hele morgen voor me heb, want ik kom net uit bed. Rond acht uur ben ik weer het menke. Fris en glad geschoren eet ik mijn ontbijt ,dat ik nog van huis had meegenomen. Om negen uur ga ik naar beneden en vraag of mijn rugzak ergens kan staan tot 12 uur. Dèt ken, hoof ich dae gelukkig neet mij te sjleipe want ik ga eerst Fatima bezoeken. Eenmaal buiten, het is gelukkig droog, is het eerste natuurlijk een lekkere bak koffie. Dae heb ich gemis biej mien fruhstuck. Dan ga ik naar het enorm groot heiligdom van Maria. Maar voor ik naar de kerk wandel, steek ik eerst buiten een drietal kaarsen aan. Kaarsen voor een speciale gedachtenis. Dan laat ik mijn credential afstempelen en ga omhoog nar de kerk. Het is een kerk van grote eenvoud, zonder ook maar enige kitsch. Wel mooi maar ook heel eenvoudig zijn de graven van de 3 herderskinderen Francisco, Lucia en Jacinta. Vervolgens loop ik het grote plein voor de kerk over om naar het museum van de Rosário te lopen. Dit museum ligt tegenover de grote pelgrimskerk die ik later nog bezoek. Een mooi museum met rozenkransen in allerlei uitvoeringen. Zo zijn er verschillende die eens bezit waren van een of andere paus. Ook liggen hier verschillende kapellen en dit alles onder de grond.

Inmiddels is het tijd om een hapje te gaan eten. En daar hoef je niet voor te zoeken. Eettentjes meer dan genoeg, evenals souvenirwinkels. Mer die laot ich links ligke, de rugkzak is mich sjwaor genog. Het eten smaakt me goed en ook nog eens spotgoedkoop. Als ik mijn rugzak ga ophalen is het half een en tijd om te vertrekken voor de eerste dag.

 

Ongerwaeg

Om Fatima uit te komen is het even zoeken. Maar al snel heeft Mary, mijn “routebegeleidster van het gps”,het juiste spoor te pakken op komoot. Het zal de hele tocht alleen maar op en af gaan met soms enkele pittige kuitebijters. Droog blijft het ook niet. Na een half uur lopen, sta ik al te schuilen. Ben blij als ik Fatima uit ben want langs grote wegen lopen is niet mijn ding. Ik loop door bossen, over heuvels, door olijvenboomgaarden en maar steeds op en af. Bij een kleine kerk pauzeer ik. Velt neet met dae zjwaore rugkzak oppe poekel. Maar het is natuurlijk ook weer wennen. Als ik hier weer net wil vertrekken, begint het weer te ziemelen. In de verte zie ik boven op een heuvel mijn einddoel voor vandaag liggen. Zal nog een fikse klim worden,denk ik zo.

Ongerwaeg laten de honden zich ook horen. Gelukkig zitten de meeste achter een hek of muur. Een enkele kleine keffer waagt het om achter me aan te komen. Ik kom aan bij het zwaarste loodje van de dag. Behoorlijk steil gaat het de hoogte in en dat ook nog over een oude keienweg. Voor de variatie regent het weer, maar mijn paraplu doet goed werk. Helemaal boven kom ik aan bij het Castelo waar ik volgens Mary een fiks aantal trappen omlaag moet om bij mijn slaapplek te komen. Dit gaat ondanks de regen vlot en eenmaal beneden, sta ik voor de grote kerk met er voor verschillende kleine kroegjes. Bij een schiet ik naar binnen en bestel een lekker potje bier. Mijn bed staat iets verderop dus als het nodig mocht zijn kan ich euver de kneen dao haer.

Ik hou het toch maar bij die ene pint en zoek mijn kamer op in Casa do Castelo Ourem. Prachtig onderkomen, een heerlijke douche en vanavond hopelijk een lekkere glutenvrije maaltijd. Zo dit is voor vandaag met als afsluiting een haiku.

 

het oude zandpad

zijn duizenden voetstappen

lopen steeds verder

19-03-2023

Tomar

 

 

18 maart: Castelo Ourém - Tomar 24 km 

 

Een keiharde maar mooie dag

 

Vanmorgen zou om 08.00u mijn ontbijt klaarstaan. Maar wat er ook was, geen ontbijt! Daar sta je dan als diabeet en niks te eten. Als ik om half negen geen telefonisch contact kan krijgen, spreek ik mijn noodrantsoen maar aan. Een reep en een pakje chocomel, daar doen we het dan maar mee. Insulinetoevoer via mijn dialoopsysteem laat ik achterwege. Dat wordt me even te link.

Kwart voor negen ben ik weg, op weg naar Tomar.

 

Ongerwaeg

Wat ik gisteren allemaal omhoog moest, moet ik nu natuurlijk omlaag en dat gaat een stuk sneller. Eenmaal beneden loop ik via asfaltwegen, die op en af gaan, verder tot ik op een afslag van een grindpad van Mary de melding krijgt dat ik hier rechtsaf moet slaan.

Ik kom uit op een, wat later blijkt, fantastisch Gravelpad.

Dan gaat mijn telefoon en warempel het is de eigenaar van mijn slaapplek. Hij verontschuldigt zich voor het mislopen van mijn ontbijt. Tja, da’s mosterd na de maaltijd! Hoewel ik het wel waardeer dat hij de moeite neemt om te bellen. Na nog een excuus verbreekt hij de verbinding. Ik loop verder door een prachtig gebied met veel bloeiende brem in diverse kleuren en prachtige bloeiende bloemen. Via een klein stukje asfalt stuurt Mary me opnieuw een natuurgebied in. Een kop koffie is hier denk ik niet te vinden. Dan stopt een man op zijn tractor een meter of twintig voor me. Als ik hem wil passeren,knoopt hij een gesprek aan. Nou ja een gesprek? Och mit henj en veut en hiel väöl Si, kumse un hiel eind. Hij vraagt mij waar ik naar toe ga. Santiago, zeg ik. Ohhh São muitos quilômetros. Kiek en dèt versjtaon ich weer waal.

We babbelen nog wat en dan wijst hij mij op een weg die ver weg ligt maar goed zichtbaar is door zijn rode kleur. Daar loopt de camino. Oei en dat moet ik allemaal nog omhoog en het is al zo zwaar. We nemen afscheid en hij wenst me een Buen Camino. Ongerwaeg zien, levert toch sjoeëne gesjprekke op. Ik loop verder en verder en na een paar korte pauzes loop ik inderdaad op die rode weg.

Het is een mooi pad, maar steeds gaat het omhoog en omlaag.

