Fatima-Muxia 2023
Weer ongerwaeg
Zaterdag 7 oktober
Zaterdag 7 oktober
Dagje Porto
ppffff wat is ut heit
Na een goede nachtrust, zijn we om acht uur beneden om het ontbijt te checken. Niks glutenvrij, maar we gaan er toch maar voor.
De croissants die kieke mich hiel verleidelik aan en ich gaon d'r veur, auch al zien ze neet glutevriej. Het keuze ontbijt is goed en de prijs van negen euro zeker waard. We laten het ons dan ook goed smaken. Hierna gaan we met de metro naar het centrum van Porto toe. Met de hulp van een aardige meid die helaas geen woordje Engels spreekt, bemachtigen we toch 2 tickets voor de metro. Bij aankomst op het station Trindade moeten we er uit.
Eerst gaan we op zoek naar nieuwe kleren. Ich ken neet as eine landjluiper nao hoes toe komme. We vinden allebei wel iets. Dan slenteren we naar beneden in de nu al warme stad. Lopen even voorbij de Sé Porto kathedraal, waar nu al een lange rij voor de ticket office staat. Wat is het nu al druk en heet in de stad. Dan realiseren wij ons dat het zaterdag is. Heel wat winkeltjes gaan we in en uit. Rúna wil graag een badge voor op haar rugzak van de Camino Portugese. Maar helaas niks te vinden. Zo slenteren we verder en zakken af naar de Rio Douro die hier in de Noordelijke Atlantische Oceaan stroomt.
We brengen een bezoek naar de Igrea de Saõ Francisco. Dit is een Franciscanenkerk uit de 14e eeuw met een opmerkelijk interieur met barokke altaarstukken en verguld hout,een bezoek zeker waard.
Weer buiten gaan we t.o. de kerk op een terras zitten op een binnenplaatsje. Heerlijk zitten is het hier helemaal uit de zon. Ein pilske sjmaakt den auch waal hiel erg lekker. Alsof ein ingelke dich euver de tong piest en t.o. Saõ Francisco. Rúna vertelt mij dat haar dochter Særum met haar man en haar schoonfamilie in Israël vanmorgen vroeg nog voor ze aan hun terugvlucht naar Ijsland begonnen de schuilkelder in moesten, door de raketaanvallen van Hamas. Ze waren daar met een reisgezelschap uit Ijsland. Gelukkig kreeg ze vanmorgen een bericht van haar dat ze op weg naar huis waren.
Opgelucht was ze, iets wat ik mij goed kan voorstellen.
Intussen hebben wij ook maar wat te eten besteld. Ut is ein oer hé, aetes tiëd. We genieten van het eten en een lekker wit wijntje erbij. Wat hebben wij het toch goed. Als we rond half drie opstappen, gaan we op weg naar het metrostation Trindada. Wat zijn er veel mensen op de been in deze hitte. Ongerwaeg lopen we snel een supermarkt binnen om wat eten te kopen voor morgenvroeg. De metro zit hartstikke vol en over de warmte....laot dèt mèr zitte. Tegen vier uur zijn we terug in het hotel. Eerst organiseer ik mijn rugzak en dan een heerlijke verfrissende douche.
Vanavond op tijd naar bed, want morgenvroeg om half tien vertrekt mijn vlucht naar Eindhoven. Biej aankoms zal ich hiel bliej zien om miene sjat Thea om de nek te kenne vlege.
Dit is het laatste verslag. Ik wil iedereen bedanken voor de mooie woorden, zowel in het gastenboek en op facebook. Hoije.
vrijdag 6 oktober
Vrijdag 6 oktober
Finisterra - Santiago de Compostela - Porto
Vroeg op vanmorgen. Onze bus naar het busstation in Santiago vertrekt om 08.20 uur. Om acht uur staan we te wachten en we zijn niet alleen. De jeugd moet naar school en staan hier met 35 á 40 man ook te wachten. Hier valt mij iets op, wat ik niet begrijpen kan. Ze staan gezellig in groepjes te kletsen en ik zie niemand met een telefoon in zijn hand. Heel bijzonder. Zo kan het dus ook!
De bus voor deze jeugd komt om 08.10 uur en gaat naar A Caruna. Ook stappen er pelgrims in deze bus.
Onze bus is op tijd. Tickets hiervoor had ik online geboekt bij Flixbus. Heel gemakkelijk allemaal. De dame uit het kantoortje checkt iedereen in. Rugzakken gaan onderin en dan kan de trip naar Santiago beginnen. De bus gaat een heel stuk langs de kust, over een vooral slingerende weg. In Noia gaat het dan het binnenland in, de autobaan op. Geit waal ein hiel sjtuk sjneller. Tien voor elf zijn we bij het busstation in Santiago de Compostela.
Tijd genoeg voor een bakkie.
Onze bus naar Porto in Portugal vertrekt om 12.15 uur vanaf platform 4. Ook hier heb ik de tickets online voor geboekt.
Als we koffie zitten te drinken hoor ik aan tafel langs ons dat de vertrektijd naar Porto een kwartier is vervroegd. Dus 12.00 uur vertrek. Als we beneden zijn bij pl.4 is er paniek. Er staat een bus op pl.5 en we worden geadviseerd om die bus te nemen naar Porto met een overstap in Vigo. Een heel gedoe, meeste mensen hebben een directe rit naar Porto zonder overstap.
Wij volgen het advies maar op, hoewel ik Rúna moet overtuigen. De rugzakken gaan in het ruim en 10 min. later zijn we op weg naar Portugal. We zijn benieuwd!
Een mooie rit met prachtige vergezichten en herkenbare punten waar we hebben gelopen. Om 13.15 uur rijden we het busstation in Vigo binnen. De Flixbus zal er tegen 13.45 uur zijn en dat is ook zo. Alles gaat gesmeerd en vijf voor twee beginnen we aan het laatste stuk van deze lange rit.
Op naar Porto airport waar ik vlakbij een hotel heb geboekt voor 2 nachten. Ook hier zien we ongerwaeg weer herkenbare punten vanuit de bus. Ter hoogte van Braga stopt de chauffeur voor een korte pauze van 15 min.
Heit is ut as veur oetstappe, 28 grade geuft der aan. Intussen heb ik ook de tijd op mijn horloge een uur terug gezet: Portugese tijd. Na deze stop rijden we in een ruk naar het busstation bij het vliegveld in Porto.
Rugzak eruit en snel op weg naar het Stay hotel dat hier 700 meter vanaf ligt.
Inchecken is zo gebeurt en onze kamer is een beauty. As veur der weer allebei as niej oëtzeen gaan we naar de bar veur eine lekkere kaaije pot beer. Een minpuntje hier, ze vroegen of we ontbijt willen morgenvroeg. Dat willen we wel, moeten het wel extra betalen en glutenvrij brood is er niet. Het meisje achter de balie heeft een heel verhaal dat dit niet kan in de hotels hier. Den begin ich hiel hel te lache en gaon met um in discussie. Maar dit levert ook niks op. Ik kan morgenvroeg kijken naar het ontbijtbuffet. Denk ik te willen ontbijten dan moet ik het bij de receptie afrekenen. Veur zeen waal.
Dit is het voor vandaag. hoije.
Donderdag 5 oktober
Donderdag 5 oktober
Lires - Fisterra cabo - Fisterra 25 km
Vandaag is onze laatste loopdag aangebroken. Voor het vertrek vanmorgen eerst een lekker glutenvrij ontbijt gehad.
Goed verzorgt op deze fijne plek. Kwart over acht zijn we dan weg. Op weg naar het einde van de wereld, Cabo Fisterra aan de Noord Atlantische Oceaan.
Met 16 graden buiten is het een heerlijk wandelweer. Ook vandaag gaat het weer omhoog en omlaag. Om even een indruk te geven: we passeren een aantal gehuchtjes o.a. A Canosa, Castrexe, Suaribba, Buxan en San Salvador de Duio.
Stuk voor stuk bestaand uit meer horreos(soort kleine graanhuisjes) dan huizen (boerderijen).
De wegen liggen onder de koeienflaters. Tussen al deze gehuchtjes gaat ons pad door bossen, grote bossen met hoofdzakelijk dennenbomen en varens.
Regelmatig zien we omhoog lopend in de bossen aan onze rechterkant de oceaan.
Finisterra bereiken we rond 11.45 uur.
Eerst gaan we onze Finisteria halen bij de albergue Muncipal.
Dan gaan we op pad naar de Cabo Fisterra.
Kaap Finisterre is een granietheuvel met een hoogte van 600 meter in de gemeente Fisterra, in Galicië, Spanje. De naam Finisterre is afgeleid van het Latijnse Finis Terrae, het einde van de wereld, oftewel daar waar de wereld ophoudt.
Volgens de overlevering kreeg de kaap deze naam toebedeeld door de Romeinen die dachten dat de westelijke wereld tot aan het einde van dit schiereiland reikte en niet verder.
Gestaag loopt de weg omhoog, 3,4 km lang.
Maar we hebben er goed de pas in. Aangekomen bij de 00.00 km paal maken we enkele foto's. Dan naar de rotsen achter de vuurtoren. Zittend op een rots met een blik naar het oneindige rollen de traantjes over mijn wangen. Dit is ut einde, van zoëwaal miene camino, als auch van ut loupe op pelgrimswaege.
Hier stopt het. Mooi zijn ze geweest, de 18 jaren lopen op v.n. oude pelgrimspaden waar in Europa dan ook.
Rúna komt bij me zitten en samen laten we de tranen maar weer lopen. Na nog wat foto's gaan we terug naar Finisterra. Bijna beneden zijn we als Rúna mij vraagt om mee te gaan naar de oude kerk, Igrexa de Santa María das Areas. Ze zet zich neer op een steen en vraagt of ik naast haar wil komen zitten. Ze bedankt mij met de tranen in haar ogen voor de prachtige dagen die we samen hebben gehad. Auch ich haaj ut neet druuëg. Ein stevige omhelzing volgt met de woorden:
Ger, you will forever be in my heart as my best friend.
Dan vertelt ze dat haar dochter Særum hier gezongen heeft voor deze kerk in 2018 toen ze samen de camino Ingles hebben gelopen. Snel gaan we verder naar onze hostal O Encronto. Inmiddels is het al drie uur. De hostal is vlug gevonden en die mama gaat ons voor naar boven. Klein en eenvoudig, maar voor ons goed genoeg.
Douchen, kleren sorteren (neet alles hoof weer met nao hoes. Väöl is versjlete en geit linea recta unne container in) en dan eerst een pilsje drinken. We proosten op deze mooie tocht samen. Hierna nog gaan eten en dan terug naar de hostel verslag schrijven en naar bed. Dit is het voor vandaag. Hoije.
woensdag 4 oktober
Woensdag 4 oktober
Muxia - Lires 17 km
Vanmorgen niet al te vroeg op. Na onze morgenrituelen zijn we om kwart over acht op pad naar Lires. De eerste kilometers zijn meteen de zwaarste. Vanaf zeeniveau in Muxia gaat het fiks omhoog en dat kilometers lang.
Maar eenmaal op hoogte is het een prachtig pad door vooral eucalyptus bossen. Wat is het genieten op dit pad, samen met de zon en maan, links en rechts van ons hoog aan de hemel.
Ongerwaeg komen we veel pelgrims tegen die vanaf Finsterra naar Muxia lopen. Rúna en ik lopen van Muxia naar Finsterra met een stop vandaag in Lires. Ongerwaeg worden we in het kleine gehuchtje Morquitiãn (neet mier as 8 huuskes cq boerderiekes) verrast met een koffiestop.
Een ideale plek voor pelgrims vanaf Muxia en Finsterra voor een beetje rust. Ook wij nemen hier alle tijd voor rust, koffie en koek. As ut waal erg vol wuurd hiej binne, neme veur de bein. Ons pad verder naar Lires blijft ongekend mooi, geholpen door een niet te heet zonnetje.
Stilletjes naderen we dan ook onze slaapplek voor vandaag.
Luxe pelgrim
We komen aan in Lires bij hotel As Eiras restaurante. Sjoeën op tiëd, ut is kwart euver twelf. We doen de rugzak af zoeken een plaatsje op het terras en bestellen 2 lekkere koude cerveza (pils). Wat is die lekker. Even samen genieten van de mooie tocht van vanmorgen. Hierna in checken en naar onze kamer. Prachtige kamer, met ligbad en terras met uitkijk op de Atlantische Oceaan. Beter hadden we het niet kunnen treffen. We zetten onze rugzakken hier neer en gaan weer naar beneden om te eten. Ik eet liever s'middags warm dan in de avonduren. Sjpanjaarde eate mich te laat saoves.
Het eten is prima verzorgd en het wit wijntje is suprême.
Na het eten blijf ik zitten op dit heerlijk terras om mijn verslag te schrijven. Rúna is intussen gaan douchen. Bij terugkomst op de kamer zit ze fris als een hoentje op het terras. Ik zeg tegen haar: I'm going to take a bath and close my eyes for an hour. Na een heerlijk bad is het siësta tijd, met een prachtige vieuw to the Ocean vallen mijn ogen dicht.
Pelgrim luxe.
schelpen en pijlen
wijzen mij de weg
de gloedgele zon
als mijn metgezel
ik wandel, in stilte
over die berg
door die rivier
de vermoeidheid
van de weg
verdwijnt, door het
groen van Galicia
Dinsdag 3 oktober
Dinsdag 3 oktober 2023
Dagje Muxia,
Nadat we gisteravond lekker uit eten zijn geweest en boodschappen hebben gedaan, zijn we terug gegaan naar onze hostel. Op de kamer check ik nog even de geboekte overnachting in Santiago de Compostela. Grote schrik, als ik zie dat de booking die ik heb gedaan in Santiago, ARGENTINIË is!! Snel de mail van booking . com opgezocht en de booking geannuleerd. Kosten 27,62 dollar. Noè verwonjer ut mich nieks mier dèt ich vannach zo sjleg höb gesjlaope.
