Camino Francès-2006
Berc.del Real Camino-Mansilla de las Mulas: 26km
Deze herberg is vol !
Na die heel mooie avond, was het vanmorgen toch weer vroeg dag. Het ging in alle rust. Iedereen was nog onder de indruk van gisteravond. De zusters hadden al een lekker ontbijtje klaargezet. En dat alles voor een vrijwillige donatie. Om 07.I5u weer op pad. De weg is lang en saai. Een recht pad, speciaal aangelegd voor pelgrims, langs een provinciale weg. Maar zo kunnen we wel de vorige avond nog eens doornemen. Prettig om hier zo samen over te praten. Het is gelukkig wel een prima wandelweertje. In El Burgo Ranero willen we een kopje koffie drinken, maar we zijn het uitgestorven dorp al weer uit voor we er erg in hebben.
Het volgende dorp, Reliegos, ligt twee en een half uur verder. Dus stiefelen we gestaag door op steeds weer datzelfde pad. De omgeving is ook niet bijster indrukwekkend. Alles vlak en kaal. We zijn blij als we om 12.00u in Reliegos aankomen. Daar zitten inmiddels al heel wat pelgrims bij de enige bar midden in het dorp. We drinken en eten hier wat. Een Nederlands meisje komt bij ons zitten en als we weer willen gaan, komt Arie ook aan. We kletsen nog even en gaan dan door naar ons eindpunt voor deze dag. Ook de weg hier naar toe is precies hetzelfde: lang en saai. Maar ja, ook dit is de Camino. Om 14.00u lopen we Mansilla de las Mulas binnen. We gaan meteen naar de refugio. Maar........... we zijn te laat. De herberg is helemaal completo. Alleen een matras midden op de gang in het looppad is nog vrij. En de gang ligt al helemaal vol met matrassen. Dit willen we dus even niet. Daarom maar zoeken naar een Casa Rural. Die is snel gevonden. Lekker wat gaan eten en het stadje verkennen.
Ons overnachtingadres:
Casa rural El Puente, naast de albergue.
Bar + restaurant + prima kamers.
Mansilla de Las Mulas-León: 20km
Bij de Benedictinessen.
Na een rustig nachtje weer vroeg uit de veren. Na de gebruikelijke rituelen zijn we om 07.15u op pad. Over de rivier de Esla verlaten we Mansilla de Las Mulas. We wandelen weer een flink stuk langs de grote weg, maar gelukkig wel op een onverhard voetpad. Links van het voetpad is veelal akkerland. De benen willen, wij willen dus het schiet lekker op. Het gaat prima! Geest en lichaam in evenwicht! In Puente de Villarente drinken we een kopje koffie. Het dorpje is niet bijster interessant, dus weer vlug verder. De volgende passage is weer erg mooi. We lopen nu een stukje van de autoweg af en hier staan de veldbloemen weer volop in bloei. Wat is dat toch steeds een prachtig gezicht. Dan een klein klimmetje en we passeren de Alto del Pontillo, waarna we afdalen naar de vlakte van de Rio Bernesga. Hier kunnen we al een blik werpen op de stad León. Maar het duurt nog een klein uurtje voor we in de oude stad zijn.
Hier is ook de refugio Carbajalas van de Benedictinessen, waar we ons inschrijven. Het gaat er hier heel officieel aan toe. Achter 2 tafels zitten 2 hombres. Als we aan de beurt zijn, worden we uitgenodigd plaats te nemen aan hun tafel. Dan worden je gegevens gevraagd en dit wordt gecontroleerd met de credential. De gegevens zijn: naam, land, leeftijd, waar je gestart bent. Dit wordt heel precies genoteerd in het refugioboek. Er staat een hele rij te wachten, maar zij laten zich niet haasten. Heel prettig. Je voelt je hier welkom. Een hospitalera wijst ons vervolgens onze slaapplaats. Het is een grote slaapzaal waar de stapelbedden 2 aan 2 tegen elkaar staan. Wij krijgen 2 onderbedden. We installeren ons, gaan douchen en dan de stad in. Er waait een frisse, harde wind door de stad. Dit is niet erg aangenaam.
De kathedraal is zeer imposant en heeft prachtige gebrandschilderde, glas in loodramen. Door de lichtinval is het een magnifiek geheel aan kleur. We slenteren wat door de stad, gaan de San Isodro bekijken. Een sobere kerk, maar er straalt zo'n rust van uit. Even zitten en tot jezelf komen! Dan zijn we een beetje uitgekeken op de stad. Veel gebouwen zijn dicht en we voelen ons wat moe van de wandeling en het slenteren door de stad. Nog even een terrasje pakken en dan terug naar de refugio en vroeg naar bed. Om 20.00u komt er nog bijna letterlijk en figuurlijk een oudere pelgrim binnenvallen. Het is een Braziliaan en de man is totaal op. Hij valt op bed neer en houdt met beide handen zijn hoofd vast. We hebben hem toch maar even goed in de gaten gehouden, want je weet maar nooit! Maar op een gegeven moment valt hij als een blok in slaap. Gelukkig maar.
Ons overnachtingadres:
Albergue in het Convento Santa Maria de las Carvajalas. Een prettig ontvangst hier, maar enorm druk.
León-Villar de Mazarife: 22 km
Een stevige bries.
Vanmorgen weer in alle vroegte op pad. Om 05.30u kan Ger het niet meer uithouden in bed, vanwege de harde plank onder de matras. Dit is niet bevorderlijk voor iemand met rugklachten. Dat betekent dat we om 06.30u weg zijn. Gelukkig loopt de Braziliaan ook weer mee. Hij ziet er wel nog behoorlijk afgepeigerd uit, maar hij heeft er toch weer een flink tempo in. De route is de eerste anderhalf uur oersaai. Alleen over asfalt en door het industriegebied. Dan komen we in Virgen del Camino. Bij deze naam stel je je iets lieflijks voor, maar niets is minder waar. Reclameborden schreeuwen je tegemoet en er is alleen maar nieuw-en hoogbouw. Bovendien gaat midden door het stadje een grote, drukke weg waar de auto's behoorlijk razen. We zijn blij als we bij de Bedevaartskerk kunnen oversteken en kunnen kiezen voor de alternatieve route, weg van de snelweg. Aan de voorgevel van de Bedevaartskerk boven de ingang, zijn 13 grote koperen beelden aangebracht. Het is een voorstelling van de 12 apostelen met de H.Maagd Maria.
Even later zijn we in een prachtige omgeving: de hoogvlakte van de Páramo. Het doet iets heideachtig aan met lage struiken zoals lavendel en brem. Geweldig gezicht dat paars en geel tussen al dat groen. Dit wordt afgewisseld met akkerland en wijngaarden. En dan die rust! Heerlijk! Alleen het geluid van de wind is hoorbaar, want er waait een stevige, frisse bries. Ooievaars vliegen af en aan. Een vliegt er net boven het hoofd van Ger. Het lijkt net alsof hij op zijn hoed wil gaan zitten, maar zich op het laatste moment bedenkt en verder vliegt. Zo lopen we door naar Chozas de Abajo. Een bord wijst weer: bar 200 mtr. We hadden kunnen denken dat dit weer Spaanse meters zijn, dus we lopen zowat het hele dorp door om bij de bar te komen. Maar hier is het wel gezellig. Er zitten al verschillende pelgrims, waar we wat mee kletsen. Ook Arie komt aanlopen. We gekkejennen wat, maar er wordt ook serieus gepraat over werk en wat de Camino met je doet. Heel bijzonder!
Na een klein uurtje gaan we weer verder. Rond 12.30u komen we aan in Villar de Mazarife. We besluiten om in de refugio Tio Pepe te overnachten. Er is zelfs een 2-persoonskamer vrij die we krijgen. Alles heel netjes. Het zijn heel hartelijke mensen. Gezellig! Gauw eten en dan kleren wassen. Want met deze wind in combinatie met de zon, droogt alles snel. En er is een prachtige binnenplaats waar alles opgehangen kan worden. Pepe heeft ook internet, maar......... no fuctione!! Jammer, maar dan moet het verslag maar even wachten. Vanuit de slaapkamer hebben we zicht op de parochiekerk van de apostel Jacobus. Op de toren zijn maar liefst 4 ooievaarsnesten, waarvan 3 bewoond. Vanachter het raam zitten we met ontzag te kijken hoe de kleintjes gevoed worden. Na nog een lekker pilsje gaan we weer met de kippen op stok!!
Ons overnachtingadres:
Albergue Tio Pepe: Bij de kerk met de 4 ooievaarsnesten. Bar + restaurant + gezellige binnenplaats. Aparte kamers. Privé albergue.
Villar de Mazarife-Astorga: 36 km
Een lange, mooie dag.
Na een kopje cafe con leche bij Pepe vertrekken we rond 07.30u. Het is weer fris en windig, dus de jassen gaan weer aan. Ger start op zijn sandalen, maar na enkele km blijkt dat toch geen succes. En gaan de wandelschoenen weer aan. He, he, dat zit toch wat prettiger! We lopen een km of 6 over geasfalteerde weg richting Villavante. Dit maakt dat we er een flink tempo in hebben. In Villavante, een echt slaapstadje, houden we even pauze. We treffen hier 2 dames uit Toronto. Hier gezellig mee gekletst. Ze willen zelfs in Nederland een wandelbroek gaan kopen, want ze vinden mijn(Thea) rode wandelbroek wel erg leuk. Als we gaan, zegt ze: ik zal je wel herkennen als: de lady in de red pants. Met frisse moed gaan we verder, richting Hospital de Órbigo. De weg is nog steeds niet erg prettig en op een bepaald moment zien we geen bewegwijzering meer. Dus op hoop van zegen gaan we rechtsaf.