Vermoeiend en met zulke inspanningen kijk ik toch wat vaker op de diabloop waar ik  de hoogte van mijn bloedsuikerspiegel kan aflezen. Bij een enorme rotspartij pauzeer ik. Tja,,väöl te aete heb ich neet, behalve een paar energierepen. Na deze pauze gaat het verder. Ondertussen begint het voor de de verandering weer eens te regenen. Maar goed dat ik vanmorgen mijn regenbroek heb aangedaan en de hoes over de rugzak. Heel raar die buien hier. Steeds van korte duur met daarna weer wat zon. Het pad loopt door veel olijfboomgaarden. Opeens hoor ik iemand roepen, "ola peregrino". Ik kijk, maar zie niet direct iemand. Dan komt een man tevoorschijn met een zaag in zijn handen. We raken aan de praat  en met een mengelmoes van Portugees, Duits en Engels hebben we een aardig gesprek. Het gaat voornamelijk over zijn olijfgaard wat veel werk is en weinig opbrengt. Twee jaar geleden had hij een topjaar, met een opbrengst van 250 liter olijfolie. Ik kan me niet voorstellen dat je hier van kunt leven, gezien het vele  werk dat hij heeft. Maar dat zegt  hij ook. Nu is het vooral takken eruit zagen  en maar hopen dat dan de oogst in november goed is. Als ik afscheid neem, zegt hij dat het naar het eerst volgende dorp nog  3 km is. Dat hoor ik graag.  Maar achteraf gezien is dit misschien wel het zwaarste stuk camino is dat ik ooit heb gelopen. En dat vertelt de beste man er niet bij!

Want een km verderop kom ik op dit "klote" pad uit.  Mary verteld me dat ik 1,5 km moet dalen. Maar het is geen pad meer, nee een geitenpaadje over spiegelgladde, uitstekende stenen en rotsen. Ook nog eens omringd door hoge struiken en  m.n. bloeiende witte brem . Bijna een  uur heb ik nodig tot dit pad over gaat in een brede gravelweg. Maar ja ook deze weg is geen meter vlak. Uiteindelijk kom ik in het eerste dorp ongerwaeg uit: Fungalvaz. Aan een jongeman vraag ik of er een bar en winkel is. Ich kós um waal om de nek vlege  want die zijn er wel. In de winkel koop ik 2 bananen, een flesje water en 4 pakjes yoghurt. Voor de prijs van…. 1.62 euro. Dao kense nach ens inkaupe doon. Aan de winkel vast ligt ook de bar. Ik bestel een lekkere cappuccino. Oog valt op het wielrennen dat op 1 van de 2 grote  schermen te zien is. Milaan San-Remo staat op.Effe kijken.

Na deze verdiende pauze stap ik op.

 

De muzikant

Ongerwaeg passeer ik weer  veel honden die gelukkig weer vast zitten of achter een muur zitten te blaffen. Het laatste stuk gaat over asfalt. Van veraf zie ik het beroemde aquaduct al liggen. Met ongeveer zes kilometer lengte en 180 bogen is het Aquaduct van Pegões één van de belangrijkste openbare werken van de 17e eeuw in Portugal. Ik vind een mooi uitzichtpunt en maak wat foto's. Een heel stuk verderop loop ik via een lompe trap naar boven. Hier zit een man te spelen op een voor mij totaal onbekend instrument.

Maar het klinkt zo mooi, zo rustgevend dat ik mijn rugzak af doe en geniet van deze prachtige muziek die hij eruit tovert. In mijn beste Portugees vraag of ik een stukje mag opnemen. Hij heeft er geen bezwaar tegen. Maar ik moet verder. Nog 2 km tot Tomar, mijn eindpunt voor vandaag. Maar eerst ga ik nog binnen bij het Convento de Cristo, dat net voor Tomar ligt. Hier hebben ze een mooie stempel voor in mijn credential. Dan is het nog effe doorstappen tot ik bij mijn slaapplek ben.

Helemaal gaar plof ik op bed na 8 uur ongerwaeg te zijn geweest. Wat een zware tocht was dit vandaag. Maar ook een tocht met bijzondere ontmoetingen. Vanavond zal ik niet veel meer ondernemen. Douchen, eten en op tijd naar bed. Morgen komt weer een dag om U tegen te zeggen. O ja, en ik hoor wie Milaan-San Remo heeft gewonnen: Chapeau voor onze Matje!

Welterusten.

 

19-03-2023

Alvaiazere

Zondag 19 maart: Calvinos - Alvaiázere 21 km

 

Prachtige zonnige dag

 

Gisteravond zat ik in een klein restaurantje langs het hostel

te eten. De attente jonge dame van de bediening vroeg of ik een pelgrim was naar Santiago. Jazeker, dat ben ik. Zij had samen met haar moeder een paar etappes van de Ruta Carmelita gelopen vanaf  Coimbra, waar deze officieel begint. Ik zeg, dan ben je ook een pelgrim. Even weet ze zich geen houding te geven en giegelt maar wat.

Zij gaat verder met haar werk en ik eet rustig mijn bord leeg.

Lekker gegeten met een heerlijk glaasje witte wijn er bij. Als ik wil betalen komt de chef himself. Hij wil weten waar ik morgen naar toe ga. Ik vertel hem dat ik het morgen kort hou, ik ga tot Calvinos. Ohh zegt hij als de albergue maar open gaat. Het schijnt zo te wezen dat je bij aankomst moet iemand moet bellen. Maar of er dan ook iemand opneemt die de deur voor je opent, is dan nog maar de vraag. En dan sta je daar te koekeloere in the middle of nowhere.

Ja dat is natuurlijk geen goed vooruitzicht en de hele etappe lopen van Tomar naar Aziázere is me met 32 km te ver. Maar de chef komt met een verlossend antwoord. Hij moet morgenvroeg toch die kant op en ik kan mee rijden als ik wil. Nou deal dan. Ik moet om negen uur hier buiten wachten. Ik betaal en ben blij met deze oplossing.

 

Vandaag een zonnige dag

 

Om klokslag negen uur word ik opgepikt door de chef van gisteravond. In Calvinos stopt hij en ik bedank hem hartelijk. Als ik weer aan het lopen ben, zie ik dat de etappe hier in elk geval goed gemarkeerd is. Als ik bij de Pont de Ceras kom, krijg ik volgens mijn boekje het zwaarste stuk voor vandaag.