Vanmorgen staan we om acht uur op. Ik eet het laatste glutenvrij brood op en dan gaan we om negen uur koffie drinken aan de 'boulevard' van Muxia. Koffie hier is heerlijk. Mijn eerste koffie sinds 2 weken.
Hierna gaan we onze Muxiana afhalen, die je krijgt voor de camino van Santiago naar Muxia. Als we op pad willen gaan naar de kerk van de Virgen a Barca gaat Rúna nog eerst even pinnen. Ein hiel geknoddel aan dae automaat biej de bank.
Alles komt er uit maar geen geld. Binnen in de bank is het druk. We gaan later wel terug. We gaan eerst op pad naar de:
Costa da Morte
Costa da Morte, dat betekent ‘dodenkust’ in het Galicisch. Vanwaar deze naam? De naam is niet bedacht om je schrik aan te jagen, maar is ontstaan uit schrik. Vele schepen zijn hier vergaan op de rotsige kust of in de ruige oceaan. De Costa da Morte staat bekend als de meest gevaarlijke zeekust van Spanje, zelfs nu nog. Hoge kapen, puntige rotsen onder water en de kracht van de Atlantische Oceaan.
De naam Costa da Morte is niet nieuw. Al in documenten uit de middeleeuwen wordt melding gemaakt van deze naam. Sinds de 14e eeuw zijn er al meer dan 600 schipbreuken geregistreerd. In 2002 vond de grootste Spaanse ecologische ramp ooit plaats toen het olieschip de Prestige zonk voor de Costa da Morte. Heel veel olie kwam in zee en ook op de Galicische stranden terecht. Nunca Mais (nooit meer) zeiden de Gallego’s en kwamen massaal in protest tegen de olietankers die zo dicht bij de kust kwamen.
Monument
Muxía was één van de zwaarst getroffen plaatsen door de olieramp van de Prestige in 2002. Ter nagedachtenis is er een groot monument geplaatst. De scheur in de steen symboliseert de wond die deze ramp veroorzaakte en zo heet het monument ook. A Ferida betekent: de wond.
Muxia en de kerk van de Virgin a Barca (beschermheilige van de zee).
Schitterend gelegen kerk aan de oceaan. Maar ook een belangrijke religieuze plaats voor Galicische vissers. Hier eert men de beschermheilige van de zee, La Virgen a Barca, die zoveel vissers heeft weten te beschermen tegen de woeste zee.
Dat Muxia een belangrijke religieuze plaats is, blijkt ook wel uit het feit dat er een speciale Camino route is, de via Muxia, die naar Finisterre gaat. Hier beginnen we morgenvroeg aan en lopen dan naar Lires, waar we overnachten. Ik stop voor vandaag met tekst, van een heel mooi lied dat mij nog steeds raakt van de Zuid Afrikaanse zangers Amanda Strydom.
Vader God U ken my naam
My binnegoed en buitestaan
My grootpraat en my klein verdriet
My vashou aan als wat verskiet.
U ken my vrese en my hoop
Die pad wat ek so kaalvoet loop
Die pad het U lankal berei
Elke swerwer kom weer tuis
Alle pelgrims keer weer huistoe
Elke swerwer kom weer tuis
Ek verdwaal steeds op U grootpad
Soekend na U boardinghuis.
Moeder God U ken my waan
My ego en my regopstaan
Die drake waarteen ek bly veg
U wys my altyd weer die weg.
U het my met U lig geseën
Die lig strooi ek op iedereen
Net U weet hoe my toekoms lyk
Ek het niks, U maak my ryk.
Alle perlgrims keer weer huistoe
Elke swerwer kom weer tuis
Ek verdwaal steeds op U grootpad
Soekend na U boardinghuis.
Maandag 2 oktober
Maandag 2 oktober
Hospital - Muxia 27 km
Vandaag moet het onze dag gaan worden. Half zes op, kwart op zes ontbijt bij het restaurant van de hostel, kwart voor zeven op pad voor een lange en mooie, maar soms pittige tocht. De langste van onze hele camino. Mèr veur zalle der veur gaon.
Na het ontbijt vanmorgen, overigens uitstekend verzorgd door die mama (ze haaj mich eine lekkere omelet met mien eige glutevriej broëd gemaak) geeft de diabeloop aan dat mijn sensor moet worden vervangen. Helemaal niet meer aan gedacht. Staan we al met de rugzak op klaar voor vertrek. Dus rugzak af, mijn nieuwe sensor gepakt, ontsmettingsdoekjes gepakt, ouwe er af getrokken, zender van sensor gehaald, plek op arm ontsmet, nieuwe sensor aangebracht, zender ontsmet, 15 minuten gewacht, zender in sensor geklikt. En den.....gaon veur.
In het pikkedonker is het toch weer steeds goed uitkijken. Maar we zitten snel voor 7 km in een donker bos. Gelukkig duit mien lempke van de tillefoon weer good werk.
De eerste 2 uur gaan we als een trein. En zeker Rúna heeft er een stevige pas in. Ik zeg tegen haar: doe geis as eine trein. What you mean Ger? Tja, Ruivers plat zit niet in haar talensysteem. Maar dit is ook haar weer. Lekker fris en het liefst geen zon. Ja, als IJslandse is ze niet zo’n fan van zon en heeft ze het graag een beetje frisjes, Onze eerste en enigste stop wat een bar aangaat, is in Senande.
Op de rest van ons pad komen we niet veel meer tegen en wat we tegen komen is dicht. Potverdikke.
Ook vandaag gaat ons pad weer door het mooie en groene Galicia. Lange stukken door bossen. Door kleine gehuchtjes waar de tijd stil heeft gestaan. Oude vrouwtjes die de was schrobben in een wasplaats Huisjes waar van je denkt, hier woont toch niemand meer?! Maar niets is minder waar. Na een kleine 20 km houden we in een parkje pauze. Òs veut beginne taege te sjpraeke en veur zien der auch aan toe. Maar klagen doen we niet. Schoenen een kwartiertje uit en dat voelt goed. Samen kijken we even terug over de afgelopen tijd. Over de mooie en minder mooie dingen, maar vooral toch over onze wel bijzondere vriendschap.
We stappen weer op en gaan voor de laatste 7 km. Op en aaf en veel door de bossen. Het gaat niet meer zo gemakkelijk, maar bij de eerste blikken op de Atlantische Oceaan krijgen we beiden een kik. Wahh, we did it Ger. Yes we did it and I’m glad to see the ocean. De laatste 3 km is het alleen maar omlaag, soms steil omlaag. We gaan naar zeeniveau en zijn blij als we Muxia binnenlopen. Onze geboekte hostal is zo gevonden. Even inchecken, betalen en dan hebben we een prachtige kamer tot onze beschikking voor de komende 2 nachten.
Na de gebruikelijke rituelen gaan we eerst even rusten. Dat mag ook wel na 27 km. Om half zes gaan we eten en dat heeft weer goed gesmaakt.
Dit is het voor vandaag. Hoije.
Zondag 1 oktober
Zondag 1 oktober
Santa Mariña - Hospital 19 km.
Weer vroeg op vanmorgen. Ut wuurd weer heit. Om zeven uur zijn we op pad. Santa Mariña zijn we zo uit, het is maar een gat.
We gaan op pad naar Hospital en naar het zich laat aanzien, is het een heel klein oud dorpje. We zullen zien. Maar ons bed staat daar in elk geval en wel in: albergue O Casteliño. Het is nog donker en als we de bossen ingaan, is het goed uitkijken.
Gelukkig staat de maan groot en helder aan de hemel zodat we er profijt van hebben op de paden. Ook vanmorgen is het weer heerlijk lopen onder een zeer aangename temperatuur. Uiteindelijk na een laatste stevige klim komen we boven. Hier staan rustbanken op een plateau en je kunt er genieten van de weidse omgeving.
In de verte is de hemel knalrood/oranje. De zon komt op. Met inmiddels zo’n 8 pelgrims wachten we op de zonsopkomst. Het is werkelijk prachtig om te zien, hoe de zon achter de bergen, ver weg van ons, tevoorschijn komt. Een knalrode gloed. Na dit adembenemende schouwspel trekken we verder en stoppen na 2 uur lopen voor een pauze. Ein lekker vers gepers appelesienesepke is verrukkelik.
Uit mijn rugzak tover ik een pak glutenvrije wafels en 4 stuks gaan er zo in. Intussen begint het warm te worden.
Maar verder gaat het, door vele akkers waarvan de maïs is geoogst. Volgens mij is het in deze streek voornamelijk de veeteelt waarvan ze leven. Ongerwaeg komt ons een oud vrouwtje met zo’n 15 koeien en 2 herdershonden tegemoet. Ze haet alles im Griff!
We zien regelmatige enorme stallen met koeien en die eten de verpulverde maïs.
Door een prachtig gebied trekken we, dan vol in de zon, dan weer vol in de schaduw.
Intussen naderen we Olveiroa. Hier slaan we nog een banaan (ich weit neet de hoevuulste, sjat det dit de 30e is) in en wat zoete drank.
We maken ons op voor de laatste 5 á 6 km voor vandaag. Dit zijn volgens de wandelgids van Rúna zeker niet de gemakkelijkste. Veur zalle zeen, mèr omhoeg geit ut. Door een werkelijk prachtig bosgebied, afgewisseld met diepe dalen gaat het steeds op en af.
Rúna begint er moeite mee te krijgen, maar zet toch stug door. Wel zegt ze: I'll be glad when we get there.
Mèr ut blief ongeluiflijk pittig. De laatste stuiptrekkingen voeren ons naar boven.
Bij het verlaten van dit prachtig gebied zitten we niet ver meer van onze slaapplek af.
We lopen Hospital binnen en zijn er ook weer bijna uit. Een piepklein en heel oud boerengehucht met meer horreos dan inwoners, verwelkomt ons. De albergue O Casteliño is zo gevonden, maar helaas gesloten. Een telefoonnummer op de deur bel ik dan maar. Vijf minuten later staat een man met een auto in deze gats en maakt ons duidelijk dat we de rugzakken binnen moeten zetten. Hij opent de deur praselt nog wat en we moeten weer instappen om in te checken. Rúna kijkt me eens aan en vraagt: Ger you think it's all save. Mer jao maedje no problem. We komen aan bij hun restaurant, waar die mama al klaar staat om ons in te checken. In Engels gemengd met wat Duits en Spaans komen we er wel uit. Als alles gedaan en betaald is, eten we een lekkere omelet met tomaten. Den bringt die mama òs truuk nao de albergue/hostel.
Wij krijgen de code van de deur en mama wazelt maar verder. Een ding is zeker, dit is een heel mooie plek. Fijn een eigen kamer. Uitpakken, douchen, kleren wassen en uitrusten. Vanavond gaan we eten in hun restaurant, en op tijd naar bed. Morgen op pad naar Muxia. Hoije.
Zaterdag 30 september
Zaterdag 30 september
Neigeira - Santa Mariña 22 km
Vanmorgen zijn we vroeg op, wat alles te maken heeft met de temperatuur vandaag.
We eten een kleinigheid op de kamer en zijn dan vlug de deur uit voor een nieuw avontuur op onze weg naar Muxia.
Buiten is het 16 graden, grijs en behoorlijk vochtig. De weg Neigeira uit vinden we vlug, volgen de markeringen en dan.....stuurt een gele en flinke pijl ons het bos in. Pikdonker en je ziet geen hand voor ogen. Dat wordt moeilijk, mèr ich höb nog ein lempke op de tillefoon. Dit is het eerste uur onmisbaar, wil je ook maar wat kunnen zien.
Ondanks de duisternis genieten we hier met volle teugen. De stilte is uniek.
Ik zeg tegen Rúna: this is incredible, you hear the silence of the forest. Yes Ger I hear it and it's so beautiful. En dan kan mijn lampje uit.
De mystery van het lopen in het donker wordt iets gemakkelijker, nu de maan ons pad verlicht. Prachtig onze silhouetten op dit pad in de maneschijn. Maar het wordt nog mooier als de zon zich door de mistige vallei wil drukken. Prachtig dit gebied hier in Galicia. Wat hebben we vandaag een wijs besluit genomen om zo vroeg te vertrekken. Ik schrijf dit verslag nu op het terras van onze slaapplek Casa Pepa in Santa Mariña. Temparatuur 32 graden, maar onder de wijnranken van het terras is het goed uit te houden.
Ongerwaeg duit ut zunke zich gelden. Prachtig gekleurd is de hemel. Bij de eerste de beste plek, een barretje, stoppen we voor een pauze. Ein sjoeën plekske om te geniete van de indrukke van de aafgeloupe oere.
Maar wij moeten verder en gaan op weg door een prachtige omgeving, met afgewisseld bossen, akkers en dorpjes. Voor het eerst zien we ook andere pelgrims, met name jong Spaans grut die der neet om verlaege zien om met zo weinig mogelijk aan, de camino te loupe met dit waer. Intussen is het heet, nee bloedheet. Blij zijn we als we Casa Pepa bereiken. Het is half een en dat is natuurlijk het voordeel om vroeg te beginnen vanmorgen. Dan ben je ook vroeg op je bestemming. We checken in en nemen alle tijd voor een douche en ons wasje te doen.