De H.Jacobus is ons goed gezind, want het blijkt goed te zijn. Via een oude, prachtige brug-de langste van de Jacobsroute- lopen we Hospital de Órbigo binnen.
De planning was eigenlijk om hier te overnachten, maar het is nog erg vroeg, 10.30u, als we aankomen. Dus we besluiten om wat inkopen te doen en verder te lopen. We zien dan wel hoe ver we komen. Ook hier kunnen we kiezen uit 2 routes. We kiezen voor de iets langere route, maar die is weer weg van de snelweg. En weer kiezen we goed. Het is zo'n geweldig mooie route. Prachtige vergezichten. Het is ontroerend. We voelen ons bevoorrecht dat we hier mogen lopen en genieten! Het weer is prachtig, de wind is gaan liggen en we voelen ons super! We lopen door kleine dorpjes waar de mensen hartelijk en vriendelijk zijn. In Santibáñez de Valdeiglesias pauzeren we even. In dit kleine dorpje is zelfs een refugio. Deze wordt beheerd door een Nederlandse!! Als we verder lopen, wordt de omgeving zo mogelijk nog mooier! In de verte zien we de Montes de León. Op een bepaald moment lijkt het alsof we alleen op pad zijn. Er is geen levend wezen te bespeuren. Heerlijk!! En zo rustig.
Ons overnachtingadres:
Hotel Gaudi: Tegenover het Paleis van Gaudi en vlak bij de kathedraal. Lekker gegeten en goed uit kunnen rusten.
Astorga-Rabanal del Camino: 20 km
Rode aarde en rode wijn!
Vanmorgen eerst lekker uitslapen. Zodat we pas om 09.00u op pad gaan. Het zonnetje schijnt al lekker, als we de prachtige stad Astorga uitwandelen. We beginnen weer langs de weg, eerst over asfalt en even later over een onverhard pad langs de weg. Het is wel vermoeiend, maar voor we het weten zijn we toch al in het plaatsje Murias de Rechivaldo. Hier drinken we een kopje koffie con leche en raken aan de praat met 4 Belgische meiden, die vanmorgen hun Camino gestart zijn in Astorga. Vanaf dit plaatsje is de omgeving weer zo mooi!! Heel veel bloeiende gele brem. En dat tussen al dat groen en de lavendel. De paden van rode aarde. Wat een kleurenpracht weer!!
Onderweg komen we weer het oudere Spaanse echtpaar tegen. De vrouw heeft een ontsteking aan haar been, maar loopt nog steeds door. We zijn hun al diverse keren tegengekomen. En steeds weer een gezellig praatje. De vrouw, klein en tenger, weet haar mondje heel goed te roeren. En, hoewel ze alleen maar Spaans praten, kunnen we elkaar toch begrijpen. Daar zorgt die Camino toch maar mooi voor!! In het dorpje Santa Catalina de Somoza merken we voor het eerst na al die gelopen km. iets van commercie. Dat wil zeggen: aan de rand van het dorp staat een oude Spanjaard met Camino-atributen: schelpen, kalebassen, kruisjes en wandelstokken. En in het dorp zelf, een lange straat, zijn verschillende barretjes c.q. restaurantjes. Maar het doet allemaal heel aandoenlijk aan.
Zo rond het middaguur komen we aan in El Ganso. We besluiten hier te eten: Menu del Dia! De hartelijke, aardige gastvrouw serveert soep en als hoofdgerecht: Gebakken ei, chorizoworst, frites en salade. En als toetje: ananas. Hier hoort natuurlijk ook een fles rode wijn bij. We zitten lekker gezellig in het zonnetje en laten ons eten en wijn heerlijk smaken. De wijn is natuurlijk niet zo'n goed idee als je daarna nog 2 uur moet lopen. Maar ja, ook deze peregrinos lusten wel eens graag een wijntje. Dat deze daarna tijdens het lopen in onze benen zakt, nemen we maar op de koop toe. Toch zijn we heeeeeel blij als Rabanal del Camino in zicht komt. Even later maken we nog kennis met een Deense man die onderweg is met zijn zesjarig zoontje!! Het manneke stapt stevig door. Leuk om te zien. De man hoopt dat hij het volhoudt.
Dan komen we op plaats van bestemming. De hospitalera van de refugio zit al buiten op het muurtje te wachten. Aan iedereen die voorbij komt, vraagt ze: Albergue, albergue??? Ze wil haar bedjes graag bezet hebben. Ze doet dit op een zo natuurlijke en open wijze, dat we voor haar zwichten en inschrijven. De vrouw is een heel gezellig type. Ze kletst wat af. Of we dit nu begrijpen of niet, ze blijft praten. Maar door haar gebaren erbij, is het toch redelijk duidelijk. We installeren ons in een kamer met 6 stapelbedden. We nemen 2 benedenbedden die tegen elkaar geschoven zijn. We zetten onze rugzakken tegen de bedden. Het is eerst tijd voor een lekkere cerveza!!! Die gaat er wel in!! We treffen Arie ook weer. Hij was al om 12.30u gearriveerd. We drinken samen een pilsje, kletsen wat en gaan dan lekker douchen. Dan nog een klein handwasje en gaan verder het heel oude, maar gezellige dorpje verkennen. En vanavond....op tijd naar bed, want morgen is het weer vroeg dag.
Ons overnachtingadres:
Albergue El Tesin. Aan het begin van het dorp. Kleine kamers met een heel aardige hospitalera.
Bar + restaurant ligt ernaast.
Rabanal del Camino-El Acebo: 18 km
Ons steentje kwijt!
Klokslag 07.00u gaan we op pad. Er waait een behoorlijk frisse wind als we Rabanal del Camino uitlopen. Dus jassen aan. Er volgt een weg van behoorlijk stijgen en dalen in een prachtige omgeving. De natuur is hier echt tot bloei gekomen. " C'est Magnifique!" zegt een passerende franse jongen. En gelijk heeft hij. Witte, gele en paarse brem. Roze en paarse heide. Gele boterbloemen en lavendel. Dat staat daar links en rechts van ons als een prachtig veldboeket. We lopen tot het dorpje Foncebadon. Wat een desolate plaats! Een praktisch geheel verlaten dorp. Alleen een bar/restaurant (wat er heel mooi uitziet) en in de kerk is een refugio gevestigd. De rest is allemaal in vervallen staat. Midden in het dorp liggen 4 honden op straat te slapen. Blijkbaar letten zij op schapen, die we wel horen blaten, maar niet zien. Naar de passerende pelgrims kijken ze niet om.
Inmiddels is de wind gaan liggen en is het lekker warm geworden. Dus jas en trui gaan uit! We gaan weer stijgen en komen om ca 09.15u aan bij het Cruz de Ferro (ijzeren kruis) op 1504 mtr hoogte. Op een flinke hoop stenen staat een boomstam van zo'n 5 meter met daarboven op een ijzeren kruis. Pelgrims leggen hier al sinds lang hun meegebrachte steen neer als symbool van de last die ze met zich meedragen. Deze last kunnen ze afleggen door de tocht te maken naar Santiago de Compostela. Ger gooit zijn steentje op de berg en ik(Thea) klim naar de boomstam toe en leg mijn steentje hier boven neer. Er gaan allerlei gedachten door me heen. Maar vooral denk ik toch aan "os mam". Toch even een emotioneel moment. (Helaas Jaques van Stien van tante Iet: De sjtein van boete oet Sjwame hubbe veur neet gevonje!!!!)
Op de rustplaats zitten 3 jonge paters samen hardop te bidden. Dat voegt iets extra's toe. Ger heeft wat last van zijn rug, dus hij wil niet te lang blijven staan. Vervolgens komen we aan in het bergdorpje Manjarin. Ook dit kleine gehuchtje is verlaten op een refugio na. Die is klein en heel intiem. Er hangt een warme sfeer. Ger koopt hier een pinspeld voor op zijn hoed. Hij heeft inmiddels al een hele verzameling. Dan gaat de Camino opnieuw stijgen. Het wordt steeds warmer. Heerlijk dat zonnetje. Dat maakt de omgeving dubbel zo mooi en ontzagwekkend. En dan is het alsmaar dalen, dalen en nog eens dalen. En dat op een weg met veel steenslag. De benen hebben hier wel moeite mee. Het is vooral een aanslag op knieën en voeten.
Als we El Acebo hebben bereikt, heb ik (Thea) dan ook behoorlijk last van mijn re-voet. Dus besluiten we om in El Acebo te overnachten. Maar zoals al vaker is voorgekomen, ook hier is de albergue completo. Het is een heel gezellig oud dorpje. De huisjes hebben veelal een klein overstekend balkonnetje. Het doet heel lief en knus aan dit dorpje met zijn hele smalle straatjes. Als we zitten te eten komen er zelfs 2 touringcars voorbij. Het is een wonder dat de balkonnetjes er nog hangen!