Inderdaad 2 km lang omhoog alsof het niks is. Vandaag is een heerlijke zonnige dag en dat merk ik op deze klim. Na een half uurtje stop ik even om mijn jas uit te doen. Te warm nu. Gestaag vorder ik langzaam naar boven met links en rechts niks dan eucalyptusbomen. Eenmaal boven stop ik even om de dorst te lessen. Weer verder loopt het pad met wat vals plat af en toe omhoog. De talrijk aanwezige bloemen zorgen voor een fleurige tocht. Dan komt mij een pelgrim voorbij gelopen met grote stappen. Een buen camino en hij gaat als een trein verder. Soms gaat het kleine stukken door dorpjes en gehuchtjes waar veel te koop staat. Veelal in totaal vervallen staat. Wat môsse dao noe nog met? Het is heerlijk lopen, zo zonder jas. Om 12 uur stop ik bij een dikke boomstronk om te eten. Vanmorgen ben ik nog snel naar een supermercato gegaan voor wat inkopen, o.a een glutenvrij brood. Dan komt de tweede pelgrim voorbij voor vandaag. Hij stopt en vraag waar ik vandaan kom. Hij komt uit Australië. We kletsen wat over de camino en dan loopt hij verder. Als ik opsta kraakt van alles. Jao,jao de kneukskes zien aug al get aajer. Maar verder ga ik tot dat er over een stuk asfalt moet worden gelopen waar ik altijd een hekel aan heb. Voor Cortica moet ik over 4,5 km asfalt waar bijna geen auto's rijden. Maar die er rijden, denken zeker dat ze Max zijn. Tjonge wat houden sommigen het gas er op. Uitkijken geblazen hier. De laatste km naar Aziázere gaan redelijk vlug. Als ik bij de albergaria Pinheiro's aanbel, maakt de pelgrim met zijn grote voetstappen de deur open. Hij vertelt mij dat

hij uit Estland komt. Met wat gebrekkig Engels komt er toch wat meer uit. Zo te zien zijn wij de twee enige pelgrims hier vandaag. De zoon van Carlos, de eigenaar verwelkomt mij en wijst mij een kamer. Het heeft wel de tand des tijds met moeite doorstaan. Maar ja ik heb een bed en dat is voldoende. Straks kijken om ergens een hapje te kunnen gaan eten. En dan rap naar bed.

 

20-03-2023

Alvorge

Maandag 20 maart: Alvaiázere - Alvorge 24 km

 

Gisteravond ben ik  gaan eten bij een klein soort afhaalzaakje. Dit op advies van de eigenaar van de albergue. Bij binnenkomst staat oma en een kleindochter in de open keuken. Het meisje vraagt wat ik wil eten. Tenminste, dat denk ik. Want ik kan er niets van maken en Engels begrijpt ze niet.

Ik probeer haar duidelijk te maken dat ik friet met vlees wil hebben. Maar dit komt niet aan. Dan maar via mijn Portugese vertaal app. En warempel, het werkt direct. Friet hebben ze niet maar wel kip. Ik geef haar mijn telefoon zodat zij kan intypen wat ze hebben. Duidelijkheid in de zaak. Een halve haan met rijst. Verder prijst ze mij de soep aan. Ik weer intypen: welke soep? Ze leest het en begint te lachen en wrijft zich over haar buik. Nou ja, boek, väöl boek zit der neet aan. Dan roept ze iets naar oma die mijn kip al aan het grillen is. Oma komt met een hele grote ketel soep aangedragen. En, ik overdrijf niet, de soeplaepel sjteit der in t midden rechop in. Ze lachte met haar hele gezicht en ik bestel ook maar een soepje vooraf.

De kip en rijst waren heerlijk. Maar de soep........rijkelijk gevuld maar met wat? Heb alleen maar het nat opgegeten, smaakte een beetje naar bonen.

 

Vanmorgen samen met Prïet uit Estland ontbeten. Alles stond klaar en we konden zo aanvallen. Heerlijk een kop koffie bij het ontbijt. Mijn glutenvrij brood had wel wat geleden in de rugzak, maar ik had toch iets. We kletsen over van alles en nog wat, maar hij wil alleen kwijt wat hij wil. Dat moet ik dan maar respecteren. Na het ontbijt is hij snel weg. Ik zal hem wel niet meer zien. Want hij loopt flinke afstanden per dag.

Om kwart over acht ben ik weg. Benieuwd wat de dag zal brengen. Als ik het dorp uit ben schrik even als ik zie dat de  camino rechts omhoog gaat. Ik kijk in mijn gids zo van: zit ich waal good hiej. Ik moet omhoog naar de Alto de Vendas en dat 3 km lang. Het is puffen want het zonnetje is al in vol ornaat aanwezig. Een lekker begin vandaag. Maar wat geniet ik ondanks asfalt, kinderkopjes en prachtige maar steenrijke geitenpaadjes.De bloemenpracht, de kleurrijke vlinders, de lekkere koffie, de hulp van een bankmedewerker met het pinnen. Enig nadeel is een blaar op een plaats waar ik nog nooit blaren heb gehad: net onder een van de tenen. Tegen half vier kom ik op mijn bestemming aan, albergue O Lagareiro in Alvorge. Een prachtige plek om de nacht door te brengen.

Ongerwaeg  heb ik nog een gedichtje geschreven. Steeds bij elke pauze een stukje. Hier wil ik dan ook deze dag mee afsluiten. Sjlaop ze

 

op mijn tocht vandaag

zie ik er velen

op die mooie

soms ruige paden

vrolijk fladderen ze rond

in velerlei kleuren

soms vlak voor mijn neus

vaak dicht bij de grond.

dan fladderen ze weg

en gaan mij voor

wijzen ze het  pad

ik volg ze maar

de wijde wereld in

 

21-03-2023

Condeixa a Nova

21 Maart: Alvorge - Condeixa a Nova  24 km

 

Zoeken geblazen.

 

Vanmorgen voor het vertrek eindelijk eens een ontbijt kunnen bestellen en dat zag er voortreffelijk uit. Ik had de chef wat oud glutenvrij brood gegeven dat nog in mijn rugzak zat. Neet mier es unne hampel kruumels. Een heerlijke omelet met ham, eieren en daar mijn brood doorheen  geroerd. Een lekker bakkie koffie maakte het compleet. Neil was inmiddels de deur allang uit. Hij zou ook tot mijn eindpunt lopen, zei hij. Maar ik heb hem in geen velden of wegen meer gezien ongerwaeg, laat staan in de albergue. Het is een beetje een vreemde vogel. Ik ben inmiddels niet meer alleen hier, want ik heb gezelschap gekregen van 3 Fransen.

 

Vandaag was het zonder meer een hele mooie route. Er zaten toch weer enkele fikse kuitebijters bij, maar daar zijn we intussen aan gewend. Lange mooie paden door olijfboomgaarden, bossen en mooie dalen. In Rabaçal stop ik voor een pauze bij albergue O Bonito. De bar ligt aan de albergue vast en ik kan binnen een stempel krijgen. Een lekkere bak koffie gaat er vlot in. Ook koop ik 2 flesjes sap die ik in mijn drinkfles giet voor ongerwaeg. Na een half uurtje stap ik op en vervolg mijn pad. Dit loopt door een mooie country-streek. De route is normalewijze heel goed gemarkeerd, maar hiej hubbe ze zitte te slaope. Juist op cruciale punten wijzen ze het verkeerde pad aan. In Fonte Corbeta  stop ik bij een bijzondere plek. Het is teveel om op te noemen wat een alternatieveling hier heeft neergezet. Alles gericht op de camino en de Ruta Carmelita. Veel prullaria staat er. Weer verder wordt het zoekwerk nog erger. Zelfs Mary komt er op stukken niet meer uit. Uiteindelijk kom ik toch op het lange pad naast de droge bedding van wat eens een beek was. Bij de ruïne van Conimbriga drink ik nog wat en loop dan door naar mijn eindpunt. Morgen hoop ik aan te komen in Coimbra. Hier zal ik 2 dagen verblijven en kritisch naar mijn rugzak gaan kijken. Hij is nu te zwaar. Hoije.