Voor een kerkhof staan engelen en er is een terras. Ik maak een foto van de engelen en schrijf, zittend op het terras, daar onderstaand gedicht bij. Dit is het voor vandaag. Hoije
Je hoeft het niet alleen te doen
de weg geeft je moed en kracht
en laat je leiden op je pad
Je hoeft het niet alleen te doen
ze zijn gestuurd om te helpen
mocht je het moeilijk hebben
Je hoeft het niet alleen te doen
blijf geduldig en vertrouw
dat er engelen op jouw pad zijn
Vrijdag 29 september
Vrijdag 29 september
Santiago de Compostela - Negeiria 23 km
Gisteravond na het eten nog wat gaan drinken t.o onze albergue. Gezellig onder het genot van een wijntje onze gezamelijke cami no nog eens de revue laten passeren. De conclusie is dat we samen een mooie tocht met een fijne vriendschap hadden ongerwaeg. Ook hebben we het over Australië. Andy verteld dat hij en Margret geboren zijn in Zuid-Afrika. Margret haar over grootmoeder is van oorsprong een Nederlandse.
Samen zijn zij dik veertig jaar geleden geïmmigreerd naar Perth in Australië en hebben daar hun bestaan opgebouwd. Voor we het in de gaten hebben is het al weer tijd om na bed te gaan. Morgen is het voor Rúna en mij vroeg dag.
Vandaag gaan Rúna en ik op pad naar Negeiria, de eerste stop op onze camino Finisterre/Muxia. Wij zijn om half zeven op omdat we willen ontbijten in de refter van het Seminar Hospederia waar we gisteravond zo lekker hebben gegeten. Om half acht gaan daar deuren van de ontbijtzaal open. Als veur vanmorge om zeven oer ònger zien waere veur verrast. Andy en Margret staan klaar om samen met ons te gaan ontbijten ondanks het vroege uur voor hun.
Het is altijd weer zoeken in zo'n stad naar de juiste weg. Zeker als de albergue waar we sliepen 1,5 km van de kathedraal afligt.
Bij aankomst wordt de ontbijtzaal al geopend. Ook dit is weer een prachtige ruimte. Een uitgebreidt ontbijtbuffet staat klaar. Ik vraag om glutenvrij brood en dat is geen enkel probleem hier. Ze vertellen mijzelf wat ik allemaal mag eten. Ein dieke pluim veur ut keukepersoneel. Wij laten het ons goed hier goed smaken. Tja en dan komt aan alles natuurlijk een einde. Een einde van een mooie vriendschap wederzijds. Een emotioneel afscheidt van Andy en Margret volgt. Ich kèn ut dao biej neet drueg haaije. Als Rúna en ik onze rugzak op de poekel doen komt een van de bediening mij nog twee 2 glutenvrije magdalenaas brengen vooe ongerwaeg. Top wat een aardige en behulpzamen mensen werken hier. Andy en Margret blijven nog zitten.
Dan zijn wij weg. Klokslag acht uur staan we op het plein voor de kathedraal voor een laatste foto van de kathedraal in de nog duistere morgen. Even is het zoeken geblazen, maar we volgen maar de stroom pelgrims die ook richting Muxia Finisterra gaan. Het zal er druk worden, maar dat hadden we gisteren algehoord. Het is nu nog een heerlijk wandelweer al zijn de vooruitzichten voor vandaag warm, nee heel warm. Na 10 km houden we de eerste stop en komt de glutenvrije magdalena goed van pas. Na een half uur zijn we weer op pad. Ongerwaeg halen Rúna en ik herinneringen op van onze Olavswegen. Er wordt wat afgelachen over en weer, m.n over de Duitser (naam weet ik effe niet meer) en Hanna uit Amerika. Zo schieten we lekker op, om dan uittekomen bij een pittige klim van 2.3 km lang met een stijgingspercentage van 10% volgens een infobord. Het is puffen geblazen bij 28 graden. Met de nodige stops komen we dan boven. Een hele lange afdaling brengt ons tenslotte bij de Ponte a Maceira een brug uit de 13e eeuw. Op onze teller staat zeventien km. Aan de overkant bij Capela de San Brais staan banken waar we maar wat heel graag gebruik van maken. De laatste km gaan moeizaam in deze warmte. Mer veur slijpe òs veur en zien om kwart euver twieje biej de hostal dae ich gister geboekt höb.
Inchecken eerst contact een pilske en tevens boeken we alle overnachtingen voor de komende dagen. Noe is ut iers douche, ruste, verslaag sjrieve en sjtrakjes eate.
Dit is het voor vandaag. Hoije.
Donderdag 28 september
Donderdag 28 September
Dagje Santiago
Vanmorgen staan we pas om acht uur op.
We hebben alle tijd van de wereld. Ontbijten kan in het kleine keukentje als je brood of dergelijke bij je hebt. Ik eet een pakje glutenvrije crackers met kaas en jam.
Dan lopen we om negen uur naar het pelgrimsbureau toe voor de Compostela. We willen er vroeg zijn (gaat om negen uur open) om zo de drukte te ontlopen. Ook wil ik de huiskamer van het Nederlands Genootschap bezoeken die is gevestigd in hetzelfde gebouw. Bij aankomst is er zegge en schrijven 1 pelgrim. We hebben ons niet vooraf (wist ik niet) geregistreerd voor het afhalen van de Compostela, wat dus blijkbaar wel moest. Margret en Andy zijn hun credentials en paspoorten vergeten en moeten dus terug naar de albergue. Ik registreer Rúna en mijzelf. Bij de registratie moet je alles op een scherm invullen. Heb je dit goed gedaan, komt er een papier met een qr code met een nummer uit. Verschijnt het nummer op het scherm, dan mag je naar binnen voor je Compostela.
Kós waal ut ziekehoes zien asse blood luets prikke. De dames achter de balie zijn heel begripvol en vragen o.a welke naam(roepnaam,doopnaam) er op wil hebben staan. Met ieder 2 Compostela's lopen Rúna en ik het pelgrimsburo uit.
We gaan samen naar de huiskamer toe. Hier worden we hartelijk ontvangen door twee vrijwilligers. Een van het Nederlands Genootschap en een van het Vlaams genootschap. De aangeboden koffie laten we ons goed smaken. Ze vinden het bijzonder dat wij samen een goede vriendschap hebben die is ontstaan op een pelgrimsweg in Noorwegen. Zeker ook omdat Rúna uit Ijsland komt en dat ze hier heel welkom is in de huiskamer. Ze vragen ons het hemd van het lijf over onze vriendschap en het weer samen zijn op de camino. De conversatie is in het Engels zodat Rúna ook mee kan praten.
Heel leuk dit bezoek hier, waar we nog op de foto gaan voor we vertrekken. In dit zelfde gebouw is ook een informatiepunt voor alles wat met de camino te maken heeft.
Wij gaan hier onze nieuwe speciale credential halen voor onze weg naar Muxia en Finisterre. Het is een hele mooie en aparte credential. Met die van de camino Portugese
kan ik 2 aparte credentials toevoegen bij mijn verzameling.
Buiten regent het nog steeds en wij wachten op Andy en Margret. De rij bij het pelgrimsbureau wordt alleen maar langer. Rúna ziet ze in de verte gelukkig al aankomen. Zij willen aansluiten in de rij en dat ze lang moeten wachten maakt hun niks uit. Misschien kunnen jullie beter morgenvroeg op tijd gaan, zeg ik tegen hun. Nee, ze wachten wel. Rúna en ik gaan op zoek naar het Seminar Hospederia. In de huiskamer is ons verteld dat je er goed en lekker kunt eten en voor €14,00 voor pelgrims.
De deur gaat open om 13.00 uur en sluit om 15.30 uur. Als wij naar binnen gaan, lopen we een groot en zo te zien oud klooster binnen.
In een van de kloostergangen is een grote deur waar op een kansel het pelgrimsmenu staat. Het menu is een keuzemenu uit:
2x voorgerecht, 2x hoofdgerecht, 2x nagerecht, een fles rode wijn en een fles mineraalwater. Tot slot een koffie toe.
Dat hoort zich goed aan. Inmiddels is het 12.00 uur en wij lopen wat rond en wachten op Margret en Andy. Afgesproken is dat we voor de kathedraal wachten. Tegen half een komen ze aangelopen. Helemaal in hun sas met de Compostela. We leggen het een en ander uit en gaan dan samen naar het Seminar Hospederia toe. Zij vinden het ook een mooie plek en Margret nodigt Rúna en mij uit voor het "diner" op deze bijzondere plek. Aardige geste van aardige mensen.
Om precies een uur gaan de deuren open en komen we terecht in een prachtige grote refter.
Alle tafels zijn mooi gedekt. We krijgen een plaats aangewezen. Het duurt niet lang of het zit bijna vol. De bediening is aardig en vol grapjes in een mix van gebrekkig Engels met hun Spaanse taal. En wij blijven natuurlijk niet achter. Lol hebben we genoeg hier.
Als de bestelling is opgenomen wordt de rode wijn ingeschonken. Mien veurgerech is meloen met lekkere roeije sjink. Houfgerecht is kalfsvleis met gekaokte petatte. Naogerech is ein saort cremepudding. As aafsjloeting kupke koffie.
Bijna 2 uur hebben we getafeld, hier in deze prachtige ambiance.
Als we buiten komen regent het nog steeds. We lopen nog wat rond en gaan om half vijf terug naar de albergue na eerst nog wat boodschappen te hebben gedaan.
Het is nu douchen, verslag schrijven, een boterham eten en op tijd naar bed.
Morgen is het weer vroeg dag.
Dit is het veur vandaag. Hoije
woensdag 27 september
Woensdag 27 september
Padrón - Santiago de Compostela 27 km
Padrón, waar we gisteren sliepen, is een mooi stadje (dorpje). 'S avonds hebben we aan een mooi klein pleintje gegeten. Al viel dat eten wel een beetje tegen. Het wijntje wat we er bij dronken was wel lekker. Tja, doe kens neet alles kriegen was ze wils.
Om negen uur lagen we al in bed, om morgen goed uitgerust te kunnen beginnen aan de langste etappe naar de kathedraal in Santiago de Compostela.
Om zes uur zijn we op en eten onze laatste restjes uit de rugzak op. Als dieven in de nacht verlaten we Padrón. Het is nog hartstikke donker buiten maar de markeringen zijn goed te volgen. Eenmaal buiten Padrón zien we een sliert pelgrims voor ons lopen. Dèt zal waal weer ein file waere biej de kofiestops ongerwaeg. Het is prachtig lopen door een dicht en donker bos.
Langzaam opent zich de dag. Boven de heuvels zien we een mooie zonsopkomst. De hemel kleurt rood. Na 9 km de eerste stop, waar we alle tijd voor nemen. Ik eet maar een stuk tarta de Santiago. Altijd lekker dit amandel -gebak.
De tred zit er goed in. Ongerwaeg treffen we veel bekenden van de afgelopen 13 dagen. Veur wazele get aaf de komende kilometers. Maar zo schiet het wel lekker op en de volgende stop dient zich al weer aan en op de teller staat 18 km. Ook hier nemen we alle tijd. Treffen er weer bekenden en dat is altijd mooi om gedachten te delen. Ik heb nog een glutenvrije muffin in mijn rugzak en die smaakt bij een kop citroenthee heerlijk. Zo vliegt de tijd, zo nadert Santiago de Compostela. We spreken af dat we 2 km ervoor wachten op elkaar. Samen zullen we dan de plaza do obradoiro, het plein voor de kathedraal, oplopen. Als we de stad ingaan lopen we zo de drukte in. Wat ein volk is hiej oppe bein, en doe kums auge te kort.
Half drie staan we samen voor de kathedraal. Emoties komen met name bij Rúna los, maar dat mag ook wel. Er worden wat foto’s geknipt, praten wat met bekenden en zoeken dan een terrasje op voor een lekker pintje.
Crisse uit Denemarken schuift ook nog aan en samen proosten we op een mooie tocht die hier voor Andy, Margret en Crisse stopt.
Rúna en ik lopen vrijdag a.s verder naar Muxia en Finisterre. Dit is het voorlopig . Hoije
deze haiku wil ik jullie nog meegeven:
het pelgrims einde
plaza do obradoiro
zitten aan het bier
Dinsdag 26 september
Dinsdag 26 september
Caldas de Reis - Padrón 21 km
Ik hoef mijn pad niet te zoeken
maar wordt meegevoerd
een stroom van pelgrims
Ik loop door bergen, bossen en velden
over zand, steen en rots
steeds verrast het pad mij weer
Ik leef het leven
ooit aan mij gegeven
op mijn pad van de glimlach
Ik zie de schaduw van mijzelf
hij wandelt mee op het ritme
van zijn eigen stap
Ik hoor het geluid van het water
beekjes kabbelen maar voort
stiekem genieten van geluid en stilte
Ik zet hier een voet op aarde
de andere volgt vanzelf
op mijn pad naar Santiago de Compostela.
Maandag 25 september
Maandag 25 september
Pontevedra - Caldas de Reis 24 km
Iedereen zijn eigen camino.
Zo denken wij natuurlijk. Mèr wat ich de letste daag allemaol gezeen höb!
Er lopen mensen (pelgrims?!) rond die het schijnbaar allemaal niks interesseert van wat , wie en hoe.