We treffen de 3 Zwitserse dames nog als we buiten komen. Zij hebben hun rugzakken doorgestuurd naar Molinaseca en lopen zelf dit stuk nog verder (zeker 3 uur!) Het zijn taaie tantes. Snel gaan we op zoek naar een slaapplaats. Na wat op en neer door het dorpje te zijn gewandeld vinden we een Casa rural: La Casa del Monte Irago. Hier is nog een kamer vrij. Een heel knus kamertje met badkamer en veel hout en natuursteen. Doet heel warm aan. Dan nog even naar de tienda voor wat boodschappen. Hierna genieten we nog lekker op een bankje van een heerlijk zonnetje voor de casa rural. Mijn voet begint behoorlijk pijn te doen dus gaan we terug naar binnen om deze wat rust te gunnen. Maar even aanzien hoe het gaat. En natuurlijk weer op tijd naar bed!!
Ons overnachtingadres:
La casa del Monte Irago: Casa rural, prima adres in dit kleine dorpje.
El Acebo-Ponferrada: 17 km
Kamertje San Lucas.
Na een heerlijke nachtrust gaan we om 08.00u op pad. Mijn voet is weer oké!! Het is al heerlijk warm, dus jas en trui blijven uit! Het landschap blijft onveranderlijk mooi. We lopen stijgend het dorp El Acebo uit. Na een stukje langs de weg te hebben gelopen, gaat de Camino linksaf naar het dorp Riego de Ambrós. We zijn op zoek naar een bar voor een kopje cafe con leche, maar helaas: de bar is dicht!! Dus er zit niets anders op dan doorlopen. Weer is de omgeving heel indrukwekkend: prachtige vergezichten, kleine smalle paadjes, de bergen op de achtergrond, een herder met een flinke kudde schapen, de gigantisch mooie bloemen. Het is er allemaal. Wat een pracht om hier te mogen lopen! In het begin lijkt het alsof we helemaal alleen op pad zijn. Er is het eerste uur geen pelgrim te zien. Dat hebben we nog niet meegemaakt. Maar waarschijnlijk zijn velen erg vroeg vertrokken vanwege de te verwachten warmte.
Alleen Daniel, een Schotse jongen, loopt even met ons op. Hij was gisteren behoorlijk ziek geweest, maar vandaag ging het wel. Hij kijkt inderdaad behoorlijk pips. Als we in het dorpje Molinaseca aankomen, zien we bij een barretje toch ook weer andere pelgrims zitten. Wij drinken hier een lekker kopje cafe con leche. Daarna even bij de Pharmacia aan voor een rolletje tape. Die is bijna op en toch heel belangrijk. Omdat 's-morgens toch de hakken afgetaped moeten worden ter voorkoming van blaren. Dit werkt nog steeds goed. Ger heeft nog geen blaar gehad en ik maar eentje.(hopelijk houden we dat zo!!) We lopen door Molinaseca, ook een prachtig oud dorpje, richting Ponferrada. Dit gaat een flink stuk omhoog langs de grote weg. Maar bij het dorpje Campo gaat de route weer het mooie landschap in. Hier zien we boven op een elektriciteitsmast nog een ooievaarsnest. 2 kleine ooievaartjes kijken ons parmantig vanuit hun hoge zitplaats na. Ook Campo is zo'n leuk oud dorpje. Oude houten huisjes met balkonnetjes. Maar ook nieuwere huizen. Inmiddels lopen we weer over asfalt. Ponferrada lijkt dichtbij.
We volgen de Camino, want die leidt ons toch naar het oude gedeelte van de stad. Het gaat wel omhoog, dus wat moeizaam. Maar het is de moeite waard, want de binnenstad is heel indrukwekkend. Aan een pleintje drinken we een pilsje en eten we een hapje. Dan besluiten we ook dat het voor vandaag welletjes is geweest en lopen naar de refugio. Het is een grote, nieuwe en prachtige refugio. Er is plaats voor ca 200 personen, maar allemaal verdeeld over kamers. Ook hier gaat het officieel toe. We worden uitgenodigd aan een tafeltje te komen zitten waar we worden ingeschreven. De rij wachtende is heel lang, maar dat deert niet. Een hospitalero gaat langs met limonade. Heel gastvrij allemaal. Wij krijgen kamer San Lucas toebedeeld. Hier staan slechts 2 stapelbedden op. We installeren ons, gaan douchen, even een wasje en dan lekker de stad in!! Vanavond zullen we op tijd ons nestje opzoeken, want de komende dagen wachten ons zware routes. En het weer blijft volgens de voorspelling warm!!
Ons overnachtingadres:
Albergue Santo Nicolas de Flüe: Wel een heel grote albergue, maar allemaal met kleine kamertjes. Grote tuin bij. Mooie plaats.
Ponferrada-Villafranca del Bierzo: 24 km
Een bijzondere ontmoeting!
Zoals gezegd, vanmorgen vroeg op pad. Om 06.30u waren we weg uit refugio San Nicolas del Flüe. En we waren niet de eersten!! Er hadden meer mensen rekening gehouden met de te verwachten warmte. In Ponferrada was het allemaal goed aangegeven, dus waren we gauw de stad uit. We liepen een stukje op met 2 Rotterdamse dames. Zij hebben al eens gefietst en waren nu in etappes aan het lopen. Het wandelen beviel hun beter dan het fietsen, omdat je zo meer ziet en meer ontmoetingen hebt. De Camino ging voorlopig alleen over asfalt, maar beslist niet saai. Als we na anderhalf uur in Columbrianos in een barretje een heerlijk kopje cafe con leche drinken, zit daar ook een Japanse te ontbijten.
Wij zagen haar gisteren ook al heel even in de refugio. Het is een heel frele poppetje. De rugzak lijkt zwaarder dan zijzelf! Op een bepaald moment staat zij op en gaat naar de paar vrouwen (waaronder ik) die in het barretje zitten en geeft aan ieder een haarklemmetje in de vorm van een Jacobsschelp. Hierbij doet zij het tradionele begroetingsgebaar van Japan: handen gevouwen en een lichte buiging. Ik (Thea) kom met haar aan de praat. Zij heeft een heel hoog piepstemmetje en in gebrekkig Engels zegt ze dat ze al eerder een stuk van de Camino gelopen heeft. Zij zegt opeens 3 woorden: Peregrinas, amigas en Corozon. Door haar gebaren geeft zij aan: De peregrinas zijn voor haar vriendinnen die ze in haar hart heeft gesloten. Dan kijkt zij Ger aan, buigt met gevouwen handen voor hem, pakt haar rugzak en gaat. Als we haar nakijken, zien we dat ze gewone, heel dunne zomerschoentjes aanheeft. Maar het lijkt of ze vleugels heeft, zo lichtvoetig loopt ze en in no-time zien we haar niet meer!
Wij vervolgen onze weg en komen in de plaatsjes Fuentes Nuevas (heel leuk oud dorpje) en Camponaraya. Dit is niet zo bijster interessant dus lopen we snel door. Aan het eind van dit dorpje is wel wat leuks: bij een bodega staat een een grote wijnfontein. Hier spuit boven Vino Tinto uit, maar helaas: ik kan er niet aan!! Het landschap is nu behoorlijk glooiend en heel mooi. We hebben zicht op het Cantabrisch gebergte. Het is weer ontzagwekkend prachtig. We lopen door de wijngaarden van de Bierzo. Geweldig hoe deze allemaal tegen de hellingen liggen. En het brengt een rust over je om hier doorheen te lopen! We komen aan in het stadje Cacabelos. De kerk staat open!!! Dus gauw een kijkje nemen. Blijkbaar vindt er vanmiddag een huwelijk plaats, dus de kerk is prachtig verlicht en versierd. Een heel mooie, kleine kerk. Iedere keer weer verwonderlijk wat een pracht zo'n kerkje herbergt.
Tegenover het kerkje lopen we een straatje in en gaan op een bankje bij een plein lekker uitrusten. In de tegenoverliggende winkel koop ik wat fruit, koek en fris. Heerlijk!! Na ca 45 minuten gaan we verder. Wat volgt is een heel vermoeiende tocht van stijgen en dalen en weer stijgen en dalen. De warmte maakt het allemaal nog zwaarder. Op tijd stilstaan voor te drinken dus. Maar de omgeving maakt dit weer ruimschoots goed, want het is weer magnifiek!! Tegen de klok van een uur komen we in Villafranca del Bierzo aan. Deze stad wordt ook wel " Klein Santiago" genoemd, omdat er zoveel kerken en pelgrimsherbergen in de middeleeuwen waren. De stad is ook helemaal op pelgrims gericht. De herbergen liggen boven aan de rand van de stad, maar we willen meer in het centrum overnachten. Dit ligt veel lager, dus weer een daling! (mijn voeten, mijn voeten!!) We vragen aan een politieman waar een hostal is. Hij neemt alle tijd en schrijft vanalles op. We gaan eerst wat eten en.... pilsje pakken!
Als we besluiten om naar hotel San Fransisco te gaan, wat dicht bij het plein ligt, houdt een vrouw die op de stoep bij een voordeur kersen verkoopt ons aan. Zij vraagt of we habitacion(nachtverblijf) zoeken. Zij heeft wel wat!! Dus wij met haar mee, de volgende voordeur in. Blijkt zij hier een hele etage kamers te hebben. We zoeken er een uit, betalen en weg is de vrouw. We doen ons wasje en gaan de stad in. Inmiddels is het bloedheet in de stad. Een thermometer wijst 41 graden aan!! En nog zien we pelgrims met volle bepakking lopen. We gaan nog even kijken hoe de Camino morgen verder gaat. Want we willen de Camino Duro lopen. Dit is een zwaardere route, maar veel mooier. De andere route gaat veelal via een grotere, gevaarlijke weg. En dat willen we niet!! Dus vanavond weer op tijd naar bed. En morgen weer vroeg op. Maar eerst gaan we een terrasje pakken, voor een lekkere koude cerveza, proost!!