 

22-03-2023

Coimbra

Woensdag 22 maart: Condeixa a Nova-Coimbra 19 km

 

Werd vannacht om 04.00 u wakker door een alarm op de diabloop. Gaat hij mij daar voor wakker maken omdat de insuline-ampul in de pomp nog maar 25 eenheden heeft.Ut mot toch neet gekker waere! Ik druk het alarm weg en pit verder. Maar met 3 pelgrims uit Frankrijk in de albergue weet je bijna zeker dat het vroeg morgen is. Om kwart over zes zijn ze de deur uit. En wat wil het toeval, vanmiddag tref ik hun in dezelfde hostal in Coimbra waar ik de kamer tegenover hun heb. Half zeven sta ik ook maar op. Verwissel eerst de infuset op mijn buik en dan de insuline-ampul in de pomp. Het is me allemaal wat. Maar om 07.15 u ben ook ik de deur uit samen met de Duitser en een Zuid-Afrikaan. Fijne gasten zijn het waarmee je een goed gesprek kunt hebben. Ongerwaeg laat ik ze toch maar achter. Ik loop liever mijn eigen tempo en dat is toch wel wat hoger ondanks mijn zware rugzak. In Cernache tref ik hun weer als ik aan de koffie zit in een kleine bar. Drie pelgrims en 3 grote rugzakken en er blijft weinig plaats over voor de andere gasten. We kletsen over de camino's en als ze horen welke tochten ik al gelopen heb, krijg ik veel respect van hun. Maar wat heet, pelgrimstochten lopen, is in de loop der jaren echt een van mijn passies geworden.Gisteravond voor we naar bed gingen, heb ik ze allemaal in mijn beste Engels (en dèt ging mich hiel good aaf) verteld over mijn diabloop systeem dat ik draag, omdat ook in de nacht wel eens een alarm af kan gaan. Laat dat nu afgelopen nacht dan ook nog gebeuren. Ik ga verder en loop over een mooi pad dat door struiken en bossen gaat. Wat is het genieten van de prachtige natuur, de mooie vergezichten ja, waar niet van. Ondertussen heeft ook het zonnetje zich laten zien en dat is te merken ook. Bij de volgende stop gaat mijn jas weer op de rugzak. As of dae nog neet zjwaor zat is. Als ik Coimbra nader komen ook de twee mannen aangelopen. Het gaat nu alleen nog

maar over asfalt en in de kleine dorpjes over kinderkopjes. In ieder dorp worden we luid toegejuicht (geblaft) door de vele honden, die in alle soorten en maten aanwezig zijn. Als we Coimbra naderen, gaan we eerst alle drie naar de Monasterie da Rainha Santa Isabel waar je ook kunt blijven slapen. We gaan eerst voor een stempel naar het ticket buro.

Hierna loop ik alleen verder, want ik moet naar de overkant van de de Rio Mondego. Na wat zoek- en vraagwerk vind ik tenslotte Pensão Santa Cruz wat recht t.o. de gelijknamige kerk ligt. Vijf hoog- zonder lift, dus trappie op,trappie af- zit ik hier met een blik recht op het timpaan van de kerk aan de overkant. In Coimbra blijf ik 2 dagen. Ik ga eens goed kijken wat uit mijn rugzak kan. Dit zal ik morgen naar huis sturen. Er moeten kilo’s uit.

 

23-03-2023

Dagje Coimbra

Donderdag 23 Maart

Een vrije dag in Coimbra

 

Om acht uur vanmorgen ben ik maar eerst koffie gaan drinken aan het plein waar ik zit. Een luxe zaak met heel veel lekkers. Maar een broodje sin gluten hebben ze helaas niet. Dan maar een croissant met ham en een cappuccino. Un kiertje foetele. Er staat vanmorgen veel op het programma en ik hoop dat het allemaal voor 13.00 u is afgewerkt. Ik wil toch graag nog wat van de stad zien. Ik wil graag naar het startpunt van de route Carmelita, die is bij het klooster van Carmel of Saint Teresa. Na de koffie ga ik eerst naar een super mercato voor glutenvrij brood en een fles zoete frisdrank. Dit is de eerste grote super die enkele soorten glutenvrij brood hebben. Brood, kaas en frisdrank zijn zo gevonden. Volgende punt, mijn overtollige en te zware spullen terugsturen naar huis. Het DHL service punt had ik gistermiddag al gevonden. Met een hele draagtas vol ga ik op weg.

Het past precies in een 5 kg box van DHL.  Het kost me meer dan 1.5 uur voordat alle formaliteiten in orde zijn. Kumt get biej kieke asse ein pakketje nao hoes wils sjture.  Op weg terug naar het pension wip ik nog even bij een Oriente zaak binnen. Een soort Chinese Big Bazar, waar werkelijk alles te koop is tegen spotprijzen.

Ik ga de deur uit met: licht jack, badslippers, klein schaartje en blarenpleisters. Dan nog even eten en weer zit er abnormaal veel vlees bij. Maar het smaakte prima en alles spoel ik weg met azijn wijn. Wat eine zoere tattie. Om half twee ben ik terug in het pension, doe mijn wandelschoenen aan en ga de stad verkennen.

 

Wandeling door Coimbra

Coimbra is van oudsher een studenten stad.

Maar eerst ga ik naar de Convento Carmel of Saint Teresa. Dit ligt het verste weg en ik wil daar heen om de afsluitende stempel van de Rua Carmelita te laten zetten in mijn credential. Normaal begint de route Carmelita hier en eindigt in Fatima. Ik heb hem dus andersom gelopen. De weg naar het klooster gaat alleen maar omhoog. Mer veur zien waal gèt gewent ongertösse. Als ik arriveer is alles dicht. Op de deur staat dat ze om half vier open gaan. Even wachten dus. Intussen maak ik nog wat foto’s. Om half vier blijven beiden deuren dicht. Dan zie ik een briefje hangen dat je ook kunt aanbellen als de deur dicht is. Ik bel aan en tegelijkertijd gaat de linker deur open. Een klein nonnetje met een brilletje voor op haar neus vraagt mij, gelukkig in het Engels, waarvoor ik kom. Ik haal de credentials uit mijn broekzak en ze zegt meteen: je wilt een stempel. Dat had ze goed gezien. Ze neemt mijn credential mee en komt even later terug, maar zonder credential. Ik moet plaatsnemen in een bank. Ze wil van alles weten over mijn pelgrimstocht en waarom ik die in Fatima ben begonnen. Ik vertel haar over mijn reeds gelopen Carmelitesse-route en de verdere planning van mijn tocht. Ze vraagt of ik het grote beeld voor het klooster heb zien staan.Dèt heb ich zeker zeen sjtaon. Weet je wie het is, vraagt ze mij. Ja, ik weet dat dit Lucia is, een van de 3 herderskinderen is waar Maria aan verschenen is. Ook vertel ik haar dat ik het graf van haar en ook van de 2 andere kinderen heb bezocht in Fatima. We babbelen nog wat over de camino, het lopen, blaren en dan staat ze op en gaat mijn credentials halen. Bij terugkomst zegt ze: Ik wens je met Gods zegen een Bom Caminho, zoals dat in Portugal wordt gezegd.