Een paar dagen geleden liepen we achter een stel waarvan, en dat durf ik rustig te zeggen, de vrouw de kakmadam uithing. Haar man droeg een heel klein rugzakje en keek voortdurend op zijn telefoon. Steeds naar mompelen van: yeah we’re on the right track, we’re on the right track. Neet te geluive, want doe verzuups has in de piele en borde. En dan de kakmadam. Gepoeierd, lipkes knalrood, klein tasje om haar schouders, roze sokjes en witte schoentjes. Sjtiekem lache veur ós get aaf. Zeker als ze zich ook nog eens staat te poeieren, ongelooflijk. Volges mich zien ut Amerikanen
De volgende dag maken we wat mee, neet te geluive………Als we een stevige klim in een bos achter de rug hebben, lopen we in een lange rij pelgrims. Dan plots voor ons gaan twee vrouwen naar de kant van de weg. Wat dan volgt......neet te geluive……
Een gooit haar rugzak af, trekt haar hele shirt omhoog, doet haar wandelbroek naar beneden, gevolgd door haar slip(je). Ze bukt zich voorover en haar wandelmaatje wrijft haar achter tussen de billen in met zalf. De voorbijgaande pelgrims kijken verbaasd toe. Tja, tja..preuts is ze in elk geval niet!!
Vanmorgen is het al vroeg warm. Een mooie route vandaag door wijnvelden waar volop geoogst wordt. Ook gaat ons pad weer door prachtige bossen, over mooie paden.
Bij de eerste gelegenheid om een stop te maken, is het een drukte van jewelste. Aangezien we (uitgezonderd ik zelf) vanmorgen bijna niks hebben gehad, stoppen we toch hier. Drie kwartier sta ik in de rij voordat ik wat kan bestellen. Andy staat achter mij en mompelt van alles en nog wat. Ik bestel voor mij en Rúna koffie en thee en voor mij een stuk glutenvrije tarte de Santiago en voor Rúna een soort gebakje. Andy en Margret hebben ook alle twee tarte de Santiago. We laten het ons goed smaken.
Als we weer op pad zijn en in het bos omhoog lopen, loopt voor ons vrouw heel moeizaam naar boven. Mèr ze haet waal ein sigaret aan. Ongelooflijk voor de zoveelste keer. Wie rookt nu tijdens een stevige inspanning en dan ook nog eens in een bos. Sommige luuj zouse toch ech om de oere wappe.
Maar zij is niet de enige die dit doet. Als we een stuk hoger zijn, zitten drie jonge meiden op een stenen muurtje te pauzeren. Ook hier roken er twee maar wel een elektronische sigaret. Volgens ons zijn ze uit Tsjechië.
Het is goed warm vandaag en we zijn blij dat we over de brug Caldas de Reis binnenlopen.
Ons geboekte pension is zo gevonden en d.m.v een code komen we binnen. Twee mooie kamers, een mooie badkamer en keuken. Hier zullen we goed slapen vannacht.
Als iedereen zicht heeft gedoucht en uitgerust is, gaan we kijken waar we een hap kunnen eten. Hierna zullen we nog op zoek moeten naar supermercado. Dit is ut veur vandaag. Hoije.
Zondag 24 september
Zondag 24 september
Redondela - Pontevedra 19 km
“Oh my God”..... ein väöl gebroekte oetsjpraak. Ja druk is het. Vandaar die veel gebruikte Engelstalige reactie.
Gisteravond na het eten besluiten we om te kijken of we tot SDC onze slaapplekken vast kunnen boeken via Booking. Een stormloop voor ieder bed! Dat is het hier. Druk, druk en nog eens druk. Het is niet leuk meer om een bed te vinden. Laot sjtaon 4!
Albergues zijn volgeboekt en de goedkoopste hostels ook.
Uiteindelijk vinden we door gezamelijk te zoeken op Booking een bed in Pontevedra, Caldas de Reis en Padrón.
Hier zijn we dan ook heel blij mee. Terug bij de albergue AlfonsoXII duiken we dan ook rap het bed in.
Vanmorgen na het ontbijt zijn we om acht uur op pad . Het beloofd een prachtige dag te worden op weg naar Pontevedra.
Ons pad gaat door veel gehuchtjes en over mooie paden door de bossen. Gehuchtjes waarbij je je afvraagt hoe kunnen mensen hier wonen en leven. Ermood troef!
Soms zijn de paden bezaaid met dikke rotsblokken en dan wordt het klauterwerk. Wat opvalt ongerwaeg zien de velen kraampjes in de bossen. Meestal hebben ze een stempel, maar je kunt er ook van alles kopen. Frisdrank, bananen, appelen, chocolade etc etc. Ook camimo-dingetjes zijn te koop. Ieder wil een graantje meepikken. En gaef ze ens ongeliek. Vandaag schieten we lekker op en pauzeren hoofdzakelijk in de bossen in de schaduw. De zon staat hoog aan de hemel en het is warm.
We zijn om half twee bij onze gisteren geboekte slaapplek Hostal O Marco, die pas om twee uur open gaat.
Maar niet getreurd. Er ligt een bar langs de hostel en daar gaan we een lekker potje bier drinken. Vandaag is het zondag en dat valt op. Het hele terras zit vol. Buiten op het terras wordt calamares (inktvis) gekookt in een wel heel grote pan. Oet niesjierigheit kiek ich der toch uns efkes in. Nee, laat dit aan mij voorbij gaan!
Al die tentakels van de inktvissen: ich sjud mich der van, brr. Binnen drinken we een lekker pilsje. We vragen ook of we hier vanavond kunnen eten. Dat kan.....maar ze hebben alleen maar calamares.
Oei, dat wordt een probleem. In de omtrek is niks anders om te eten. Hoe gaan we dit oplossen! Och komt tijd komt raad. Zien we vanavond wel. Dit is het voor vandaag. Hoije
zaterdag 23 september
Zaterdag 23 September
Porriño - Redondela 17 km
Gisteravond hebben we weer gezellig onder ons vieren gegeten in een fijn Spaans restaurant.
De ober die ons bediende was een joviale kerel die niks teveel was. Je kon hier niet van de kaart bestellen maar je kon het menu inzien door een code te scannen.
Mèr good dèt ich der biej zit anges haaije veur noe nog nieks gehad. Toen iedereen via mijn telefoon de keuze had gemaakt werd de ober erbij geroepen. Tenslotte moest je wel aan hem door geven wat je wilde eten. De bestelling was zo gedaan. Terwijl wij zaten te wachten, werd er weer heel wat afgelachen. Zo vroeg Andy vanwaar ik terug vloog. Rúna antwoordde hierop: Ger en ik gaan met de bus terug naar Porto.
Hierop vroeg Margaret: How long does the bus take? We tell her 2.30. en dan begint ze heel hard te lachen en zegt:
Two and a half hour and we walk for 14 days, we can better go by bus.
Het eten wordt opgediend en ziet er lekker uit. Allein veur mich väöl te väöl, dao eat ich 2 daag van. 'S avonds is er feest in de stad. We kijken even bij een soort talentenjacht en gaan dan verderop naar een groot podium om luisteren naar muziek, zang, doedelzakken en tamboerijnen.
Een groot gezelschap. Het afstemmen van de instrumenten, zang etc etc lukt van geen kanten. Half uurtje gewacht, een nummer gehoord en toen maar rap naar bed.
Vandaag een korte maar pittige route. Na het ontbijt zijn we om kwart voor acht op pad. Hartstikke grijs is het, maar gelukkig wel droog. De eerste twee uur lopen we stevig door en wij zijn niet alleen. Wat een drukte en straks komt de coastalroute in Redondela op de Portugese camino central uit. Na onze koffiestop gaat het stevig omhoog, veelal door dorpjes en stukken bos. Intussen is de zon de mist de baas geworden en hebben we een stralende blauwe hemel. Heerlijk loopweertje. Ongerwaeg bel ik voor een eventuele slaapplek in hostel/albergue Alfonso XII in Redondela. Het lukt om hier 4 bedden te reserveren. Rúna zegt tegen mij: That's very nice Ger that you have already reserved a place to sleep for us. Dèt dach ich auch mèr. Tegen een uur in de middag zijn we er. Gelukkig niet zo'n grote hostel als gisteren.
Onze slaapplek is prima. Nu hebben tijd genoeg voor ons zelf. De wasmachine draait intussen en straks lopen we het stadje in. Miene glutenvrieje mik is op en auch de veurraod yoghurt. Dit is het voor vandaag. Hoije.
Vrijdag 22 september
Vrijdag 22 september
Tui - O Porriño 21 km
Vandaag eens geen verslag. Toch heb ik ondanks de regen op onze pauzeplekken wat kunnen schrijven in de vorm van een gedicht.
op en af door het bos
met velen kleuren groen
bomen bedekt met korstmos
en eucalyptusbomen mintgroen
omhoog en omlaag
voeten bepalen onze loop
we vorderen gestaag
op schoenen als beste aankoop
stroompjes kabbelend
adem wordt hoorbaar
pelgrims al babbelend
wat is een mens plooibaar
groen is het hier sowieso
al lopend door Galicia
met soms een stop voor een senseo
op weg naar Santiago de Compostela
Donderdag 21 september
Donderdag 21 september
Rubiães - Tui (Spanje) 21 km
Op advies van de hospitalero zijn we gisteravond op tijd (17.45u) gaan eten. Er is maar 1 restaurant wat op 10 minuten lopen ligt van de albergue en er zijn vele pelgrims die vanavond moeten eten.Bij aankomst zitten er 4 personen in, toch wel, een groot restaurant. We zitten nauwelijks, of de menukaart wuurd ós al ónger de naas geduujd. Keuze genoeg voor een pelgrimsmenu in wel 5 talen, zelfs Nederlands. De bestelling is zo gedaan. Veur mich verkeshaeske, gebraoje petatte, ries en sjlaai en ein wit wienke.
De witte wijn wordt in een grote aardewerken kan op tafel gezet. Dit heet dan een pelgrimsmenu. Wil je weten wat het kost, nou hup dan: €12.
Als het eten wordt opgediend, vallen we bijna achterover. Wat een grote porties,maar we laten het ons goed smaken.
Tegen zeven uur loopt het restaurant geheel vol. Ons word gevraagd of we plaats willen maken. Natuurlijk, wij hebben ons buikje vol en willen toch net weggaan. Als we terug naar de albergue lopen miezert het flink. Om kwart voor acht liggen we alle vier in bed.
Afgelopen nacht gaat mijn diabeloop 2 keer op alarm en om vier uur moest er zonodig al een pelgrim op pad gaan, die bijna niks heeft gedaan dan wat met zijn telefoon liggen te klooien. Een rare kerel, lang grijs haar met een lange grijze baard.
Wij gaan om zeven uur naar het cafeetje langs de albergue voor een ontbijtje. De dame achter de bar geef ik 2 sneetjes glutenvrij brood en daar gaat ze voor mij een omelet mee bakken met ham en kaas. Groot, lekker en smaakt goed. Mijn medepelgrims eten allen een broodje.
Om half acht zijn we dan weg voor een nieuwe dag op de camino die ons naar Tui in Spanje zal brengen. Het zal de hele dag weer op en af gaan. En ut waer duit dao vlot aan met, met raegen, zon, raegen, zon. Ook vandaag een prachtige weg door veel bossen en dorpjes met keienpaden en modderpaden. Een ding weet ik nu wel zeker: de diekste kesjtaanjele komme oet Portugal.
Bij de eerste de beste bar stoppen we om te schuilen voor de regen, maar ook voor een koffie. Hier overleggen we ook waar we zullen slapen vannacht in Tui. Albergues zijn er genoeg, maar ik wil wat meer privé omdat morgenvroeg mijn sensor verloopt om half acht. Rúna Margret en Andy vinden dit prima. Op booking vind ik een albergue/hostel met een privé appartement voor 4 personen met terras en uitzicht op de tuin.
Ik vertel hun dat en in koor zeggen ze: make a booking Ger it's a nice place for us. So I did. We gaan verder en we zijn alle 4 blij als Tui inzicht komt. Over een lange en hoge brug over de Rio Minho lopen we Spanje binnen. Rúna heeft erge hoogtevrees. Ik weet dat van onze tocht in Zweden en neem haar bij de arm. Zo lopen we gearmd naar de andere kant. Ons hostel Villa San Clemente ligt een beetje buiten de stad. Bij aankomst zien we dat het een oude villa moet zijn geweest. Maar de verrassing komt als we door de beheerders, een echtpaar,worden rondgeleid. Ons appartement is geweldig, heel lang en met 4 eenpersoonsbedden. En buiten een balkon net zo lang als het appartement. We kijken uit over een mooie beeldentuin net een horreos in.
Was- en droogmachine kunnen we tegen betaling gebruiken en daar zeggen we geen nee tegen.
Om tien uur liggen we in bed na eerst een pelgrimsmenu naar binnen te hebben gewerkt. Dit waas ut veur vandaag. Hoije
woensdag 20 september
Woensdag 20 september
Ponte de Lima - Rubiães 20 km
Gisteravond hebben we heerlijk getafeld in Ponte de Lima. Een sjiek restaurant werd ons aanbevolen, met even sjieke prijzen en een heerlijk wijntje. We hebben er van genoten. We, dat zijn: Andy (83) en Margret (74) uit Australië, Rúna (72) uit Ijsland en ich zelf (71) oët Oppe Ruiver. Allemaal zijn we pensionada. Margret en Andy hebben Rúna leren kennen in 2010 op de Camino Frances en hebben altijd contact gehouden. Rúna en ik kennen elkaar sinds 2017 omdat we samen de Olavsweg in Noorwegen hebben gelopen, gevolgd door de Olavsweg in Zweden in 2019. Na het heerlijke eten hebben we goed nagetafeld en werden er vele herinneringen aan de camimo en de olavsweg opgehaald.
Veur höbbe get aafgelache en in det restaurant zalle ze waal gedach höbbe wat zit dao veur ein sjtelletje fiësneuze biej ein.
Om negen uur lopen we terug naar onze slaapplek.