Ons overnachtingadres:
Ergens op de Plaza Mayor in een oude farmacia. Kamertjes voor het uitzoeken. Een vrouwtje wat er kersen stond te verkopen, bood ons deze gelegenheid.
Villafranca del Bierzo-Vega de Valcarce: 19 km
Zondag 28 mei.
Zwaar en heet!
Na een rustige nacht vanmorgen om 06.30u op pad. (het wordt een gewoonte!!) Volgens de reisgids is de Camino Duro behoorlijk zwaar. (Duro = zwaar) En inderdaad, het begin gaat enorm steil omhoog. En dit duurt ca een uur. Dus dat is even afzien. Maar het is weer zo mooi!! Eerst door een kastanjebos en dan vervolgens over open terrein. Links zien we in de diepte de pelgrims lopen (als mieren zo klein) die over de grote weg lopen. En de bergen! Wat ontzagwekkend. De natuur is weer vol met lavendel, brem en heide. Jammer dat er zoveel verbrand is. Hele dennenbossen zijn weg! De stille getuigen hiervan, verbrande takken en boomstammen, liggen nog op de helling. En steeds het mooie uitzicht op het dal van de Valcarce. In de verte zien we Villafranca del Bierzo nog liggen. Zo lopen we door, stijgend en dalend. Op een bepaald moment heb ik(Thea) het gevoel pap in de benen te hebben. Het wordt behoorlijk zwaar voor mij. De zon is intussen al behoorlijk warm. Maar even later gaat het gelukkig weer!
Bij het dorpje Pradela raken we de weg kwijt. De pijlen wijzen 2 richtingen uit. Wat nu? We gaan door een bos, maar even later zien we geen pijlen meer. Dus via een landweggetje weer terug naar een grotere weg. We staan de dubben en te dubben. Dan komt een Duitse jongen aangelopen. Die vraagt of hier ergens een winkel is!! In niemandsland notabene!! Hij is met een groep onderweg, maar vanmorgen alleen vertrokken. Alleen wat water heeft hij bij zich. Ook een man uit Keulen komt aanlopen. Met zijn boek en het onze komen we er niet echt uit. Dan zien we Ria en Hetty, de 2 Rotterdamse dames waar we gisteren samen mee hebben gegeten, aankomen. Samen besluiten we omlaag te lopen via de asfaltweg. Even later komen we de markering van de Camino tegen en gaan we steil omlaag naar Trabadelo. De Duitse jongen heeft het niet meer. Hij is zijn groep kwijt, weet geen telf.nr., heeft geen geld!! Ger geeft hem geld voor de telf.automaat, zodat hij zijn vader in Duitsland kan bellen voor het mobilenummer van de groep. Dit lukt. Dan belt hij de groep, maar via de gewone telefoon lukt dit niet. Dat belt Ger via ons mobieltje het nummer. Dit lukt wel. De groep is in het volgende dorp. Ger koopt nog 2 koeken voor hem en hij gaat, opgelucht, op weg. Die heeft zijn Caminoles wel geleerd!! (Hopelijk)
Na een lekker kopje cafe con leche (daar zijn we wel aan toe, na 4 uur lopen) gaan we verder. Samen met Ria en Hetty. Het volgende dorpje, Ambasmestas, is volgens de gids 45 min. lopen. Helaas, dit blijken 2 uur te zijn!! En de zon brandt ongenadig op onze koppies!! We besluiten in Vega de Valcarce in de refugio "do Brasil", meteen aan het begin van het dorp, te overnachten. Ria en Hetty lopen door het dorp in. Zij zijn toe aan rust en nemen dus een hostel. De ontvangst is heel hartelijk. Ik word meteen door de hospitalera gekust. Deze jonge Braziliaanse vrouw hebben we de afgelopen weken al vaker gezien. Ook de jonge hospitalero is dolenthousiast. Hij tapt meteen een pilsje. Hij ziet dat we daaraan toe zijn!! In de refugio kunnen we ook eten en morgenvroeg ontbijten. Dus dat doen we ook. Nu nog een wasje en even het dorpje verkennen!! Vanavond weer op tijd naar bed, want morgen wacht ons weer een zware klim naar O Cebreiro!!
Ons overnachtingadres:
Albergue Do Brasil: Zo'n 500 mtr. voor Vega de Valcarce. Een bijzonder verblijf hebben we hier gehad. Heel hartelijke hospitalero. Diner s'avonds samen was geweldig. Een hoogtepunt voor ons.
Vega de Valcarce-Hospital de Condesa 18 km
Mistflarden!
Eerst nog even iets vertellen over het cena (diner) in refugio de Brasil. Er was namelijk een gezamenlijke maaltijd. Om 20.00u werd gegeten. We zaten met 14 personen aan tafel: de Braziliaanse hospitalero, nog 3 andere Brazilianen, een Italiaan, 4 Nederlanders, 3 Duitsers, een Canadees en een Amerikaanse. (vanaf Roncesvalles zien we deze leuke meid geregeld) Alvorens te eten geeft de hospitalero aan dat het gebruik is binnen deze refugio om voor aanvang van het diner zich voor te stellen en te vertellen wat de Camino voor jou betekent. Het is mooi al die, korte, impressies van andere pelgrims te horen. Echt heel bijzonder! Ik(Thea) zit naast een Braziliaan die heel boeiend kan vertellen. Ger zit langs een Duitse vrouw uit Beieren. Een heel aardig iemand, die we al vaker gezien hebben. Na een lekker diner (Braziliaanse kost: een soort chilie con carne met gemengde salade) begint de Italiaan ook nog te zingen. Dan is het inmiddels 21.45u. Wij vinden het welletjes en gaan naar bed. Vanmorgen is de ontbijttafel fijn gedekt en schuiven we om 06.30u aan. Rustige muziek op de achtergrond. Om 07.00u vertrekken we. De hospitaleros nemen hartelijk afscheid. Aan de voordeur hangt een bel en hiermee worden we uitgeluid. Dit gaat door totdat we uit zicht zijn. We kijken nog even om en hij staat nog te zwaaien. We zwaaien terug en weg zijn we.
We lopen door enkele slaperige, oude dorpjes. Leuk om te zien, maar meer dan enkele koeien, honden en een boerin die wakker zit te worden op een stoepje zien we niet. Na het dorpje Las Herrerías-Hospital Inglés (alleen de naam al!) begint een stijging naar het bergdorpje La Faba. We lopen door een prachtig loofbos over een goed bewaard gebleven grof geplaveide oude pelgrimsweg. Heel bijzonder te weten dat hier honderden jaren geleden ook al pelgrims liepen. In La Faba drinken we een kopje cafe con leche en beginnen dan aan de sterke stijging naar O Cebreiro. Het is lekker warm weer en de omgeving is een waar plaatje. Zo machtig mooi!! Na het gehuchtje La Laguna lopen we de streek Galicië binnen. Hogerop zien we tussen de bergen mistflarden hangen. We lopen door naar boven en ineens, uit het niets, lopen we in de nevel. Dit is zo'n speciale ervaring. Het is meteen ook kouder. Het doet een beetje spookachtig aan. Alsof de geesten van vele pelgrims hier rondwaren!! Even later is het weer prachtig zonnig.
Maar dan komen we aan in O Cebreiro en hier is het steenkoud en heel mistig!! De uitzichten schijnen hier ook heel bijzonder mooi te zijn, maar helaas! O Cebreiro is een heel leuk klein dorpje. Maar erg toeristisch. Hier komen we zelfs een Belfeldse fietser tegen!! (banknummer ken ik niet, doet de Camino dat??) We bekijken het dorpje, drinken koffie en een stuk koek en gaan dan weer verder. Hier komen we uit boven de wolken. Wij lopen in de zon en beneden ons hangt de mist. Wat een magnifiek gezicht. Ger heeft er mooie foto's van gemaakt. Na het dorpje Linares komen we op de Alto de San Roque. Hier staat een metalen pelgrimsbeeld, dat een pelgrim voorstelt die worstelt tegen wind en regen. We naderen het gehuchtje Hospital de Condesa.(23 inwoners!!) We besluiten hier te overnachten. Later zitten we op een terrasje bij onze hostel en komt een man aan met 3 koeien die hij naar de wei brengt. We komen aan de praat en het blijkt dat hij ruim 30 jaar geleden 25 maanden in Nederland gewerkt heeft. Maar zijn koeien lopen de verkeerde kant op, dus hij heeft geen tijd om verder te praten. Even later komt hij terug en kletsen we wat. Hij in gebrekkig Nederlands, wij in gebrekkig Spaans, maar het gaat goed!! We begrijpen elkaar.
Ons overnachtingadres:
Meson O Tear. Casa rural met mooie kamer en lekker eten.
Hospital de Condesa-Triacastela 17 km
Koeien......Vlaaien......Perros....