Ik word er een beetje ontroerd van en bedank haar voor de mooie stempel.

 

Wat fijn is het om in zo’n stad Google maps bij de hand te hebben. Zonder dit ben je zo de weg kwijt tussen de enorm veel kleine en smalle steegjes. Rond om je heen kijken….vergeet het maar met al die hoge huizen.Ik loop verder naar de Universiteit van Coimbra. Het moet wat moois zijn, vertelde Thea mij gisteren. En inderdaad wat een complex en wat een studenten die van de ene faculteit naar de andere gaan. Ik zie een soort ontgroeningritueel van nieuwe studenten. De nieuwelingen in een rode sweater en de “oude hap” om ze maar zo te noemen, geheel in de outfit compleet met lange zwarte mantel.

In een optocht, onder luid geschreeuw van de nieuwelingen lopen ze naar een bibliotheek. Hier vormen zich 2 rijen. Een rij meisjes en daar tegenover een rij jongens. En dan begint het geschreeuw. Iedereen, te beginnen met de meisjes, moet voorover buigen en dan zo hard mogelijk enkele zinnen schreeuwen. Heel apart om te zien. Ik bezoek nog enkele gebouwen in het oude deel en raak niet uitgekeken. Maar toch stap ik op want ik wil ook nog de oude kathedraal Se Velha uit de 12e eeuw bezoeken. Nog wat gegevens van de Universiteit:

 

De Universiteit van Coimbra is een van de oudste universiteiten van Europa en daarmee van de wereld en is de oudste universiteit van Portugal. De instelling werd op 1 maart 1290, kort na de stichting van Portugal,opgericht door koning Dionysius en heeft sindsdien onafgebroken bestaan.

Vandaag de dag studeren er ruim 20.000 studenten aan de UC, verdeeld over acht faculteiten: Letteren, Rechten, Geneeskunde, Wetenschap & Technologie, Farmacie, Economie, Psychologie & Pedagogiek en Sportwetenschap & Lichamelijke Opvoeding.

 

 

Op de weg terug ga ik nog op zoek naar de oude kathedraal Se Velha. Door smalle steegjes gaat het behoorlijk omlaag. Aan ik aankom is het aan de voorkant bij de ingang een grote bouwput. Maar over vlonders op steigers kun je toch naar binnen. De kathedraal is heel oud en dat is ook goed te zien. De entree is 2,50.

Ze zijn met een grote renovatie bezig, en er is enkel licht bij het hoofdaltaar met zijn enorm groot en mooi uit hout gesneden timpaan. De mannen die de renovatie uitvoeren, zitten hoog in de gewelven te werken. Hier is nog enorm veel werk te verrichten. In de zijkanten van de kathedraal staan enkele sarcofagen van belangrijke personen uit een ver verleden.

Bij een valt mij gelijk iets op en wel de Jacobsschelpen boven de sarcofaag. Uit de informatie die erbij staat is op te maken dat het om een geestelijke gaat, die ook in Santiago de Compostela dienst deed. Nog wat rondkijkend zie ik dat het al half zes is. Dus rap naar “hoes” want ik moet de hele rugzak nog inpakken.

Morgen hopelijk op pad met een lichte zak oppe poekel. We zullen wel zien. Hoije

 

24-03-2023

Sernadelo

Coimbra - Sernadelo 26 km

 

Regen, zon en vervloekte wegen

 

Ik slaap me wat af op deze camino. Ook afgelopen nacht weer dik 9 uur. Om zeven uur sta ik maar op en maak de luiken open. Aan de opgestoken paraplu's te zien, van de mensen die over het plein lopen, regent het. Tja daar moeten we het dan maar mee doen. Eerst pak ik de rugzak in en wat heb ik een ruimte over nu ik van alles naar huis heb gestuurd. Kreeg net te horen van Thea dat ze het pakket al heeft opgehaald biej Piet van Pie. Ik moet zeggen DHL dat is heel rap,heel rap.

Gistermiddag pas verstuurd vanuit Portugal en vandaag al oppe Ruiver. Mijn ontbijt vanmorgen eet ik op de kamer. Heb niet voor niks glutenvrij brood gisteren gekocht. Wat eten we dan: 2 sneetjes met kaas en 1 potje bananenyoghurt met muesli, die ik nog in de rugzak heb. Daarna de laatste

spulletjes erin en trek de regenhoes er over heen. Zelf doe ik de regenbroek aan en mijn nieuwe Chinese jack. Kwart over acht stap ik op: maar eerst weer zorgen dat ik 5 etages lager kom over de trappen met de rugzak oppe poekel.

Wat is het een pokkenweer en ook hier valt mij op dat er geen markeringen zijn om de stad uit te komen. Maar met Mary moet het toch ook lukken. Al is het niet allemaal hosanna om hier dit wegennet uit te komen. Na veel zoeken lukt het dan eindelijk om over het spoor en snelweg te komen.

 

De route voert vandaag door veel kleine dorpjes en gehuchtjes. De regen wordt gelukkig wat minder maar de wegen blijven asfalt en dat haat ik. Ik zal er ook kort over zijn door enkele punten te benoemen.

Route die ik heb gelopen is 26 km.

Hiervan 22 km asfalt. Neet fijn!

Door het eucalyptus bos 3 km, wat heel mooi was.

Langs een gevaarlijke snelweg 1,5 km over de vluchtstrook waar het verkeer, veel vrachtwagens, je met een razende vaart tegemoet komt. Hier had ik ogen te kort en vervloekte het lopen over asfalt.

De fijne koffiestop bij een kleine kruidenier.

Natuurlijk het heerlijk zonnetje dat zich tegen twaalf uur liet zien.

Het mooie geitenpaadje door een bos vlak voor mijn einddoel vandaag.

En, niet te vergeten een rugzak oppe poekel die heel wat lichter is.

En dan de mooie albergue waar ik nu zit in Sernadelo.

En last but nog least, dao is onnoch ein restaurantje biej.

Hier houd ik het bij voor vandaag. Hoije.