Vanmorgen staat gelukkig rond acht uur het ontbijt in buffetvorm al klaar. Dat is fijn omdat ons vandaag heel wat klauterwerk staat te wachten en we willen toch wel op tijd weg zijn. Buiten is het miezerig en bergen cq heuvels waar we door en overheen moeten zijn gehuld in grijze wolken. We zijn goed en wel op pad en de paraplu kan al open. Het zal toch niet de hele dag ziemelen maar daar ziet het wel naar uit.
Volgens mijn wandelgids is het de pittigste route vanaf Porto naar SDC.
Het begin schiet aardig vlot op. Bij de eerste bar is het een drukte van jewelste. Het vrouwtje achter de toonbank blijft heel kalm ondanks de opdringerige pelgrims. We rusten even uit, maar gaan dan maar zonder koffie verder. De route is ondanks de regen mooi. Vele mooie paadjes door de bossen brengen ons alleen maar hoger en hoger. Nat van zweet en regen zoeken we ein plekske om even te rusten en wat te eten. De humor lijdt er niet onder. Even verder beginnen we aan het zwaarste gedeelte......de klim over hoofdzakelijk een pad van rotsblokken wat wel erg steil omhoog gaat. Bij de volgende stop zeg ik tegen Margret en Andy dat ik mijn petje afdoe voor hun. Margret zegt tegen mij: no Ger, we are goats on the mountains. Op deze leeftijd en dit doen, hier heb ik alleen maar heel veel respect voor. Na al dat sjravelwerk komen we eindelijk om half drie aan in de albergue in Rubiães.
Een mooie plek. Als de meid aan de balie ons inschrijft, kijkt ze ons aan en zegt: you are the oldest pilger here today en ze geeft ons alle vier een onderbed. Vanavond maar eens kijken waar we lekker kunnen eten. Dit waas ut veur vandaag. Hoije
Dinsdag 19 september
Dinsdag 19 september
Vitorino dos Piães - Ponte de Lima 14 km
Gisteravond hadden wij het avondeten mee geboekt in deze herberg. Met vijftien pelgrims aan tafel en wat hebben we heerlijk gegeten. Een overheerlijke spaghetti met een rijkelijk gevulde saus met daar over heen een pittige geraspte kaas. Het nodige water en rode wijn stond in kruiken op tafel. Voor mij had oma extra glutenvrije spaghetti gekookt. Ich geluif waal bienoa ein hiel pak.
Het smaakte allemaal verrukkelijk, vooral de pittige geraspte kaas. Na het eten kwamen de verhalen los. Zal waal aan de wien höbbe gelaege.
Een heel gezellige avond.
Vanmorgen was ik al vroeg op.
De diabeloop bleef maar alarmen geven omdat de ampul leeg was. Nou, er zaten nog 31 EH in. Geen idee waarom die blijft alarmeren. Af en toe verwens ik dat ding! Bij het verwijderen van het oude infuussysteem spoot me het bloed bijna om de oren. Met een vinger hield ik het zo goed mogelijk dicht terwijl Rúna mij wat papieren zakdoekjes gaf. Wat ein geknommel zo vreug oppe morge. De vloer heb ik maar met een natte lap goed schoon gemaakt. Om half acht gaan we ontbijten. Heerlijke vers opgezette koffie met glutenvrij brood en een potje yoghurt met muesli.
Dan gaan we op weg voor een korte route naar Ponte de Lima. Ook vanmorgen is het weer hartstikke grijs. Maar je kunt al goed zien dat de zon zich er door aan het drukken is. Tegen half tien gaat het jack uit. Heerlijk warm is het inmiddels.
De route vandaag is geweldig mooi. Veelal door kleine dorpjes, door mooie bossen, door wijngaarden waarvan de druiven in de hitte van mei/juni allemaal verdroogd zijn.
We komen langs verschillende kastanjeboomgaarden. De kesjtajele zien riep en der ligge der mich get.
In Seara houden we een stop bij de pasteria O Farinheiro. Heerlijk gebak kijkt ons aan en we laten ons lekker verleiden. Het smaakt uit de kunst. Na een half uurtje trekken we verder, stoppen af en toe nog eens voor wat te wazelen.
Om 12.00 uur lopen we de Oude Romeinse brug op over de Rio Lima. De pelgrimsherberg ligt vlak over de brug. De deur staat open en ik loop naar binnen. Een dame komt naar mij toe, sprik gen waord ingels en ich gen waord portugees. Op een papiertje schrijft ze: 15.00 uur, duwt mij haast naar buiten, sluit de deur en hangt er een bordje op: aperto 15.00. Tja, gastvrijheid ziet er anders uit. Maar ach, misschien is ze met het verkeerde been uit bed gestapt vanmorgen.
Maar wij gaan hier niet bijna 3 uur voor de deur zitten. We lopen terug de brug over naar waar we vandaan zijn gekomen. Op een bankje kijk ik op booking voor iets anders. Hier vind ik bij Pousade de Jouventude iets van de zelfde organisatie als in Vila de Conde: een aanbod voor 2 kamers met elk 2 bedden met ontbijt voor €83. Mijn mede pelgrims zeggen: gelijk boeken. Zo gezegd zo gedaan. Hier zitten we nu. Ut weske hingk oppe draod en dadelijk gaon veur der os unne drinke en daarna kijken we waar we wat lekkers kunnen eten. Dit is het voor vandaag. Hoije.
Maandag 18 september
Maandag 18 september
Barcelinhos - Vitorino dos Piães 23 km
Even terug naar gisteravond. Om half zes gaan we eten, lekker dicht bij "huis". We worden attent gemaakt op de "Cantinho do Peregrino" om daar te gaan eten. Een zeer behulpzame chef legt ons het pelgrims keuze menu uit. Van glutenvrij eten weet hij alles af. Als we allemaal onze bestelling hebben gedaan, brengt hij ons allen een lekker getapt pilske. Veur prooste op eine sjoeëne daag. Als ons eten op tafel komt, schrikken we van de grote porties. Hiej wuerd neet gekeke op ein sjtök vleis. Sjtonge, sjtonge of ut nieks kost. Onder het genot van een wijntje tafelen we nog wat na. Intussen vragen we de rekening en we geloven onze ogen niet. Per persoon €7.80! Ongelooflijk, hier wordt toch niks meer aan verdient. We geven de chef dan maar een goede fooi. Terug in ons appartement denk ik opeens dat mijn voorraad glutenvrij brood op is. Wat nu? Ik vraag de beheerder of hij mogelijk met mij naar een supermercado wilt gaan. Liggen natuurlijk altijd aan de rand van een stad. Gelukkig, geen probleem voor hem en zo zit ik om half negen in een hele oude mercedes op weg na de supermercado die zelfs op zondag tot negen uur open zijn. Bij binnenkomst loopt een aardige medewerker mee naar de afdeling brood. Waar ook het glutenvrij brood te vinden is. Een lekker brood , 4 yoghurt, 2 bananen en nog wat drinken gaat in mijn kar. Betalen en dan weer vlug terug en naar bed.
Vandaag begint de dag met "aezelewaer". Hartstikke grijs, meer dan 50 meter zie je niet. We vertrekken om acht uur, drinken op de plek waar we gisteren hebben gegeten koffie en eten er iets.
Dan gaan we op pad voor een lange dag.
Ongerwaeg is het genieten want het mistgordijn gaat langzaam open en de zon probeert zich er doorheen te wurmen.
De vergezichten worden alleen maar mooier. Rond half twaalf stoppen we bij een barretje om wat te eten. Ik zie dat het meisje ook tosti’s maakt en vraag haar of ze voor mij een glutenvrije tosti kan maken. Helaas zegt ze, ik heb niks "sem gluten" zoals het in Portgal wordt genoemd. Geen probleem zeg ik tegen haar en haal mijn glutenvrij brood uit de rugzak. Rúna, Margret en Andy nemen een lekker stuk gebak. Mijn tosti smaakt heerlijk, samen met een kop coffe con leche. Als we weer verder gaan, zien we dat het weer druk op de camino is. Dao löp vanalles en hiel väöl jongk grut. Sommige zien er als fotomodel op de camino uit.. Wij lachen er steeds om als zoiets weer passeert. Mer det is auch genete mer den met ein knipuigske. Uiteindelijk komen we om half vier aan in Vitorino dos Piães , waar ik gisteravond voor ons heb gereserveerd in de residencial Casa Sagres.
Hier krijgen we elk een privékamer met een gezamenlijke badkamer. Vanavond wordt er voor ons gekookt (veur mich glutenvrieje pasta), onze was wordt gewassen en gaat daarna in de droger zodat we morgenvroeg weer schoon op pad gaan. Waat is ut laeve van unne pelgrim toch sjoeën!
We zitten hier in een piepklein dorpje waar het heel rustig is. Net wat een pelgrim zich af en toe wenst. Dit is het voor vandaag. Hoije.
zondag 17 september
Zondag 17 september
São Pedro de Rates - Barcelinhos 17km
Alle zegen komt van boven!
Een albergue die stampvol zit..... wat een drukte op de camino. Met die drukte is een slechte nachtrust niet te voorkomen.(grrr..)
Om acht uur vanmorgen moest iedereen ook weer op pad zijn. Om zes uur begon al her en der een geritsel en lampie aan, lampie uit. Ook niet bevorderlijk voor een goede nachtrust. Zo vroeg en buiten regent het ook nog eens pijpenstelen. Maar ja, hier doe je niks aan. Wij staan om zeven uur op en hebben tijd genoeg. Rúna, Margret en Andy gaan om kwart voor acht ontbijten in de bar t.o. de albergue. Ik ontbijt in de keuken van de albergue omdat ik in Porto gesneden kaas had gekocht en deze moest op. Twee sneden glutenvrij brood met daar tussen de nodige kaas en dit gebakken in een pan smaakt heerlijk. Den nach get yoghurt met muesli en ich höb good gegaete.
Mijn rugzak oppe poekel en ik ga naar mijn 3 reisgenoten. Als we willen vertrekken, komt de regen met bakken uit de hemel. Tja, wat te doen nu? Koud is het niet echt, dus loop ik ook vandaag in mijn korte broek. Goed ingepakt gaan we dan toch op pad. Vandaag lopen we door dorpjes, velden en bossen. Geregeld worden we verrast met pittige buien, maar gelukkig hebben we de buien en de heftige wind steeds in de rug. Mijn stormparaplu houdt veel tegen en mijn bovenkant blijft mooi droog. In Pedra Furada stoppen we bij een barretje voor de koffie. Heel snel loopt het barretje vol met “verzopen” pelgrims. Het vrouwtje achter de bar denkt er het hare van en blijft nors kijken. Na een half uur stappen we op en gaan verder naar onze slaapplek in Barcelinhos. Ongerwaeg krijgen we nog de keuze voor een iets langere weg door het bos. Gezien het weer doen we dit niet en vervolgen onze weg over het asfalt.
Onze slaapplek heb ik gisteravond nog via Booking kunnen boeken, een appartementje voor 4 personen a €15 p.p.
Hier zitten we nu en we zijn er blij mee. Lekker rustig, geen opgewonden pelgrims om ons heen maar een fijn plekje voor ons vieren. Van luxe is geen sprake maar het is schoon en de badkamer/toilet is mooi.
Hopelijk wordt het droog vanavond want er moet ook nog gegeten worden.
Dit waas ut veur vandaag met de groetjes van ós veere. Hoije
zaterdag 16 september
Zaterdag 16 september
Vila de Conde - São Pedro de Rates 14 km
Gisteravond hebben we het nog even gehad om onze weg te vervolgen over de Camino Central, de weg van Lissabon naar Santiago de Compostela. Vanmorgen onder het ontbijt waren we het snel eens om dit te gaan doen. Allemaal hadden we zoiets van: we willen graag door dorpjes lopen en door bossen en velden. Na het ontbijt zijn we nog eerst inkopen gaan doen. Als we uit de winkel komen, stoppen we alles in onze rugzakken. Ik zoek op mijn app de route naar São Pedro de Rates en gelukkig staat deze er duidelijk op. Het eerste stuk gaat gelijk op met een oud aquaduct. Op sommige plekken moeten we wat omlopen, maar het is een mooie weg met een nadeel: bijna alles gaat over kinderkopjes en det is zeker neet miene favoriete ongergrondj. De laatste kilometers gaan door een eucalyptusbos met kaarsrechte en hoge bomen. Heerlijk de geur van deze bomen. Als we uit dit bos komen, stuiten we op de Camino Central. Die zie je duidelijk aan de mooie route-markeringsbordjes. Even later zijn we dan in São Pedro de Rates. We lopen eerst het informatie-centrum binnen voor een stempel in onze credential en informatie over de slaapplekken. We hebben niets gereserveerd en hopen toch op een lekker bedje. Dit vinden we dan in de Albergue São Pedro de Rates. Een mooie plek waar het nu helemaal vol is. We horen van andere pelgrims dat het druk is op de camimo central. Veur vanaovund höbbe veur ein bed en morge zeen veur waal. Tegen half zes lopen we terug naar het dorp om te gaan eten. We zullen zien of we wat vinden. In elk geval kan ik wel een stevige hap op. Toet morge
Vrijdag 15 september
Vrijdag 15 september
Matosinhos - Vila de Conde 22 km
Vanmorgen is het dan zover. Onze eerste dag op de camimo Portugese. Na ons gezamelijk ontbijt in de hostel, staan we om half negen bij het metrostation voor de metro naar het centrum van Porto. We gaan eerst naar de Se Kathedraal voor een nieuwe credential en een kort bezoek. Daarna pakken we de bus naar Matosinhos om de route naar Vila de Conde in te korten tot 22 km.