Vanmorgen een beetje uitgeslapen, want we zijn pas om 07.40u op pad. De route is niet zo lang, vandaar. We nemen in plaats van een rustdag een kortere route. We zijn dan nog voor de middag op plaats van bestemming en kunnen dan rustig van het plaatsje genieten. De rustdag hebben we dus vervangen door het maken van een korte route op een dag. Want na de vorige rustdag ( Castrojeriz) had vooral ik (Thea) daags erna moeite om weer op gang te komen. Dus, thuisblijvers, niet bang zijn dat we niet voldoende rust nemen, want zo gaat net nog steeds prima! De omgeving is weer een plaatje. Bergen met laaghangende bewolking en zon.
We komen weer door verschillende gehuchtjes, zoals Padornelo. Heel klein, heel oud. En de huizen meestal in een min of meer vervallen staat. Op de pas Alto de Poio begint het behoorlijk koud te worden. En weer komen de mistflarden op. Maar het uitzicht, wat je kunt zien, is weer zo mooi! Na het dorpje Fonfría bereiken we het gehuchtje Biduedo. Hier drinken we een kopje cafe con leche. Als we hier weer verder lopen, kun je goed zien dat, net als in de overige dorpjes waar we vandaag doorheen komen, veeteelt de grootste bron van inkomsten is. In elk dorp, gehucht, zie je wel een boer of boerin met een aantal koeien over de "hoofdstraat" lopen. Een of meer perros (honden) houden de koeien in het gareel. En wij moeten vaak rare stappen nemen om niet in een vlaai te trappen! De honden zijn trouwens zonder uitzondering groot! Meest herdershonden of een verbastering hiervan. Maar negeren ons pelgrims totaal. Gelukkig maar!
Als we verder lopen, krijgen we rechts prachtige uitzichten op Monte Calderón en links zijn de weilanden met in de berm weer de prachtigste veldbloemen. Via het gehuchtje Filloval en het dorpje As Pasantes (Ger heeft hier nog een foto gemaakt van een soort ezel) bereiken we Triacastela. Een leuk, toeristisch dorp. Met veel restaurantjes en barretjes. We gaan lekker eten en treffen in het restaurant een hele bus met Duitse toeristen. Die zijn ook op weg naar Santiago de Compestela. Later bij het verkennen van het dorpje ontmoeten we de dames uit Toronto weer. We kletsen wat en lopen dan terug naar de refugio Aitzenea. Het is een prettige refugio. De hospitalera heet ons van harte welkom. Fijne, rustige muziek klinkt op de achtergrond. Dat brengt meteen zo'n fijne sfeer! We krijgen een kamer met slechts 3 stapelbedden toegewezen. Daarna gaan we nog lekker op een terrasje genieten van het zonnetje. Want in de loop van de middag is de koude wind weer gaan liggen en is het heerlijk warm.
Ons overnachtingadres:
Albergue Aitzenea: Mooie albergue met een heel prettige hospitalera. Keuken met wasmachine. Kleine kamertjes.
Triacastela-Sarria 17 km
Lekkere cafe con leche bij do Franco.
Ger heeft goed geslapen. Ik wat minder. het lijkt alsof mijn benen 's-nachts nog door willen lopen. En in mijn mummieslaapzak kan ik de benen niet leggen zoals ik wil. Maar nadat ik uit mijn slaapzak ben gekropen en deze maar als een deken over me heen leg, val ik toch in slaap. Dus vanmorgen ietwat duf om 07.45u op pad. Er waait een koude wind, hoewel de zon al tevoorschijn komt. Dus trui en jas (Ger) aan. Er zijn 2 verschillende routes vandaag. We kiezen voor de route door de heuvels en door oude dorpjes. De andere route gaat veelal over asfalt. We missen dan wel het klooster van Samos (wat erg mooi moet zijn), maar een mens moet keuzes maken in zijn leven en wij gaan voor een mooie omgeving. En inderdaad, wat is het weer prachtig. De lucht is helder. Gelukkig geen mist vandaag, zodat we mijlenver kunnen kijken. En het is zo rustig! We komen in het gehucht A Balsa. Hier is zelfs geen hond te zien, laat staan een mens. Het lijkt ook alsof er niemand woont. Aan het eind van het gehucht gaat de weg wat steil omhoog. En daar staat een heel klein, kneuterig kapelletje. Weliswaar gesloten, maar door het traliepoortje kunnen we wel naar binnen kijken. Er staat niets in dan een klein altaartje met wat bloemen erop. Maar achter het altaar staat een retabel. Met de prachtigste houten beelden. Heel eenvoudig van vorm, heel sober, maar juist daardoor heel indrukwekkend.
Via oude, holle wegen en het gehucht San Gil (in het Galicisch: San Xil) lopen we over de pas Alto de Riocabo. Gelukkig dat het niet heeft geregend, want het pad is niet meer dan een karrenspoor, waar voornamelijk vee over gaat. Zelfs nu is het wat modderig (van de koeienvlaaien??). En als het nat weer is, verandert dit helemaal in een grote modderpoel. Na Fontearcuda, weer zo'n oud, desolaat gehuchtje, komen Ria en Hetty ons achterop gelopen. We hadden gedacht hun na O Cebreiro niet meer te zien, dus het is prettig ze weer te ontmoeten. Het is een heel leuk, hartelijk stel. Samen lopen we door naar het dorp Furela, waar we heerlijke cafe con leche drinken, met een lekker stuk cake erbij. Dit alles bij Casa do Franco. De herbergier maakt alles met heel veel zorg klaar, zodat het natuurlijk nog eens zo lekker is. Hier blijven we een hele poos zitten en kletsen over vanalles en nog wat. Heel gezellig!! Daarna lopen we met ons viertjes door nog wat kleine gehuchtjes richting Sarria. Ieder klein dorpje/gehuchtje heeft toch wel wat. Je snapt vaak niet dat er nog mensen wonen.
Als je al iemand ziet, zijn het vaak oude mensen die op het land staan te ploeteren. Steeds komt dan de uitdrukking: "En de boer, hij ploegde voort" naar boven. Hard werken is het!! Waarschijnlijk zijn ook veel jonge mensen weggetrokken, want deze zie je praktisch niet en op veel huizen staat "su vende" (te koop) (Nellie, als je hier eens langs fietst, moet je maar eens kijken of er niets voor je bij is!!) Maar de omgeving blijft onveranderlijk prachtig. We lopen op een pad langs de weg, hoog boven Sarria. Van verre is te zien dat het toch wel een grotere stad is, met veel hoogbouw. Gelukkig moeten we voor de refugios doorlopen naar het oude gedeelte. Via een aantal trappen, steil omhoog, (het pad van een pelgrim gaat niet altijd over rozen!!) komen we in het oude centrum. Hier liggen aan de Camino wel 4 refugios. We kiezen voor O Durminento. Samen met Ria en Hetty krijgen we een kamer toegewezen waarop 4 stapelbedden staan. Als daar vandaag niemand meer bijkomt, hebben we veel ruimte. De refugio is erg mooi. Alles netjes en er liggen zelfs dekbedden op bed. Dus vannacht lekker geen slaapzak!! De laatste km hebben hun tol geëist van Ger. Hij heeft zelfs moeite met het inschrijven in het refugioboek. Dus eerst bloedsuiker prikken!! Hij blijkt veel te laag te zitten, zodat wij, nadat hij wat snelwerkende suiker heeft genomen, eerst gaan eten. Daarna knapt hij zienderogen op en is gelukkig alles weer goed. Ik ga douchen en Ger gaat een wasje doen (is dat niet goed verdeeld??) Dan de stad een beetje verkennen, maar behalve het oude gedeelte is er weinig moois te beleven aan Sarria.
Ons overnachtingadres:
Albergue O Durmiñento: Hele mooie plaats met leuke kamers, lekkere bedden, dakterras. Je kunt er ook warm eten.
Sarria-Portomarín 25 km
Kilometerpaal 100 !!
Vanmorgen weer vroeg uit de veren. Kwart voor zeven zijn we weg. Het begint al heel lekker. Eerst een weg steil omlaag. Na een klein stukje vlak gaat het over een holle weg flink omhoog. Dat is weer puffen als je boven aankomt. Vandaag gaat de route door een flink aantal dorpen en gehuchten. En dat is te merken. Het een na het andere gehuchtje (meestal niet meer dan een kerkje, een boerderij en enkele huisjes) lopen we door. In Mercado da Serra drinken we koffie. Ria en Hetty zitten hier al. Zij praten met een Argentijns echtpaar. Wij schuiven aan. Heel gezellig koffie-uurtje. Na de koffiestop gaat we verder richting Peruscallo. Ook nu weer is het een prachtige route. Veel over oude paden, de zogenaamde corredoiras. Dit zijn oude veedrijverspaadjes. En dat kun je wel zien. Vlaaien, vlaaien, vlaaien. En verder gaan er een heleboel pelgrims overheen. Want de plaatselijke bevolking gebruikt deze bijna niet meer. Dan komen we bij het dorpje Brea. Hier moet kilometerpaal 100 staan.
Vanaf dat we in Galicië zijn, staat er na elke 500 meter een stenen paaltje met jakobsschelp en de afstand tot Santiago de Compostela. En vandaag bereiken we dus de magische nog te lopen afstand van 100 km. Toch wel een mijlpaal!! (Alleen jammer dat in tegenstelling tot al die andere paaltjes, deze helemaal bekladderd is.) Dit vieren we in Mogarde met, opnieuw koffie en een stuk tarte de Santiago!! Ook voor Ger!! Daarna gaat het weer via veel kleine dorpjes en gehuchtjes en prachtige holle wegen verder. Ook de mooiste en grillig gevormde bomen maken dit landschap tot iets uniek. Dan zien we in de verte het stuwmeer van Belesar liggen en weten dat we bijna in Portemarín zijn.