 

een grijze grauwe

miezerige morgen

wat een verschil

met gistermorgen

 

maar ik loop verder

en dat is fijn

immers na regen

komt zonneschijn

25-03-2023

Agueda

Zaterdag 25 maart: Sernadelo - Águeda  25 km

 

Ontmoetingen

Na een mindere nachtrust (sjnurker in hoes!) sta ik al om kwart over zes naast het bed. Over 'n uur wil ik op pad zijn, want het kon wel eens een warme dag worden. Na de gebruikelijke rituelen, eet ik mijn ontbijt dat ik uit de rugzak tover. 2 Sneetjes brood, 1 met kaas en 1 met tevredenheid en 2 potjes bananenyoghurt. Koffie denk ik er wel bij. Even een check of ik niets vergeten ben en dan gaat de rugzak dicht. Inmiddels is iedereen wakker en op, maar ik doe de rugzak op en wens hun een mooie dag toe en weg ben ik.

 

Het pad vandaag

Gelukkig zit ik zo weer op de route zodat ik eens niet hoeven te zoeken. Gisteravond is ons wel nog verteld dat de route door veel dorpjes gaat enne… niks als asfalt. Dèt zal mien blaor gaer höbbe. Ich blief der last van haaije. Maar niet zeuren, maar stappen. Vervelende bijkomstigheid is dat je toch weer hier en daar langs drukke wegen moet lopen. Maar gevaarlijk waren vandaag ook de verbindingswegen tussen de dorpen. Niet veel verkeer, maar scheuren als gekken. Als ik Alféloas binnen kom, ben ik inmiddels al 2 uur ongerwaeg. Tijd voor een koffie. Meeste barretjes zijn rond 8 uur open en hier hoef ik niet ver meer te zoeken, want ik loop er zo naar binnen. Genietend van een heerlijk bakje komt Fatima binnen.

 

Ontmoetingen

Ik heb haar gisteren ontmoet in de albergue in Sernadelo. Toen viel mij al op dat zij communiceert in het Duits. Zij neemt plaats bij mij aan tafel en zo komt er een mooi gesprek op gang. Natuurlijk vraag ik haar waar het vandaan komt dat zij zo goed Duits spreekt. Ja,zegt ze, ik heb 30 jaar in Zwitserland  gewerkt en gewoond, heb daar mijn huidige man leren kennen en toen we met pensioen konden, zijn we terug gegaan naar Portugal. Ik vraag haar of dat niet moeilijk was voor haar man. Nee helemaal niet. We zijn natuurlijk vaak op vakantie geweest naar mijn Portugal, zegt ze. Dus het was zeker niet nieuw voor hem. Samen stappen we hierna op en lopen verder. Al snel merk ik dat ik een vlotter tempo heb dan Fatima. Loop maar door, zegt ze, ik ben niet zo snel. Och ongerwaeg zullen we ons wel weer treffen.

In Avelás de Caminho komen 2 pelgrims recht op mij afgelopen Ze lopen zeker naar Fatima toe. Ze stoppen bij me en vragen waar ik vandaan kom. I'am from the Netherlands, zeg ik. Hij komt uit San Diego, USA en zij komt uit Spanje. Samen lopen ze van Porto naar Fatima. Ik vertel hun dat ik in Fatima ben begonnen. Waar ga je naar toe, vraagt de Spaanse mij. Ik hoop naar Spanje en daar moet ze wel om lachen. De Amerikaan wil alles weten over het grote aquaduct en vraagt of ik er ook overheen ben gelopen. Ik vertel dat dit alleen voor mensen is die crazy zijn. Als je het wil proberen, wens ik je veel succes, want je loopt maar over een heel smal paadje dat langs de goot ligt. Ook kun je je nergens aan vast houden. Hij vraagt me het hemd van ’t lijf, ook over de route. Dan lopen ze met een bom camino verder.

Als ik pauzeer bij een marktje komt ook Fatima aangelopen.

Heb je ook die Amerikaan gesproken, vraagt ze. Ja een echte Amerikaan hé. Nou ze vond hem maar een praatjesmaker.

We lopen nog over het marktje en gelukkig is mij niks aan de vingers blijven plakken. Dan pakken we ons weer op en gaan verder over een lange weg die door een groot industriegebied gaat. Het zijn de laatste km voor vandaag en Fatima blijft ver achter. Intussen speelt mijn blaar behoorlijk op. Bij binnenkomst van Águeda bel ik naar de albergue Santo Antóniodie, die buiten de route ligt. Mijn wandelgids zegt dat je ze mag bellen, dan komen ze je onder aan de brug ophalen.

Dat doe ik dus. Binnen 10 minuten staat de beheerder bij de brug. Aangekomen bij zijn albergue weet ik niet wat ik zie. Zo mooi en zo schoon alles. Een van de mooiste plekken tot nu toe. Inschrijven, douchen, blaar verzorgen en eten halen bij de Lidl die 300 meter terug ligt. Terugkijkend op deze dag kan ik alleen maar zeggen......ut waas eine sjoëene daag. Hoije

26-03-2023

Escusa

Zondag 26 maart:Águeda - Escusa. 26 km

 

Vreemde vogels op mijn pad

 

Versjlaope vanmorge, auch hiej höbbe ze zomertied. Toch lukt het om tegen achten aan het ontbijt te zitten. Het is toch prachtig om in een albergue te kunnen ontbijten. Het buffetje ziet er goed uit. Je hoeft maar aan te wijzen wat je wilt (en dèt waas hiel väöl) en de vrouw achter het scherm, waar ook het buffet staat, legt het op je bord. Misschien geloven jullie het niet maar dit heeft nog steeds alles te maken met covid. Het ontbijt (het eerste in n albergue sinds ik ben gestart in Fatima) is lekker, met een heerlijke grote kop filterkoffie erbij. Om half negen ben ik weg en zie dat het behoorlijk grijs is buiten, met daar achter een felle zon, een schitterend gezicht.

 

De camino loopt vandaag gelukkig met enige regelmaat ook weer eens door bossen en dat is fijn. Achter Serém, inmiddels schijnt er een warm zonnetje, moet ik door een klein stukje bos om bij een asfaltweg uit te komen. Die weg zie ik door de eucalyptusbomen al. Als ik er ben, die weg moet ik tenslotte over, staat daar een stoel, en zeker geen keukenstoel, met een deken en op de grond erlangs een flesje water. Zou dit hier staan voor vermoeide pelgrims? Maar de oplossing komt snel. Ik loop het bos in en daar in dat bos komt mij een auto tegenmoet. Ik zet een stap opzij zodat hij goed kan passeren. Even verderop aan de weg stapt een vrouw uit in een kort minirokje en rood jasje. Zij neemt plaats op de stoel en de auto is weg. Tja denk ik, zullen hier mannen komen! Die vrouw zit daar maar, hopend op een klant. Veur deze pelgrim is ut in idder geval nieks. Vraemde vogels hiej en dèt op eine zondagmorgen in ein bos.