Vandag zullen we dan de hele dag langs de zee lopen over de coastalway. Ondanks de warmte is het een mooie weg die veelal over heel lange vlonders gaat. De uitzichten over de stranden en rotsformaties zijn mooi en wij genieten volop. Pauze plekken meer dan zat in de vele restaurantjes ongerwaeg. Het laatste stuk is voor ons het pittigs. Op sommige plekken zijn de vlonders helemaal weg of bedolven onder het duinzand. Het lopen over dit zand is zwaar en zeker asse eine rugkzak op de poekel höbs en op hoege zwaore sjoon lups. Maar uiteindelijk komen we om half zes aan op onze slaapplek bij Pousada Juventude een prachtige plek. Rúna is helemaal gaar, de laatste kilometers vallen haar zwaar zeker door het zand. Voor Andy en Margret neem ik mijn pet af. Deze mensen uit Australië zijn zeker niet de jongste en zijn camino vrienden van Rúna. Zo zijn we op pad met 4 man. 'S avonds gaan we eten bij Farol een restaurant dicht bij onze slaapplek.
Hier heeft het goed gesmaakt en tegen negen uur gaan we terug en liggen dan ook zo in bed. Alles biej elkaar waar ut eine pittige daag. Welterusten.
14 september Dagje Porto
Donderdag 14 september
Dagje Porto
Gisteravond lag ik om half negen al in bed in een kamer met 3 stapelbedden.
Maar van slapen is weinig gekomen. Maar daar had ik wel al rekening meegehouden. Er zouden namelijk nog laat gasten komen. En ja hoor, net voor middernacht kwamen de 2 laatste, die zo in bed sprongen en vanmorgen om vier uur weer vertrokken. Daarbij trakteerde mijn bovenbuurman me nog op een prachtige snurkserenade. Toen om zeven uur vanmorgen alle gasten weg waren, heb ik toch nog wat kunnen slapen.
Na mijn provisorisch ontbijt heb ik nog even gewacht op de beheerder, zodat mijn rugzak opgeborgen kan worden tot vanmiddag vier uur. Vlakbij de hostel ligt een metrostation. Een vriendelijke jongeman helpt me met het kiezen van het juiste kaartje naar metrostation Trinade.
Bij aankomst in het centrum is het al behoorlijk druk en sjoeën werm. Ik ga eerst op zoek naar een supermercado voor mijn glutenvrij eten.
Met googlemaps lukt dit snel. Genoeg keus hebben ze hier, dus ik ben weer zo weg. Ik slenter wat door de stad waar het alleen maar drukker wordt. Ik wil de Se Kathedraal bezoeken, maar de grote wachtrij houd me wijselijk tegen. Goed om dit nu te zien rond elf uur. We zullen er morgenvroeg rekening mee moeten houden. Ik vind een mooi plekje in de schaduw op een terras in een van de smalle steegjes. Tijd voor een lekkere cappuccino. Tegen twaalf uur loop ik verder en kom bij toeval langs een restaurant waar ze alles glutenvrij serveren.
Ik hoef niet te prakkiseren en stap naar binnen waar het heel aangenaam is qua temperatuur. Get angers as boeëte, waor dich has de zaole onger de sjoon wegsjmilte. Het stuk zalm met puree van rode aardappelen en diverse soorten groenten smaakt heerlijk. Natuurlijk hoort hier een lekkere rosé bij.
Om half twee stap ik op, om nog een stukje langs de Douro te lopen en een terrasje te pakken. Nieks sjoonder as miense bekieke. Tegen drie uur ga ik naar het metrostation Trinada om terug te gaan naar de hostel.
Ik wil nog een uurtje slapen, dan douchen en mijn kleren wassen. Die zullen gauw droog zijn met dit weer. Det is weer un veurdeil. Vanavond haal ik Rúna op bij het vliegveld. We hebben vanmorgen nog contact had en ze zal rond acht uur vanavond aankomen.
13 september, aankomst Porto
Om 11.10 gaan we de lucht in om na een vlucht van 2.15 uur te landen in Porto. De piloot heeft intussen al medegedeeld dat het in Porto 28 graden is. Lekker werm, mer neet ech mien waer. Op het vliegveld zoek ik me suf naar een restaurant, mijn maag rammelt van de honger. Blijkt dat dit helemaal boven in het gebouw ligt. Gelukkig brengen 3 roltrappen me er heen. Het restaurant is wel groot maar de keus is klein. Gebakken aardappelen met erwten, wat rijst en draadjesvlees. Als toetje ein kumke 'weit ich neet' mer ut waas waal lekker. Tegen half drie ga ik dan naar mijn slaapplek in de Hostel Airporto , 15 minuten lopen vanaf het vliegveld. Bij aankomst ben ik de eerste voor vandaag in een mooie, schone hostel. Een jongedame maakt me wegwijs.
Ik overleg nog even met haar over mijn glutenvrij ontbijt morgenvroeg. Dit had ik bij de booking aangegeven. Maar helaas, geen glutenvrij brood bij het ontbijt, alleen 2 glutenvrije magdalena's. Een tegenvaller. Maar is helaas niet anders. Maar ik heb nog glutenvrije cornflakes in mijn rugzak. Voor morgenvroeg is dat prima.
Nu ga ik eens kijken waar ik nog een kleinigheidje kan eten. En voor vanavond op tijd naar bed.
Perikelen op het vliegveld
woensdag 13 september Naar Porto
Perikelen op het vliegveld
Na een onrustige nacht (diabloop moest zo nodig 2x alarm geven) staan we om zes uur op. We willen vroeg vertrekken om eventuele files en drukte te voorkomen. De rugzak staat klaar en enkel de insuline ampullen en pennen uit de koelkast moeten er nog in. Een vlug ontbijtje, een laatste check en om 07.00u rijden we richting Eindhoven Airport.
Drukte valt gelukkig mee. Het schiet lekker op en om acht uur staan we op het vliegveld. Ik wil de drukte bij de douane ontlopen en ga dan ook om half negen naar de gates. Een dikke kus en Thea gaat naar huis en ik door het poortje naar de gates. Rugzak gaat in een bak voor de check, mijn jack, schoenen,beurs etc in een tweede bak.
Bij de bodyscan geef ik aan dat ik van alles aan mijn lichaam heb zitten waardoor ik niet door de scan mag. Ik mag er langs lopen en word er achter gefouilleerd. Dan moet ik meekomen omdat de pomp, zender en diabloop apart worden gecontroleerd. Dat levert gelukkig geen problemen op. Mijn rugzak kan ik zo uit ene bak halen. Ha, denk ik, dat loopt gesmeerd. Maar de andere bak ligt aan de andere kant van de band en ik kan hier niet aan. Ik vraag een medewerker of hij mij de bak met mijn spullen aan kan reiken. Maar die vlieger gaat niet op. Ik krijg te horen dat er iets in mijn beurs zit wat ze niet kunnen traceren. Blijkt bij nader onderzoek dat dit mijn identiteitsplaatje met mijn gegevens uit mijn diensttijd is. In 1971 ontvangen bij aanvang van mijn dienstplicht en sindsdien draag ik dit altijd mee. Alleen is het nog maar de helft. De andere helft is ooit kwijtgeraakt. Ik leg dit uit aan de jonge douanebeambte, maar ik kan hem niet overtuigen. Hij gaat er mee naar een kantoor en even later komt een kerel, maatje klerenkast, naar mij toe en zegt: you're a dead man, how do you come here en begint hard te lachen. Hij begrijpt de betekenis van het ijzeren plaatje. (normalerwijze bestaat dit uit 2 delen. Als je dan in diensttijd uitgezonden wordt en er je hebt de pech het niet te overleven, wordt een gedeelte teruggegeven aan familie) Hij klopt mij op de schouders en zegt dat alles okay is. Ik kan mijn spullen uit de bak pakken, doe mijn schoenen weer aan en ga verder.
Terug naar Porto
Na de grote teleurstelling om het voortijdig afbreken van mijn camino in het voorjaar is het nu zo ver. Woensdag a.s. vertrek ik naar Porto om mijn weg voortezetten naar Santiago de Compostela - Finisterre en Muxia. Fijn is het dat mijn wandelmaatje Rúna uit Ijsland mee gaat op de camino.
Ben heel benieuwd hoe het zal verlopen en hopelijk wordt het niet te heet. Vrijdag 15 september is onze start.
Porto
Woensdag 29 maart: Porto
Vandaag wil ik toch nog wat ondernemen, dus sta ik op tijd op. Ontbijten kun je in dit hotel niet, ik doe het maar met een banaan. Als ik aan de balie informeer of ik een nacht langer kan blijven is dit geen probleem. De dame wijst mij er op om het treinstation São Bento te bezoeken. Hier zijn in de centrale hal mooie tegelplateaus te zien en de bus stopt er. Maar eerst ga ik er op uit voor een nieuwe broek. Er zijn wel een paar kilo vanaf gegaan tijdens het lopen. Jao, de breitste bön ich auch neet. Als ik geslaagd ben en niet alleen voor een broek, ga ik met de bus naar São Bento voor de prachtige tegeltableaus. Inderdaad mooi zijn ze. Alleen vraag ik mij af hoe dit gemaakt wordt. Ik neem aan tegel, voor tegel, voor tegel, wat een werk. Laot sjtaon doe pleks der ein paar op de verkierde plek. Niet ver hier van af staat in een kerk (naam weet ik niet meer) een mooi beeld van Jacobus. Buiten waait een behoorlijke wind en de obers hebben handen te kort. Er vliegt van alles rond, menu kaarten, papieren tafellakens en hier en daar een parasol.
Vierhonderd meter verder ligt de Kerk en toren van Clérigos. Hier koop ik een ticket en ga naar binnen. Via een detectie poortje kom ik in een ruimte waar aangegeven wordt wat je wilt bezoeken. Schijnt dat de kerk gratis is en mijn ticket toegang geeft tot de toren. Oei, daar hoef ik niet aan te beginnen, want hij is 74 meter hoog en dat zullen veel trappen zijn. Maar ik word gerustgesteld. Je kunt met een lift tot het carillon en de rest moet over trappen. Maar eerst bezoek ik op de eerste ring boven een museum met oude beelden, gesneden uit hout. Ze zijn werkelijk prachtig gesneden. Ik vraag mij af, hoe hebben ze dit in de 17e eeuw klaar gespeeld. Dit heeft vooral mijn aandacht. Ik bekijk het allemaal zeer aandachtig.
Dan naar de top van de toren. Het laatste gedeelte is een stomme draaitrap met hoge treden. Niet bevorderlijk voor mijn blaar. Boven heb je een mooi uitzicht over Porto. Na wat foto's heb ik het daar gezien. Doe wuurs has van te taore geblaoze zoeë weit ut. Als ik onder ben ga ik eerst een hapje eten in een leuk restaurantje. Hier heeft het mij goed gesmaakt.
Als ik nog wat inkopen ga doen in een kleine mercado tref ik daar Adriaan aan. Wat een toeval. Ik raak er geëmotioneerd van. Hij is vanmiddag hier aangekomen en vertelt dat de laatste 2 loopdagen niet de mooiste waren. Ik kan me er wat bij voorstellen. Fatima, vertelt hij, is nog een stuk over de kustroute verder gelopen. Ik weet ook niet of ik haar nog zie, zegt hij. Hoe gaat het met je voet,vraagt hij. Iets beter maar een rugzak dragen zit er niet in. Het geeft mij teveel druk op de wond en daarom heb ik besloten om huiswaarts te gaan a.s donderdag. Das ist scheisse, zegt de sympathieke Duitser. Dèt moogs ze waal zegge. Deze camino had een mooie afsluiting moeten worden van al mijn gelopen pelgrimstochten waar dan ook. Het was dan goed geweest met een mooi einde van het pelgrimeren. We praten nog even en dan gaat Adriaan naar zijn onderkomen cq albergue. Hij wenst mij alle goeds en ik wens hem nog een mooie tijd toe op zijn pelgrimspad.
Dan stap ook ik op en ga weer met de bus terug richting hotel. Hoije.
Porto
28 maart Porto
Toch een mooie baaldag
Daar me vannacht van alles door mijn hoofd maalde, heb ik de slaap niet kunnen vatten. Om half acht ga ik onder de douche en verzorg hierna mijn wond. Dan gaat mijn laatste glutenvrij brood er aan en ook mijn laatste potje bananenpudding. Vandaag wil ik graag naar de Kathedraal Sé en de kerk São Francisco. Deze moeten volgens de plattegrond niet ver van elkaar liggen. Lopen zal ik niet veel doen, maar er zijn genoeg andere mogelijkheden. Metro, tram, bus, tuk-tuk: noem maar op. Met de bus omlaag en uitstappen bij de kathedraal. Ik heb mijn wandelschoenen aangedaan voor de zekerheid. Toch voelt het niet lekker. Bij ticket-office koop ik een kaartje en vraag ook om een stempel als afsluiting. Deze wordt keurig in mijn credential gezet. Deze kathedraal is een bouwstijl van Romaans, Gotisch en Barok. Bouw begint in de 12e eeuw, voltooid echter in 1737. Wat is er te zien: overweldigende barokke panelen. En bijna tot alles toegang om het te bekijken.
Langs de kathedraal ligt het Art museum Stained Glass.