Portemarín is een nog vrije nieuwe stad. De oude stad ligt verdronken in het stuwmeer dat in 1962 is ontstaan door het afsluiten van de Rio Belesar. Enkele gebouwen, zoals kerk en oude trap zijn "gered" en steen voor steen afgebroken en in de nieuwe stad weer opgebouwd. Maar eerst moeten we nog een flink stuk heel steil afdalen. We komen uit bij de brug over het stuwmeer en lopen via de steile oude trap onze bestemming voor vandaag binnen. De refugio O'Mirador is heel netjes met allemaal aparte kamers waar een aantal stapelbedden staan. Bovendien is er een restaurant bij met terras, waarbij je een schitterend uitzicht hebt op het stuwmeer. En met dit prachtig, zonnig weer is dat alleen maar boffen en dankbaar zijn!!
Ons overnachtingadres:
Albergue O' Mirador: Prachtig gelegen albergue met terras waarop je uitkijk op het stuwmeer. Kamertjes wel klein en vol. Bar + restaurant + lekker eten. Heel mooi.
Pontemarín-Palas de Rei 24 km
Hórreos y Cruzeiros.
Na een minder goede nachtrust (warm en veel lawaai) om 06.00u uit de veren. Gelukkig is op deze kamer iedereen vroeg op, dus we hoeven geen rekening te houden met nog slapende mensen. De 2 Franse dames die ook op onze kamer slapen zijn als een TGV: supersnel. Wakker worden, opstaan, trui en jas aan (broek hebben ze in geslapen), bonjour en au revoir!! Het is behoorlijk mistig en kil. Dus trui en windjack aan. Ja, en nou kunnen we wel vertellen over een prachtige omgeving, maar we zien niets, nada!! Dus we lopen en lopen. Onderweg geregeld wat kletsen met medepelgrims. Zo lopen we even op met een Spaans meisje uit Barcelona. Zij heeft 3 jaar geleden in Amsterdam gewerkt. Rond de klok van 09.00u komen we bij een barretje aan en drinken een kopje cafe con leche. Ook die past zich aan, aan het weer: het is een slap bakkie!! Ria en Hetty zitten ook een kopje koffie te drinken. Ria heeft er moeite mee vandaag. De route is ook vrij pittig begonnen en zij heeft flink last van haar enkel.
Als we naar buiten kijken zien we dat het begint op te klaren en als we een kwartiertje later vertrekken is het weer helder en lekker warm. Zo snel kan het hier gaan!! We lopen verder en komen door verschillende slaperige gehuchtjes. Wel merk je dat in Galicië meer mensen een graantje van de pelgrimage willen meepikken (en geef ze eens ongelijk!!), want je kunt overal wel wat drinken! Een uurtje later komen we aan in Hospital de la Cruz. Wij besluiten hier niet te stoppen, maar door te lopen. Van verre zien we dat Ria en Hetty op een terras zitten. Hopelijk gaat het goed met Ria vandaag. Maar zij is wel een taaie tante!! Wij lopen door en komen door de plaatsjes Ventas de Narón, Lameiros. Naast de weg en in de dorpjes tussen de huizen zien we veel hórreos en cruzeiros. Hórreos zijn heel bijzonder voor dit deel van Spanje. Het zijn opslaghuisjes voor maïskolven. Deze worden hierin gedroogd. De hórreo is een smal, langwerpig bouwsel van natuursteen, dat gebouwd wordt op een verhoging. Dit om te voorkomen dat ongedierte, zoals muizen, bij de maïs kunnen komen. Cruzeiros zijn stenen wegkruizen met afbeeldingen van de kruisiging of het leven van Maria. Heel bijzonder en mooi om te zien.
Als we na een tweede koffiestop, met een lekker stukje tarte Santiago, doorlopen, komen we de Deen weer tegen die met zijn zoontje van 6 op pad is. Op een zware route hebben ze de bus genomen, maar verder ging het prima. Het manneke heeft er duidelijk veel plezier in. Als wij verder lopen, horen we hem honderduit vertellen tegen zijn vader. Het is inmiddels weer bloedheet geworden en de tocht begint bij mij (Thea) zijn tol te eisen. "Mien voet'n doen zo zeer, mien voet'n doen zo zeer". Maar ja, even rusten en doorlopen maar. Dan gaat het wel weer en gelukkig zijn we bijna in Palas de Rei. Op een bepaald moment zien we het plaatsbordje staan. Maar ook nu komen we bedrogen uit. Het is nog zeker een kilometer lopen voordat we in het centrum zijn. En het wordt steeds warmer en warmer. In het centrum hebben we het zo gezien: geen refugio vandaag, maar Casa Benilde, een hotel. Dat nemen we. We checken in, gaan eerst wat eten en dan ga ik (Thea) siësta houden. En Ger, die is nog behoorlijk fit, gaat de was doen. Daarna lekker in bad en dan nog even het stadje in. Als we in een internetcafé dit verslag bijwerken, komen Ria en Hetty binnen. Moe, maar voldaan dat ze hier zijn. Gelukkig!! Maar we zeiden het al: die Ria is een taaie tante!! Een taxi is geen optie voor haar. Die taxi´s hebben we vandaag onderweg aan en af zien rijden, steeds gevuld met, waarschijnlijk behoorlijk vermoeide, pelgrims.
Ons overnachtingadres:
Hotel Casa Benilde: Even iets anders, een leuk hotelletje.
Palas de Rei - Arzúa: 29 km
Casa Teodora!
Wat een goede nachtrust niet al kan doen! Fit als een hoentje starten we om 06.45u. Het is wat kil, maar in de verte schijnt het zonnetje al. Het lijkt alsof we alleen op de wereld zijn. Er is niemand te zien, zelfs geen pelgrim! Hoe is het mogelijk zo vroeg op de morgen? Alleen de warme bakker is zijn ronde aan het maken. Heerlijk ruikt dat versgebakken pan (brood). We komen weer door een aantal slaperige maar o zo knusse dorpjes. Heerlijk om hier op je gemakkie door te lopen en alles te bekijken. Wat we dan ook zeker doen. Wat steeds weer heel bijzonder is, zijn de kleine kerkjes met kerkhoven. De "graven" zijn een soort van kapelletjes, meestal familiegraven. 4 a 5 etages hoog, waarin de graven als een soort laden in het "kapelletje" zijn geschoven. We lopen via de plaatsjes San Xulián, Pallota, Ponte Campaña en Casanovo naar het dorpje Coto voor de cafe con leche. Hier zien we ineens ook weer andere pelgrims! Waar die al die tijd zijn geweest, is een raadsel. De koffie is weer slootwater, maar de cake is lekker. Dan weer verder.
De omgeving is weer zeer veranderlijk, zo lopen we door prachtige bossen met eucalyptusbomen (die een heerlijke geur verspreiden), dan weer door weilanden en over heuvels. En steeds is het weer: bergje op, bergje af! Het zonnetje is heerlijk warm, dus inmiddels zijn lange broek en trui uit. Inmiddels hebben we de provincie Lugo verlaten en zijn la Caruña binnen gewandeld. De laatste provincie van onze Camino. Rond 12.00 komen we aan in het plaatsje Boente. De fransman uit Normandië zit hier al te eten. Hem hebben we de tweede dag in Orisson ontmoet en de laatste week zien we hem geregeld weer. Even een kort praatje. We eten een lekkere combinatieschotel (plato combinados) met wat vino en aqua erbij. Wat is het leven toch schoon!! Ruim een uur later gaan we verder. Weer helemaal opgekalefaterd. We kunnen er weer goed tegen! De route is nog lang, maar we kijken wel hoe het gaat en hoe ver we doorlopen.
Dan komen we door het dorpje Castañeda. Wat hier opvalt zijn dat veel huizen wit zijn met een oranje dak. Dit doet heel gezellig aan in dit heuvelachtig landschap. Ook in de dorpjes Rio en Ribadiso is dit het geval.Wat schetst onze verbazing: op een terras in Ribadiso, een stukje van de weg, ziet Ger de 3 Zwitserse dames zitten! We lopen terug en gaan even een praatje maken. Het weerzien is heel hartelijk. Erg fijn hun weer te zien. Want zij zijn medepelgrims van praktisch het eerste uur. Dan besluiten we om door te lopen naar Arzúa. De benen willen nog, onze geest ook! Het wordt dus een lange, hete dag. Maar hier kiezen we zelf voor (voor de lange dag, niet voor de hitte. Want daar hebben we niets over te zeggen!) Het wordt pas moeilijk als we Arzúa binnenlopen. Want je denkt dat je er bent, en dan moet je toch nog een stuk lopen. En dat is het moment waar de benen en voeten gaan protesteren!