 

Door het grote eucalyptusbos is het heerlijk lopen. Alleen word ik in mijn wandelgids er op gewezen dat de paden erg modderig kunnen zijn met name waar het omlaag en dan weer omhoog gaat. In Albergaria a Velha stop ik even voor een fles water te kopen. Ondertussen zitten er zo'n 17 km op en ik krijg opnieuw last van mijn blaar. Na een pauze weer verder lopen is niet prettig. Maar ja, ik wil verder ondanks dit ongemak. Na deze korte stop toch maar weer  de rugzak op de poekel en verder. Weer over een mooi bospad, met heel veel bloeiende brem, schiet het toch wel aardig op. Ik had mij voorgenomen om bij de eerste albergue bij binnenkomst in Albergaria a Nova te stoppen. Laat ik deze finaal voorbij lopen en hij ligt nog wel langs mijn pad. Schijnbaar teveel gedachten gehad aan mijn blaar.

Bij de kerk in dit dorp stop ik even om in mijn wandelgids te kijken naar een andere albergue. In het dorp Escusa 2,5 km verder is de albergue Casa Católico. Deze bel ik direct en ik ben welkom. Prima, ook weer geregeld. Als ik op wil stappen komt een donkere man op mij afgelopen.

In gebrekkig Engels vraagt hij wat ik hier doe. Ik vertel hem dat ik aan een pelgrimstocht bezig ben. Of hij het snapt, ik weet het niet. Dan wilt hij me mee hebben naar een bank in de zon. Nee, nee ik ga verder. Ik denk het goed te verstaan als hij vraagt waar ik nu heen ga. Dat weet ik nog niet, zeg ik waarop hij me mee wilt hebben naar zijn huis om te eten. Voor mij het sein om niks meer te zeggen. Wat deze snuiter wil, ik weet het niet. Het voelt wat unheimisch! De rugzak gaat op mijn rug en weg ben ik, terwijl hij mij een stukje volgt. De eerste km kijk ik ook niet meer om. Uiteindelijk in een lange bocht zie ik hem niet meer.

 

Aangekomen bij de albergue word ik welkom geheten door Paolo, de beheerder. Wat een toffe aardige man die ook zorgzaamheid uitstraalt. Na de gebruikelijke aankomst-rituelen kan ik een bed uitzoeken. Er zullen nog twee personen komen, een man en een vrouw. Ik vraag hem of de vrouw soms Fatima heet, Hij knikt. Een half uur later arriveren ze beiden. Fatima de Portugese en Adriaan de Duitser. Later, nadat iedereen zijn kamer en bed heeft gevonden, zitten we nog gezellig in het zonnetje te kletsen. Natuurlijk komt ook de dame in het bos ter sprake. Fatima had van een andere pelgrim, die daar ook voorbij was gekomen een foto op haar app gekregen. Deze pelgrim heeft vorige week een paar dagen met haar gelopen. Hij vraagt haar of hij ook die "pelgrim" op de stoel had zien zitten. Hij meende dat ze iets aan de voeten had en daarom daar zat. Samen hebben we hier erg om moeten lachen. Blijkbaar zijn wij de enige drie vanavond in de albergue. Fatima heeft voorgesteld om te koken voor ons drieën. Hier staat van alles dus het zal best smaken. Trouwens het verblijf hier is een donativo. Hoije

 

27-03-2023

Porto

Maandag 27 maart:Escusa  - São João da Madeira 

Malaposta - Grijó - Porto

 

Afbreken van mijn Camino

 

Laat ik daar maar direct mee beginnen, dat doet pijn.

Vanmorgen  mijn blaar maar weer voorzien van wat betadine en een nieuw gaasje. In een centro salut wordt er naar gekeken en het advies is: een paar dagen niks doen want er zit rondom de wond ook een zwelling. Ik overleg met Joao, de beheerder van de albergue wat te doen. Hij stelde voor, mij een stuk weg te brengen naar Malposta. De etappe voor vandaag van Escusa  naar São João da Madeira sla ik dan over. In Malposta stap ik uit en neem emotioneel afscheid van een man die een hart van goud heeft voor de pelgrims. Het zijn 11 km lopen naar het eindpunt in Grijó dat eigenlijk het eindpunt voor morgen is. Daar ga ik voor.

 

Het lopen gaat helemaal niet goed. Heb teveel pijn onder de bal van mijn voet en daarom loop ik geforceerd verder. Regelmatig neem ik een pauze. Maar daar wordt het niet beter van. En als ik eerlijk moet zijn, ik ben het lopen langs drukke verkeerswegen meer dan zat. Ik kom ogen te kort en moet steeds heel alert blijven en goed opletten. Zo had ik het mij niet voorgesteld. In Lourosa staat ook weer op zo'n druk punt een beeld van Jacobus. Efkes dink ich: doe bös missjien waal de letste dae ich knip op miene camino. Trouwens veel te knippen is er vandaag niet, of je moet van kinderkopjes en asfalt, veel asfalt houden. Onder het lopen draait er van alles door mijn hoofd. Ik wil niet aan opgeven denken en toch denk ik er aan.

In Grijó arriveer ik om een uur  in de middag. Albergues zijn hier niet meer, en verder is hier weinig te slapen. Ik ga maar eerst wat eten, want wie weet wat de dag nog in petto heeft. Een klein restaurantje trekt mijn aandacht. Binnen zoek ik een tafeltje en al snel staat de dame van de bediening naast mij. Rijst, salade en vlees bestel ik en het smaakt heerlijk. Onder het eten beslis ik om een taxi te nemen naar Porto. Ik informeer Thea via de app over de gang van zaken. Als ik klaar ben met eten zoek ik via de telefoon bij booking.com naar een verblijf in Porto. Dit vind ik in het Século hotel. Ik boek het voor twee nachten. Wie weet, misschien gaat het dan weer. Bij het afrekenen vraag ik aan de ober om voor mij  een taxi te bellen. Een jongedame, die achter mij staat hoort het zich aan en vraagt mij, zal ik er een bellen. Mijn vriend is taxichauffeur, zegt ze. Ik vind het prima en 10 minuten later ben ik op weg naar Porto, een ritje van 15 km.

 

In het hotel bel ik eerst met Thea om haar bij te praten. Ook zij vindt als het niet meer gaat dat het dan beter is om naar huis te gaan. Niet koste wat kost doorlopen. Mijn terugvlucht heb ik snel om kunnen boeken naar donderdag 30 maart. Ook annuleer ik nog enkele andere afspraken. Daar zit je dan met tranen in je ogen om een beslissing te nemen die je niet wilt nemen. Hier had ik mij zoveel van voorgesteld om nog een keer een camino te lopen met als einddoel Muxia. Blaren, die ik zelden of nooit heb gehad, verpesten het nu wel een beetje.  Maar ook mijn diabetes zorgde ervoor dat ik niet lekker ontspannen kon lopen. Zeker zal ook dit alles temaken hebben met het ouder worden. Wat de toekomst nog brengt, wie weet. Bedankt iedereen voor de berichtjes op Facebook of op mijn blog.