Hier kan ik natuurlijk niet aan voorbij gaan. Bij de entreeprijs hoort ook een rode port. Maar hier bedank ik voor. Het museum is heel mooi. Hier wordt haarfijn alles o.a via filmpjes uitgelegd van ontwerp tot het bepalen en brandschilderen van het glas. Natuurlijk staan er ook prachtige glas-in-lood ramen. Het is meer dan de moeite waard dat ik hier binnen ben gegaan. Een spreuk spreekt me hier aan en wel:
"When you experience a stained glass window, whether in church or building, sit down in the quiet and look again at the window.....the many patterns and lovely colors of rich light are there to inspire and enjoy"
Dit alles ligt dichtbij de Rio Douro. Hier boek ik de 5-bruggen tour over de Douro, die 50 minuten duurt. Mooi om van op het water Porto aan je voorbij te zien gaan. Zo hoef ik niet veel te lopen en zie toch van alles. Bij terugkomst loop ik naar de kerk van St. Franciscus.
Deze kerk van Franciscus is het meest prominente gotische monument in Porto. Verder staat het bekend om zijn uitstekende barokke binnenversieringen. Ook deze kerk ligt in het historisch centrum. Het entreebewijs geeft toegang tot de kerk, schatkamer en catacomben. Voor mij zijn de catacomben onder de kerk het meest indrukwekkend. Ook hier heb je bijna toegang tot alle bezienswaardigheden.
Inmiddels is het half twee en tijd om de eten. Ook dat doe ik beneden aan de Douro. Dan zoek ik het metrostation en ben tegen vier uur terug in het hotel. Alles bij elkaar eine sjoeëne daag.
Hoije
Porto
Maandag 27 maart:Escusa - São João da Madeira
Malaposta - Grijó - Porto
Afbreken van mijn Camino
Laat ik daar maar direct mee beginnen, dat doet pijn.
Vanmorgen mijn blaar maar weer voorzien van wat betadine en een nieuw gaasje. In een centro salut wordt er naar gekeken en het advies is: een paar dagen niks doen want er zit rondom de wond ook een zwelling. Ik overleg met Joao, de beheerder van de albergue wat te doen. Hij stelde voor, mij een stuk weg te brengen naar Malposta. De etappe voor vandaag van Escusa naar São João da Madeira sla ik dan over. In Malposta stap ik uit en neem emotioneel afscheid van een man die een hart van goud heeft voor de pelgrims. Het zijn 11 km lopen naar het eindpunt in Grijó dat eigenlijk het eindpunt voor morgen is. Daar ga ik voor.
Het lopen gaat helemaal niet goed. Heb teveel pijn onder de bal van mijn voet en daarom loop ik geforceerd verder. Regelmatig neem ik een pauze. Maar daar wordt het niet beter van. En als ik eerlijk moet zijn, ik ben het lopen langs drukke verkeerswegen meer dan zat. Ik kom ogen te kort en moet steeds heel alert blijven en goed opletten. Zo had ik het mij niet voorgesteld. In Lourosa staat ook weer op zo'n druk punt een beeld van Jacobus. Efkes dink ich: doe bös missjien waal de letste dae ich knip op miene camino. Trouwens veel te knippen is er vandaag niet, of je moet van kinderkopjes en asfalt, veel asfalt houden. Onder het lopen draait er van alles door mijn hoofd. Ik wil niet aan opgeven denken en toch denk ik er aan.
In Grijó arriveer ik om een uur in de middag. Albergues zijn hier niet meer, en verder is hier weinig te slapen. Ik ga maar eerst wat eten, want wie weet wat de dag nog in petto heeft. Een klein restaurantje trekt mijn aandacht. Binnen zoek ik een tafeltje en al snel staat de dame van de bediening naast mij. Rijst, salade en vlees bestel ik en het smaakt heerlijk. Onder het eten beslis ik om een taxi te nemen naar Porto. Ik informeer Thea via de app over de gang van zaken. Als ik klaar ben met eten zoek ik via de telefoon bij booking.com naar een verblijf in Porto. Dit vind ik in het Século hotel. Ik boek het voor twee nachten. Wie weet, misschien gaat het dan weer. Bij het afrekenen vraag ik aan de ober om voor mij een taxi te bellen. Een jongedame, die achter mij staat hoort het zich aan en vraagt mij, zal ik er een bellen. Mijn vriend is taxichauffeur, zegt ze. Ik vind het prima en 10 minuten later ben ik op weg naar Porto, een ritje van 15 km.
In het hotel bel ik eerst met Thea om haar bij te praten. Ook zij vindt als het niet meer gaat dat het dan beter is om naar huis te gaan. Niet koste wat kost doorlopen. Mijn terugvlucht heb ik snel om kunnen boeken naar donderdag 30 maart. Ook annuleer ik nog enkele andere afspraken. Daar zit je dan met tranen in je ogen om een beslissing te nemen die je niet wilt nemen. Hier had ik mij zoveel van voorgesteld om nog een keer een camino te lopen met als einddoel Muxia. Blaren, die ik zelden of nooit heb gehad, verpesten het nu wel een beetje. Maar ook mijn diabetes zorgde ervoor dat ik niet lekker ontspannen kon lopen. Zeker zal ook dit alles temaken hebben met het ouder worden. Wat de toekomst nog brengt, wie weet. Bedankt iedereen voor de berichtjes op Facebook of op mijn blog.
Hoije
Escusa
Zondag 26 maart:Águeda - Escusa. 26 km
Vreemde vogels op mijn pad
Versjlaope vanmorge, auch hiej höbbe ze zomertied. Toch lukt het om tegen achten aan het ontbijt te zitten. Het is toch prachtig om in een albergue te kunnen ontbijten. Het buffetje ziet er goed uit. Je hoeft maar aan te wijzen wat je wilt (en dèt waas hiel väöl) en de vrouw achter het scherm, waar ook het buffet staat, legt het op je bord. Misschien geloven jullie het niet maar dit heeft nog steeds alles te maken met covid. Het ontbijt (het eerste in n albergue sinds ik ben gestart in Fatima) is lekker, met een heerlijke grote kop filterkoffie erbij. Om half negen ben ik weg en zie dat het behoorlijk grijs is buiten, met daar achter een felle zon, een schitterend gezicht.
De camino loopt vandaag gelukkig met enige regelmaat ook weer eens door bossen en dat is fijn. Achter Serém, inmiddels schijnt er een warm zonnetje, moet ik door een klein stukje bos om bij een asfaltweg uit te komen. Die weg zie ik door de eucalyptusbomen al. Als ik er ben, die weg moet ik tenslotte over, staat daar een stoel, en zeker geen keukenstoel, met een deken en op de grond erlangs een flesje water. Zou dit hier staan voor vermoeide pelgrims? Maar de oplossing komt snel. Ik loop het bos in en daar in dat bos komt mij een auto tegenmoet. Ik zet een stap opzij zodat hij goed kan passeren. Even verderop aan de weg stapt een vrouw uit in een kort minirokje en rood jasje. Zij neemt plaats op de stoel en de auto is weg. Tja denk ik, zullen hier mannen komen! Die vrouw zit daar maar, hopend op een klant. Veur deze pelgrim is ut in idder geval nieks. Vraemde vogels hiej en dèt op eine zondagmorgen in ein bos.
Door het grote eucalyptusbos is het heerlijk lopen. Alleen word ik in mijn wandelgids er op gewezen dat de paden erg modderig kunnen zijn met name waar het omlaag en dan weer omhoog gaat. In Albergaria a Velha stop ik even voor een fles water te kopen. Ondertussen zitten er zo'n 17 km op en ik krijg opnieuw last van mijn blaar. Na een pauze weer verder lopen is niet prettig. Maar ja, ik wil verder ondanks dit ongemak. Na deze korte stop toch maar weer de rugzak op de poekel en verder. Weer over een mooi bospad, met heel veel bloeiende brem, schiet het toch wel aardig op. Ik had mij voorgenomen om bij de eerste albergue bij binnenkomst in Albergaria a Nova te stoppen. Laat ik deze finaal voorbij lopen en hij ligt nog wel langs mijn pad. Schijnbaar teveel gedachten gehad aan mijn blaar.
Bij de kerk in dit dorp stop ik even om in mijn wandelgids te kijken naar een andere albergue. In het dorp Escusa 2,5 km verder is de albergue Casa Católico. Deze bel ik direct en ik ben welkom. Prima, ook weer geregeld. Als ik op wil stappen komt een donkere man op mij afgelopen.
In gebrekkig Engels vraagt hij wat ik hier doe. Ik vertel hem dat ik aan een pelgrimstocht bezig ben. Of hij het snapt, ik weet het niet. Dan wilt hij me mee hebben naar een bank in de zon. Nee, nee ik ga verder. Ik denk het goed te verstaan als hij vraagt waar ik nu heen ga. Dat weet ik nog niet, zeg ik waarop hij me mee wilt hebben naar zijn huis om te eten. Voor mij het sein om niks meer te zeggen. Wat deze snuiter wil, ik weet het niet. Het voelt wat unheimisch! De rugzak gaat op mijn rug en weg ben ik, terwijl hij mij een stukje volgt. De eerste km kijk ik ook niet meer om. Uiteindelijk in een lange bocht zie ik hem niet meer.
Aangekomen bij de albergue word ik welkom geheten door Paolo, de beheerder. Wat een toffe aardige man die ook zorgzaamheid uitstraalt. Na de gebruikelijke aankomst-rituelen kan ik een bed uitzoeken. Er zullen nog twee personen komen, een man en een vrouw. Ik vraag hem of de vrouw soms Fatima heet, Hij knikt. Een half uur later arriveren ze beiden. Fatima de Portugese en Adriaan de Duitser. Later, nadat iedereen zijn kamer en bed heeft gevonden, zitten we nog gezellig in het zonnetje te kletsen. Natuurlijk komt ook de dame in het bos ter sprake. Fatima had van een andere pelgrim, die daar ook voorbij was gekomen een foto op haar app gekregen. Deze pelgrim heeft vorige week een paar dagen met haar gelopen. Hij vraagt haar of hij ook die "pelgrim" op de stoel had zien zitten. Hij meende dat ze iets aan de voeten had en daarom daar zat. Samen hebben we hier erg om moeten lachen. Blijkbaar zijn wij de enige drie vanavond in de albergue. Fatima heeft voorgesteld om te koken voor ons drieën. Hier staat van alles dus het zal best smaken. Trouwens het verblijf hier is een donativo. Hoije
Agueda
Zaterdag 25 maart: Sernadelo - Águeda 25 km
Ontmoetingen
Na een mindere nachtrust (sjnurker in hoes!) sta ik al om kwart over zes naast het bed. Over 'n uur wil ik op pad zijn, want het kon wel eens een warme dag worden. Na de gebruikelijke rituelen, eet ik mijn ontbijt dat ik uit de rugzak tover. 2 Sneetjes brood, 1 met kaas en 1 met tevredenheid en 2 potjes bananenyoghurt. Koffie denk ik er wel bij. Even een check of ik niets vergeten ben en dan gaat de rugzak dicht. Inmiddels is iedereen wakker en op, maar ik doe de rugzak op en wens hun een mooie dag toe en weg ben ik.
Het pad vandaag
Gelukkig zit ik zo weer op de route zodat ik eens niet hoeven te zoeken. Gisteravond is ons wel nog verteld dat de route door veel dorpjes gaat enne… niks als asfalt. Dèt zal mien blaor gaer höbbe. Ich blief der last van haaije. Maar niet zeuren, maar stappen. Vervelende bijkomstigheid is dat je toch weer hier en daar langs drukke wegen moet lopen. Maar gevaarlijk waren vandaag ook de verbindingswegen tussen de dorpen. Niet veel verkeer, maar scheuren als gekken. Als ik Alféloas binnen kom, ben ik inmiddels al 2 uur ongerwaeg. Tijd voor een koffie. Meeste barretjes zijn rond 8 uur open en hier hoef ik niet ver meer te zoeken, want ik loop er zo naar binnen. Genietend van een heerlijk bakje komt Fatima binnen.
Ontmoetingen
Ik heb haar gisteren ontmoet in de albergue in Sernadelo. Toen viel mij al op dat zij communiceert in het Duits. Zij neemt plaats bij mij aan tafel en zo komt er een mooi gesprek op gang. Natuurlijk vraag ik haar waar het vandaan komt dat zij zo goed Duits spreekt. Ja,zegt ze, ik heb 30 jaar in Zwitserland gewerkt en gewoond, heb daar mijn huidige man leren kennen en toen we met pensioen konden, zijn we terug gegaan naar Portugal. Ik vraag haar of dat niet moeilijk was voor haar man. Nee helemaal niet. We zijn natuurlijk vaak op vakantie geweest naar mijn Portugal, zegt ze. Dus het was zeker niet nieuw voor hem. Samen stappen we hierna op en lopen verder. Al snel merk ik dat ik een vlotter tempo heb dan Fatima. Loop maar door, zegt ze, ik ben niet zo snel. Och ongerwaeg zullen we ons wel weer treffen.
In Avelás de Caminho komen 2 pelgrims recht op mij afgelopen Ze lopen zeker naar Fatima toe. Ze stoppen bij me en vragen waar ik vandaan kom. I'am from the Netherlands, zeg ik. Hij komt uit San Diego, USA en zij komt uit Spanje. Samen lopen ze van Porto naar Fatima. Ik vertel hun dat ik in Fatima ben begonnen. Waar ga je naar toe, vraagt de Spaanse mij. Ik hoop naar Spanje en daar moet ze wel om lachen. De Amerikaan wil alles weten over het grote aquaduct en vraagt of ik er ook overheen ben gelopen. Ik vertel dat dit alleen voor mensen is die crazy zijn. Als je het wil proberen, wens ik je veel succes, want je loopt maar over een heel smal paadje dat langs de goot ligt. Ook kun je je nergens aan vast houden. Hij vraagt me het hemd van ’t lijf, ook over de route. Dan lopen ze met een bom camino verder.