Maar daar is dan het perfecte overnachtingadres: Casa Teodora!! (Theodora is mijn doopnaam, weliswaar met een "h", maar het is een kniesoor die daar op let) Daar kunnen wij natuurlijk niet omheen. Toch lopen we even door naar de refugio Mundial, maar deze is helemaal completo!! We checken in, in Casa Teodora, douchen en gaan de verdiende, heerlijke cerveza vatten. Wat smaakt die toch met zo'n weer: de thermometer wijst 32 graden aan!! Tja, zo nadert Santiago de Compostela met rassen schreden! Heel raar idee dat aan onze Camino dan een eind komt, na bijna 800 km. Aan een kant jammer, aan de andere kant is het natuurlijk ook weer fijn om naar huis te gaan. Het is allemaal een beetje dubbel!!
Ons overnachtingadres:
Hostal Casa Teodora: Mooie hostal met bar + restaurant. Goed te merken dat je er bijna bent. Alles propvol hier.
Arzúa - Pedrouzo Arca: 19 km
Opstopping!!
Na een goede nachtrust in Casa Teodora gaan we om 07.15u op pad. In tegenstelling tot gisteren is het behoorlijk druk op de camino. Veel bekende gezichten, maar ook weer nieuwe. Ger loopt een stuk op met een man uit het Engelse Kent. Deze hebben we vanaf Sarria al verschillende keren ontmoet. Hij loopt de Camino dit jaar voor de derde keer. Hij geeft wat tips hoe te handelen in Santiago bij het vinden van een hostal en het boeken van een vlucht terug naar huis. Aardige man! We lopen door de dorpjes Pregontóno, Peroxa en Tevarna Vella. Door een bos, met een prachtige zonsopkomst tussen de eucalyptusbomen en een prachtig beekdal. De zon is al heerlijk warm. Lekker zo 's-morgens vroeg in korte broek en shirt te kunnen lopen. Als we in het dorp Calle onze koffiepauze houden, zien we pas goed hoe druk het is. Het is een af-en aangeloop van pelgrims. Even later lopen we door een "boerengats" die de stroom pelgrims duidelijk niet aankan. Er volgt een ware opstopping. Het is een geratel van allerlei vreemde talen door elkaar. Het lijkt de toren van Babel wel!!
Maar dan wandelen we weer door het mooie landschap en lost de file zich als vanzelf op. Op een bepaald moment lopen we zelfs weer helemaal alleen over een bospad. Zo kan dat gaan op de Camino: Je wandelt met velen, maar toch alleen!! Rond 10.30u houden we weer even een stop in Toxa/Toura. Ik (Thea) wil mijn schoenen losdoen, want mijn voeten branden behoorlijk. Maar ik heb mijn veters nog niet aangeraakt of de camarera staat al bij me en wijst op een bord, waarop duidelijk staat aangegeven dat schoenen hier niet uitmogen. Het doet het aroma in zo'n zaak natuurlijk ook geen goed! Als ik aangeef alleen mijn veters los te willen maken, is het geen probleem. Een half uurtje later gaan we in de richting van Pedrouzo. Heel afwisselend weer: bos, open vlakte, maar ook asfalt. Vooral in het bos is het machtig lopen in deze hitte. De bomen brengen nog wat verkoeling. In Pedrouzo geef ik (Thea) aan dat ik het genoeg vind voor vandaag. Dus op de splitsing doorlopen of Pedrouzo in, kiezen we voor het laatste. In het eerste restaurant wat we zien, gaan we eerst lekker eten en wat drinken. En dan een pension zoeken. Het hostal wat in de reisgids staat, bestaat niet meer.
Dus de plaatselijke bevolking maar weer te hulp geroepen. Zij weten nog een pension; pension Mirabelle en wijzen ons de weg. Maar iedereen ratelt door elkaar, dus we gaan in de richting die volgens ons de juiste is. Maar dan weten we het niet meer. Dus loopt een man een stuk met ons op en ziet erop toe dat we goed lopen. Fijn, zo'n hulp! En dat allemaal in die hitte!! De refugio ligt langs de grote weg en we hebben even genoeg van een massaslaapzaal! Gelukkig is in het pension nog plaats. Bovendien ligt het vlak aan de route waar we morgen verder moeten gaan. Eerst even wat rusten en dan lekker douchen. Waarna het weer tijd is voor onze dagelijkse cerveza op een terrasje. Wat is dat toch steeds weer lekker! Aan de barkeeper vragen we een telefoongids. We willen graag een hostel boeken in Santiago voor 3 dagen. En vinden het prettig als dit geregeld is. We krijgen behalve het telefoonboek ook een soort gouden gids. Hierin vindt Ger diverse adresjes met plattengrond van Santiago. Zodat we kunnen kijken waar het hostel ligt. We schrijven diverse adresjes op en teruggekomen in het pension willen we gaan bellen. Maar de telefoon doet niet wat ik wil. De pensionhoudster biedt hulp en belt voor ons. Zo is het gauw geregeld en hoeven we morgen niet op zoek naar een kamer!
Ons overnachtingadres:
Pension Mirabelle: Stukje buiten Pedrouzo, maar vlak bij de Camino. Mooi adres.
Pedrouzo - Santiago de Compostela: 19 km
Het is 11.22u en ...............
De weersverwachting is weer: veel zon en erg warm! Dus ook deze laatste dag vroeg uit de veren. Om 06.45u zijn we weer op pad. En zo te zien niet de eersten! Want er lopen al diverse pelgrims voor ons. Het pad is ongeveer gelijk aan gisteren: bos, vlakte en asfalt. Dalen en stijgen! In het bos is het ondanks het aantal pelgrims heel rustig. Er staan veel eucalyptusbomen. Dit ruikt heerlijk. Deze bomen verliezen veel blad en bast. Dus op een gegeven moment lopen we over een deken van eucalyptusboomstamschors. Maar hoe mooi de omgeving ook is, het lijkt alsof we er vandaag niet zoveel belangstelling voor hebben. Deze laatste caminodag geeft toch wel een heel speciaal gevoel. Dat merk je ook aan andere pelgrims. Want meer dan "hola" en "buenas diaz" wordt er niet gezegd. Ook wij zeggen niet veel tegen elkaar. Rustig vervolgen we dit laatste stukje Camino. Hand in hand, naast elkaar, maar ook stukken uit elkaar. Zodat we samen zijn met onze gedachten, maar ook alleen. In Lavacolla drinken we een kopje cafe con leche. Voor de barjuffrouw zou de camino lopen ook niet gek zijn, wat zij is duidelijk behoorlijk gestrest. Nog geen woord kan er vanaf en ze gooit met kopjes en bordjes dat het een lieve lust is. Dus koffie op en wegwezen!
Na het leuke dorpje Villamaior komen we uit in San Marcos-Monte de Gozo. Hier is de paus in 1989 op bezoek geweest. Santiago is dan al in zicht. Via verschillende voorsteden komen we uiteindelijk in het oude stadsdeel van Santiago. Het is 11.22u en............... we staan op de Plaza de Obradoiro, het plein voor de kathedraal. Aan een lange, mooie en zware weg is een eind gekomen. We kijken elkaar aan, pakken elkaar vast, een heel emotioneel moment! De kathedraal is heel imposant, maar bekijken doen we hem later. Eerst gaan we naar het pelgrimsbureau voor de Compostela. Maar hier staat een lange rij, dus dat stellen we even uit. We gaan bij het informatiebureau een plattengrond van de stad halen en gaan naar een reisbureau voor de terugvlucht te regelen. De medewerker heeft alle tijd voor ons en probeert van alle kanten de goedkoopste vlucht te vinden. Het wordt uiteindelijk Air Berlin. (a.s.donderdag 8 juni, vertrek 17.10u, aankomst Koln/Bonn 22.40u, via Palma de Mallorca)
Zo, dat is geregeld en dan nu eerst een hapje eten met een lekkere cerveza. Want het is inmiddels bloedheet!! Op het terras treffen we een stel Nederlandse fietsers waar we ervaringen mee uitwisselen. Ook zij hebben heel leuke ontmoetingen en een prachtige tocht gehad. Dan ons hostal opzoeken. Het ligt aan de rand van het oude centrum. Dicht bij de kathedraal maar in een wat rustigere buurt. Douchen, kleren afgeven voor de was (hostel heeft een wasservice) en dan de stad weer in. Nu is het heel rustig op het pelgrimskantoor. We worden op een heel hartelijke manier te woord gestaan door een jonge vrouw. Als we de Compostela krijgen, is dat weer even heel emotioneel. Dan blijkt toch wel wat die Camino allemaal teweeg brengt!
Ons overnachtingadres:
Hostel Alameda: Hier 3 nachten gelogeerd. Vlakbij de kathedraal. Bij de buurman met bar + restaurant + terras lekker gegeten. Prima adres.
Santiago de Compostela
Weerzien!
Tja, een vreemd gevoel vanmorgen. Geen vroeg op, geen wandelschoenen aan, geen rugzak oppe poekel. Nee, niets van dat alles, maar lekker uitslapen en dan bij de buren (restaurantje) lekker buiten ontbijten. Om 09.00u!! Wat een weelde. En dan al in een lekker zonnetje. Heerlijk, heerlijk. Ook dat is genieten! Daarna de stad in. We zien weer een nieuwe lading pelgrims de stad binnenlopen. De vrouw op het pelgrimsbureau gisteren zei dat er per dag ongeveer 500 (!!) pelgrims aankomen. Onvoorstelbaar! We gaan eerst de kathedraal bekijken. Hij is zeer imposant en indrukwekkend. Al behoeft hij wel een behoorlijke restauratie. Maar desondanks is het interieur prachtig. Er is een door de jaren heen ontstane bijzonderheid in deze kathedraal: Bij binnenkomst staat een beeltenis van Jacobus. Door de jaren heen hebben alle pelgrims hier op een bepaalde plaats het beeld beroerd. Waardoor een handafdruk is ontstaan. Heel bijzonder! Boven het hoofdaltaar is de crypte van de H. Jacobus. En als we verder naar boven lopen komen we uit bij de buste van de H. Jacobus. We lopen achter hem langs, de H.Jacobus kijkt de kerk in.