Hoije

 

28-03-2023

Porto

 28 maart Porto

 

Toch een mooie baaldag

 

Daar me vannacht van alles door mijn hoofd maalde, heb ik de slaap niet kunnen vatten. Om half acht ga ik onder de douche en verzorg hierna mijn wond. Dan gaat mijn laatste glutenvrij brood er aan en ook mijn laatste potje bananenpudding. Vandaag wil ik graag naar de Kathedraal Sé en de kerk São Francisco. Deze moeten volgens de plattegrond niet ver van elkaar liggen. Lopen zal ik niet veel doen, maar er zijn genoeg andere mogelijkheden. Metro, tram, bus, tuk-tuk: noem maar op. Met de bus omlaag en uitstappen bij de kathedraal. Ik heb mijn wandelschoenen aangedaan voor de zekerheid. Toch voelt het niet lekker. Bij ticket-office koop ik een kaartje en vraag ook om een stempel als afsluiting. Deze wordt keurig in mijn credential gezet. Deze kathedraal is een bouwstijl van Romaans, Gotisch en Barok. Bouw begint in de 12e eeuw, voltooid echter in 1737. Wat is er te zien: overweldigende barokke panelen. En bijna tot alles toegang om het te bekijken.

 

Langs de kathedraal ligt het Art museum Stained Glass.

Hier kan ik natuurlijk niet aan voorbij gaan. Bij de entreeprijs hoort ook een rode port. Maar hier bedank ik voor. Het museum is heel mooi. Hier wordt haarfijn alles o.a via filmpjes uitgelegd van ontwerp tot het bepalen en brandschilderen van het glas. Natuurlijk staan er ook prachtige glas-in-lood ramen. Het is meer dan de moeite waard dat ik hier binnen ben gegaan. Een spreuk spreekt me hier aan en wel:

"When you experience a stained glass window, whether in church or building, sit down in the quiet and look again at the window.....the many patterns and lovely colors of rich light are there to inspire and enjoy"

Dit alles ligt dichtbij de Rio Douro. Hier boek ik de 5-bruggen tour over de Douro, die 50 minuten duurt. Mooi om van op het water Porto aan je voorbij te zien gaan. Zo hoef ik niet veel te lopen en zie toch van alles. Bij terugkomst loop ik naar de kerk van St. Franciscus.

 

Deze kerk van Franciscus is het meest prominente gotische monument in Porto. Verder staat het bekend om zijn uitstekende barokke binnenversieringen. Ook deze kerk ligt in het historisch centrum. Het entreebewijs geeft toegang tot  de kerk, schatkamer en catacomben. Voor mij zijn de catacomben onder de kerk het meest indrukwekkend. Ook hier heb je bijna toegang tot alle bezienswaardigheden.

Inmiddels is het half twee en tijd om de eten. Ook dat doe ik beneden aan de Douro. Dan zoek ik het metrostation en ben tegen vier uur terug in het hotel. Alles bij elkaar eine sjoeëne daag.

Hoije

 

29-03-2023

Porto

Woensdag 29 maart: Porto

 

Vandaag wil ik toch nog wat ondernemen, dus sta ik op tijd op. Ontbijten kun je in dit hotel niet, ik doe het maar met een banaan. Als ik aan de balie informeer of ik een nacht langer kan blijven is dit geen probleem. De dame wijst mij er op om het treinstation São Bento te bezoeken. Hier zijn in de centrale hal mooie tegelplateaus te zien en de bus stopt er. Maar eerst ga ik er op uit voor een nieuwe broek. Er zijn wel een paar kilo vanaf gegaan tijdens het lopen. Jao, de breitste bön ich auch neet. Als ik geslaagd ben en niet alleen voor een broek, ga ik met de bus naar São Bento voor de prachtige tegeltableaus. Inderdaad mooi zijn ze. Alleen vraag ik mij af hoe dit gemaakt wordt. Ik neem aan tegel, voor tegel, voor tegel, wat een werk. Laot sjtaon doe pleks der ein paar op de verkierde plek. Niet ver hier van af staat in een kerk (naam weet ik niet meer) een mooi beeld van Jacobus. Buiten waait een behoorlijke wind en de obers hebben handen te kort. Er vliegt van alles rond,  menu kaarten, papieren tafellakens en hier en daar een parasol.

Vierhonderd meter verder ligt de Kerk en toren van Clérigos. Hier koop ik een ticket en ga naar binnen. Via een detectie poortje kom ik in een ruimte waar aangegeven wordt wat je wilt bezoeken. Schijnt dat de kerk gratis is en mijn ticket toegang geeft tot de toren. Oei, daar hoef ik niet aan te beginnen, want hij is 74 meter hoog en dat zullen veel trappen zijn. Maar ik word gerustgesteld. Je kunt met een lift tot het carillon en de rest moet over trappen. Maar eerst bezoek ik op de eerste ring boven een museum met oude beelden, gesneden uit hout. Ze zijn werkelijk prachtig gesneden. Ik vraag mij af, hoe hebben ze dit in de 17e eeuw klaar gespeeld. Dit heeft vooral mijn aandacht. Ik bekijk het allemaal zeer aandachtig.

Dan naar de top van de toren. Het laatste gedeelte is een stomme draaitrap met hoge treden. Niet bevorderlijk voor mijn blaar. Boven heb je een mooi uitzicht over Porto. Na wat foto's heb ik het daar gezien. Doe wuurs has van te taore geblaoze zoeë weit ut. Als ik onder ben ga ik eerst een hapje eten in een leuk restaurantje. Hier heeft het mij goed gesmaakt.

 

Als ik nog wat inkopen ga doen in een kleine mercado tref ik daar Adriaan aan. Wat een toeval. Ik raak er geëmotioneerd van. Hij is vanmiddag hier aangekomen en vertelt dat de laatste 2 loopdagen niet de mooiste waren. Ik kan me er wat bij voorstellen. Fatima, vertelt hij,  is nog een stuk over de kustroute verder gelopen. Ik weet ook niet of ik haar nog zie, zegt hij. Hoe gaat het met je voet,vraagt hij. Iets beter maar een rugzak dragen zit er niet in. Het geeft mij teveel druk op de wond en daarom heb ik besloten om huiswaarts te gaan a.s donderdag. Das ist scheisse, zegt de sympathieke Duitser.  Dèt moogs ze waal zegge. Deze camino had een mooie afsluiting moeten worden van al mijn gelopen pelgrimstochten waar dan ook. Het was dan goed geweest met een mooi einde van het pelgrimeren. We praten nog even en dan gaat Adriaan naar zijn onderkomen cq albergue. Hij wenst mij alle goeds en ik wens hem nog een mooie tijd toe op zijn pelgrimspad.

Dan stap ook ik op en ga weer met de bus terug richting hotel. Hoije.