We leggen onze handen op zijn schouder en laten onze gedachten hierbij gaan. Het is gebruik onder pelgrims om op deze manier dank uit te spreken voor een behouden tocht! Een kathedraalmedewerker, in monnikspij, houdt hierbij de wacht. Wel een speciaal moment. Om 12.00u is de speciale pelgrimsmis. We blijven tot zolang in de kathedraal zitten(zeker nog anderhalf uur te gaan), want nu hebben we een fijne plaats, helemaal vooraan bij het hoofdaltaar. Gelaten laten we alle indrukken over ons heen komen. Achter ons gaat een man zitten die ons vaag bekend voorkomt. Even later komt hij naar ons toe. Nu zien we het: het is de Zwitser die we in Fromista hebben getroffen. We hebben af en toe samen een stukje opgelopen. Even een babbeltje en dan gaat hij weer, want hij gaat vanmiddag naar huis. Ik (Thea) ga nog even een flesje water halen. Onderweg kom ik de Zwitserse dames tegen. Een hartelijk weerzien. We omhelzen elkaar als goede bekenden, wat we inmiddels ook geworden zijn. Een ontroerend moment. Want aug Sie haben es geschafft!! Hier nemen we ons petje voor af. Daarna terug naar de kathedraal.
Om 11.30u ziet Ger Hetty en Ria binnenkomen. Ze zijn juist gearriveerd. Het is al behoorlijk vol in de kathedraal, maar we hebben toch even gelegenheid om met hun een praatje te maken. Ook dit is weer een emotioneel moment. We spreken af dat we hun later toch nog zullen zien en gaan gauw terug naar onze plaats. Want zelfs in de kathedraal geldt: opgestaan is plaatsvergaan. En we zijn inderdaad net op tijd, want iemand anders wil gaan zitten, maar een Oostenrijker die naast ons zit, geeft aan dat de plaatsen bezet zijn. De H. Mis begint met het opnoemen van land van herkomst en startplaats van de Camino. Ook wij worden genoemd: dos de Holanda, a St. Jean Pied de Port. Het doet ons wat!! De H. Mis is met 5 Heren. Een non zingt prachtig Gregoriaans. Gedurende de hele H. Mis zijn er voor ons beiden behoorlijk wat emotionele momenten. Prachtig om dit samen te delen!
Na de H. Communie wordt het grote zilveren wierookvat door 8 mannen in pij in beweging gezet. Heel apart om te zien hoe dit voor het hoofdaltaar door de kerk geslingerd wordt. Dan nog een laatste zegening en de H. Mis is uit. We gaan daarna eerst wat eten. Onder het eten belt ozze Wim. Zij hebben deze week nog vrij en willen ons donderdag komen halen. Dat nemen we graag aan. Fijn!! Na het eten stappen we op en komen de Engelsman uit Kent nog tegen. Hij stelt ons voor aan zijn vrouw, die overgekomen is uit Kent. Even later komen we Ria en Hetty weer tegen en gaan samen wat drinken. Fijn om elkaars ervaringen te delen. Ze zijn ons zo vertrouwd geworden! Dan gaan zij eten en wij nog wat boodschappen doen. Dan komen we de twee Ieren tegen. Ze zitten op een terras en roepen ons al van verre toe, in hun typisch Iers taaltje. Ze zijn vrijdag aangekomen en daarna in twee dagen naar Finisterra gelopen (90km!!) Ik zeg: Yes, but you Irish are tough!! Zegt een van hun: No, we're mad!!! Na een hartelijk afscheid gaan we verder. Boodschappen doen, verslag bijwerken en dan is het de hoogste tijd voor een cerveza!!
Santiago de Compostela-Finisterra met de bus
Het einde van de wereld!
Dachten we dat het vroeg opstaan gedaan was, was het vanmorgen toch nog 06.30u toen we opstonden. We gaan vandaag met de bus naar Finisterra. Om 07.15u bracht een taxi (wat een luxe!!) ons naar het busstation, om vandaar met de bus naar Finisterra te gaan. Deze vertrok om 08.00u. En zat vol met pelgrims. De rit, van ruim twee en een halfuur, ging door een mooi landschap. Het zou toch wel fijn zijn geweest om hier nog door te wandelen. Maar die puf hebben we niet meer. Zo is het ook goed. De plaats Finisterra is erg toeristisch en ligt aan de zee. Finisterra is het ultieme einde van de pelgrimstocht. Het betekent letterlijk: einde van de wereld! In vroegere tijden werd dit gezien als de overgang tussen leven op aarde en de onderwereld. Hier staat ook de 0 km-paal!! Pelgrims verbranden hier al sinds eeuwen hun tijdens de tocht gedragen kleding. Zodat zij weer gezuiverd van alle zonden verder konden met hun leven.
In Finisterra aangekomen, zagen we tot onze grote verrassing oude bekenden op een terras staan: Hartmuth, Rudolf en Marlene! Het is een wonderbaarlijk weerzien. Hartmuth is al enkele dagen in Finisterra en Rudolf en Marlene zijn hier vanmorgen aangekomen. Zij hebben vanuit Santiago nog 4 dagen gelopen om Finisterra te bereiken.(Zij wel!!) Ze hadden het toevallig ook net over ons gehad en daar stappen wij zo maar uit de bus. Maar bestaat toeval wel op de Camino?? Rudolf en Marlene staan op het punt naar kaap Faro te gaan. Na even gekletst te hebben gaan zij en drinken wij samen met Hartmuth nog een kopje koffie en praten wat bij. Wij willen vroeg in de middag weer terug naar Santiago, dus gaan ook wij op pad naar kaap Faro.(tocht van 3 km, v.v.)
Het is prachtig hierboven. Alleen jammer dat het juist vandaag hier een beetje bewolkt is, waardoor je niet ver over zee kunt kijken. Het is heel rustig hierboven en gelukkig helemaal niet druk. Maar zittend op de rotsen, overdenken we samen nog even onze tocht. Even boven ons is een vrouw wat aan het verbranden. Het gaat allemaal in volmaakte rust. Heel mooi!! Daarna lopen we weer naar beneden en eten een klein hapje. Waarna de bus weer klaar staat om ons terug te brengen naar Santiago de Compostela. Hier is het weer bloedheet, dus tijd voor een cerveza!!
Santiago de Compostela - Reuver.
Naar huis!
Gisteravond nog gezellig met Hetty en Ria op een terrasje nagepraat over een enerverende, wonderbaarlijke en prachtige tocht. Tegen de klok van elven hartelijk afscheid genomen en daarna teruggegaan naar ons hostel. Vanmorgen eerst lekker uitgeslapen en tegen 09.30u zitten we lekker in het zonnetje te ontbijten bij de buurman. Heerlijk kopje cafe con leche en croissant+toast. We besluiten vandaag eens alles op ons gemakkie te doen. Rustig de rugzak inpakken, rekening betalen en dan nog naar de kathedraal. Onderweg komen we nog medepelgrims tegen waar we een poosje mee staan te praten. In de kathedraal lopen we nog eens rustig rond. En staan weer eens stil bij het beeld van de H.Jacobus. Ook brengen we nog een speciaal bezoekje aan de Mariakapel. Nog wat laatste kaarsjes en een laatste gebedje en dan verlaten we deze prachtige, indrukwekkende kerk. Tja, en wat dan?
Het is inmiddels behoorlijk warm en om nu nog rond te gaan lopen lijkt ons allebei niet zo'n goed idee. Temeer omdat we ook de rugzak weer op de rug hebben. We willen natuurlijk niet te bezweet het vliegtuig instappen. Daarom besluiten we om, na nog wat laatste inkopen( o.a. Tarte Santiago!!!) te hebben gedaan, een taxi te nemen en ons naar het vliegveld te laten brengen (dit ligt ca 10km buiten de stad). Zo gebeurt het dat we om 11.30u al op het vliegveld zijn. Hier drinken we nog een kopje koffie en om 13.00u gaan we hier lekker eten. Dan is het wachten tot we kunnen inchecken. Inmiddels komen ook onze Duitse medepelgrims aan. En na een laatste praatje nemen we afscheid, want zij hebben een eerdere vlucht.
Och, en ook de wachttijd gaat voorbij en dan zitten we ineens in het vliegtuig dat om 17.10u het luchtruim kiest naar Palma de Mallorca. Hier moeten we overstappen en om 20.10u gaat het richting Keulen/Bonn. We zijn allebei blij als we hier aankomen en ozze Wim en Annemiek zien staan die ons komen ophalen. En dan volgt de laatste etappe naar huis.(gelukkig nu per auto!!) Om 0.30u zijn we weer THUIS!! Het huis is leuk versierd. Een spandoek met "welkom thuis" lacht ons toe. Het hele huis hangt vol slingers en overal staan bloemen en een lekker flesje wijn van een lieve collega. Wat een geweldige thuiskomst! We drinken nog wat en zijn blij als we weer in ons eigen bedje liggen!!