Als ik pauzeer bij een marktje komt ook Fatima aangelopen.
Heb je ook die Amerikaan gesproken, vraagt ze. Ja een echte Amerikaan hé. Nou ze vond hem maar een praatjesmaker.
We lopen nog over het marktje en gelukkig is mij niks aan de vingers blijven plakken. Dan pakken we ons weer op en gaan verder over een lange weg die door een groot industriegebied gaat. Het zijn de laatste km voor vandaag en Fatima blijft ver achter. Intussen speelt mijn blaar behoorlijk op. Bij binnenkomst van Águeda bel ik naar de albergue Santo Antóniodie, die buiten de route ligt. Mijn wandelgids zegt dat je ze mag bellen, dan komen ze je onder aan de brug ophalen.
Dat doe ik dus. Binnen 10 minuten staat de beheerder bij de brug. Aangekomen bij zijn albergue weet ik niet wat ik zie. Zo mooi en zo schoon alles. Een van de mooiste plekken tot nu toe. Inschrijven, douchen, blaar verzorgen en eten halen bij de Lidl die 300 meter terug ligt. Terugkijkend op deze dag kan ik alleen maar zeggen......ut waas eine sjoëene daag. Hoije
Sernadelo
Coimbra - Sernadelo 26 km
Regen, zon en vervloekte wegen
Ik slaap me wat af op deze camino. Ook afgelopen nacht weer dik 9 uur. Om zeven uur sta ik maar op en maak de luiken open. Aan de opgestoken paraplu's te zien, van de mensen die over het plein lopen, regent het. Tja daar moeten we het dan maar mee doen. Eerst pak ik de rugzak in en wat heb ik een ruimte over nu ik van alles naar huis heb gestuurd. Kreeg net te horen van Thea dat ze het pakket al heeft opgehaald biej Piet van Pie. Ik moet zeggen DHL dat is heel rap,heel rap.
Gistermiddag pas verstuurd vanuit Portugal en vandaag al oppe Ruiver. Mijn ontbijt vanmorgen eet ik op de kamer. Heb niet voor niks glutenvrij brood gisteren gekocht. Wat eten we dan: 2 sneetjes met kaas en 1 potje bananenyoghurt met muesli, die ik nog in de rugzak heb. Daarna de laatste
spulletjes erin en trek de regenhoes er over heen. Zelf doe ik de regenbroek aan en mijn nieuwe Chinese jack. Kwart over acht stap ik op: maar eerst weer zorgen dat ik 5 etages lager kom over de trappen met de rugzak oppe poekel.
Wat is het een pokkenweer en ook hier valt mij op dat er geen markeringen zijn om de stad uit te komen. Maar met Mary moet het toch ook lukken. Al is het niet allemaal hosanna om hier dit wegennet uit te komen. Na veel zoeken lukt het dan eindelijk om over het spoor en snelweg te komen.
De route voert vandaag door veel kleine dorpjes en gehuchtjes. De regen wordt gelukkig wat minder maar de wegen blijven asfalt en dat haat ik. Ik zal er ook kort over zijn door enkele punten te benoemen.
Route die ik heb gelopen is 26 km.
Hiervan 22 km asfalt. Neet fijn!
Door het eucalyptus bos 3 km, wat heel mooi was.
Langs een gevaarlijke snelweg 1,5 km over de vluchtstrook waar het verkeer, veel vrachtwagens, je met een razende vaart tegemoet komt. Hier had ik ogen te kort en vervloekte het lopen over asfalt.
De fijne koffiestop bij een kleine kruidenier.
Natuurlijk het heerlijk zonnetje dat zich tegen twaalf uur liet zien.
Het mooie geitenpaadje door een bos vlak voor mijn einddoel vandaag.
En, niet te vergeten een rugzak oppe poekel die heel wat lichter is.
En dan de mooie albergue waar ik nu zit in Sernadelo.
En last but nog least, dao is onnoch ein restaurantje biej.
Hier houd ik het bij voor vandaag. Hoije.
een grijze grauwe
miezerige morgen
wat een verschil
met gistermorgen
maar ik loop verder
en dat is fijn
immers na regen
komt zonneschijn
Dagje Coimbra
Donderdag 23 Maart
Een vrije dag in Coimbra
Om acht uur vanmorgen ben ik maar eerst koffie gaan drinken aan het plein waar ik zit. Een luxe zaak met heel veel lekkers. Maar een broodje sin gluten hebben ze helaas niet. Dan maar een croissant met ham en een cappuccino. Un kiertje foetele. Er staat vanmorgen veel op het programma en ik hoop dat het allemaal voor 13.00 u is afgewerkt. Ik wil toch graag nog wat van de stad zien. Ik wil graag naar het startpunt van de route Carmelita, die is bij het klooster van Carmel of Saint Teresa. Na de koffie ga ik eerst naar een super mercato voor glutenvrij brood en een fles zoete frisdrank. Dit is de eerste grote super die enkele soorten glutenvrij brood hebben. Brood, kaas en frisdrank zijn zo gevonden. Volgende punt, mijn overtollige en te zware spullen terugsturen naar huis. Het DHL service punt had ik gistermiddag al gevonden. Met een hele draagtas vol ga ik op weg.
Het past precies in een 5 kg box van DHL. Het kost me meer dan 1.5 uur voordat alle formaliteiten in orde zijn. Kumt get biej kieke asse ein pakketje nao hoes wils sjture. Op weg terug naar het pension wip ik nog even bij een Oriente zaak binnen. Een soort Chinese Big Bazar, waar werkelijk alles te koop is tegen spotprijzen.
Ik ga de deur uit met: licht jack, badslippers, klein schaartje en blarenpleisters. Dan nog even eten en weer zit er abnormaal veel vlees bij. Maar het smaakte prima en alles spoel ik weg met azijn wijn. Wat eine zoere tattie. Om half twee ben ik terug in het pension, doe mijn wandelschoenen aan en ga de stad verkennen.
Wandeling door Coimbra
Coimbra is van oudsher een studenten stad.
Maar eerst ga ik naar de Convento Carmel of Saint Teresa. Dit ligt het verste weg en ik wil daar heen om de afsluitende stempel van de Rua Carmelita te laten zetten in mijn credential. Normaal begint de route Carmelita hier en eindigt in Fatima. Ik heb hem dus andersom gelopen. De weg naar het klooster gaat alleen maar omhoog. Mer veur zien waal gèt gewent ongertösse. Als ik arriveer is alles dicht. Op de deur staat dat ze om half vier open gaan. Even wachten dus. Intussen maak ik nog wat foto’s. Om half vier blijven beiden deuren dicht. Dan zie ik een briefje hangen dat je ook kunt aanbellen als de deur dicht is. Ik bel aan en tegelijkertijd gaat de linker deur open. Een klein nonnetje met een brilletje voor op haar neus vraagt mij, gelukkig in het Engels, waarvoor ik kom. Ik haal de credentials uit mijn broekzak en ze zegt meteen: je wilt een stempel. Dat had ze goed gezien. Ze neemt mijn credential mee en komt even later terug, maar zonder credential. Ik moet plaatsnemen in een bank. Ze wil van alles weten over mijn pelgrimstocht en waarom ik die in Fatima ben begonnen. Ik vertel haar over mijn reeds gelopen Carmelitesse-route en de verdere planning van mijn tocht. Ze vraagt of ik het grote beeld voor het klooster heb zien staan.Dèt heb ich zeker zeen sjtaon. Weet je wie het is, vraagt ze mij. Ja, ik weet dat dit Lucia is, een van de 3 herderskinderen is waar Maria aan verschenen is. Ook vertel ik haar dat ik het graf van haar en ook van de 2 andere kinderen heb bezocht in Fatima. We babbelen nog wat over de camino, het lopen, blaren en dan staat ze op en gaat mijn credentials halen. Bij terugkomst zegt ze: Ik wens je met Gods zegen een Bom Caminho, zoals dat in Portugal wordt gezegd.
Ik word er een beetje ontroerd van en bedank haar voor de mooie stempel.
Wat fijn is het om in zo’n stad Google maps bij de hand te hebben. Zonder dit ben je zo de weg kwijt tussen de enorm veel kleine en smalle steegjes. Rond om je heen kijken….vergeet het maar met al die hoge huizen.Ik loop verder naar de Universiteit van Coimbra. Het moet wat moois zijn, vertelde Thea mij gisteren. En inderdaad wat een complex en wat een studenten die van de ene faculteit naar de andere gaan. Ik zie een soort ontgroeningritueel van nieuwe studenten. De nieuwelingen in een rode sweater en de “oude hap” om ze maar zo te noemen, geheel in de outfit compleet met lange zwarte mantel.
In een optocht, onder luid geschreeuw van de nieuwelingen lopen ze naar een bibliotheek. Hier vormen zich 2 rijen. Een rij meisjes en daar tegenover een rij jongens. En dan begint het geschreeuw. Iedereen, te beginnen met de meisjes, moet voorover buigen en dan zo hard mogelijk enkele zinnen schreeuwen. Heel apart om te zien. Ik bezoek nog enkele gebouwen in het oude deel en raak niet uitgekeken. Maar toch stap ik op want ik wil ook nog de oude kathedraal Se Velha uit de 12e eeuw bezoeken. Nog wat gegevens van de Universiteit:
De Universiteit van Coimbra is een van de oudste universiteiten van Europa en daarmee van de wereld en is de oudste universiteit van Portugal. De instelling werd op 1 maart 1290, kort na de stichting van Portugal,opgericht door koning Dionysius en heeft sindsdien onafgebroken bestaan.
Vandaag de dag studeren er ruim 20.000 studenten aan de UC, verdeeld over acht faculteiten: Letteren, Rechten, Geneeskunde, Wetenschap & Technologie, Farmacie, Economie, Psychologie & Pedagogiek en Sportwetenschap & Lichamelijke Opvoeding.
Op de weg terug ga ik nog op zoek naar de oude kathedraal Se Velha. Door smalle steegjes gaat het behoorlijk omlaag. Aan ik aankom is het aan de voorkant bij de ingang een grote bouwput. Maar over vlonders op steigers kun je toch naar binnen. De kathedraal is heel oud en dat is ook goed te zien. De entree is 2,50.
Ze zijn met een grote renovatie bezig, en er is enkel licht bij het hoofdaltaar met zijn enorm groot en mooi uit hout gesneden timpaan. De mannen die de renovatie uitvoeren, zitten hoog in de gewelven te werken. Hier is nog enorm veel werk te verrichten. In de zijkanten van de kathedraal staan enkele sarcofagen van belangrijke personen uit een ver verleden.
Bij een valt mij gelijk iets op en wel de Jacobsschelpen boven de sarcofaag. Uit de informatie die erbij staat is op te maken dat het om een geestelijke gaat, die ook in Santiago de Compostela dienst deed. Nog wat rondkijkend zie ik dat het al half zes is. Dus rap naar “hoes” want ik moet de hele rugzak nog inpakken.
Morgen hopelijk op pad met een lichte zak oppe poekel. We zullen wel zien. Hoije
Coimbra
Woensdag 22 maart: Condeixa a Nova-Coimbra 19 km
Werd vannacht om 04.00 u wakker door een alarm op de diabloop. Gaat hij mij daar voor wakker maken omdat de insuline-ampul in de pomp nog maar 25 eenheden heeft.Ut mot toch neet gekker waere! Ik druk het alarm weg en pit verder. Maar met 3 pelgrims uit Frankrijk in de albergue weet je bijna zeker dat het vroeg morgen is. Om kwart over zes zijn ze de deur uit. En wat wil het toeval, vanmiddag tref ik hun in dezelfde hostal in Coimbra waar ik de kamer tegenover hun heb. Half zeven sta ik ook maar op. Verwissel eerst de infuset op mijn buik en dan de insuline-ampul in de pomp. Het is me allemaal wat. Maar om 07.15 u ben ook ik de deur uit samen met de Duitser en een Zuid-Afrikaan. Fijne gasten zijn het waarmee je een goed gesprek kunt hebben. Ongerwaeg laat ik ze toch maar achter. Ik loop liever mijn eigen tempo en dat is toch wel wat hoger ondanks mijn zware rugzak. In Cernache tref ik hun weer als ik aan de koffie zit in een kleine bar. Drie pelgrims en 3 grote rugzakken en er blijft weinig plaats over voor de andere gasten. We kletsen over de camino's en als ze horen welke tochten ik al gelopen heb, krijg ik veel respect van hun. Maar wat heet, pelgrimstochten lopen, is in de loop der jaren echt een van mijn passies geworden.Gisteravond voor we naar bed gingen, heb ik ze allemaal in mijn beste Engels (en dèt ging mich hiel good aaf) verteld over mijn diabloop systeem dat ik draag, omdat ook in de nacht wel eens een alarm af kan gaan. Laat dat nu afgelopen nacht dan ook nog gebeuren. Ik ga verder en loop over een mooi pad dat door struiken en bossen gaat. Wat is het genieten van de prachtige natuur, de mooie vergezichten ja, waar niet van. Ondertussen heeft ook het zonnetje zich laten zien en dat is te merken ook. Bij de volgende stop gaat mijn jas weer op de rugzak. As of dae nog neet zjwaor zat is. Als ik Coimbra nader komen ook de twee mannen aangelopen. Het gaat nu alleen nog
maar over asfalt en in de kleine dorpjes over kinderkopjes. In ieder dorp worden we luid toegejuicht (geblaft) door de vele honden, die in alle soorten en maten aanwezig zijn. Als we Coimbra naderen, gaan we eerst alle drie naar de Monasterie da Rainha Santa Isabel waar je ook kunt blijven slapen. We gaan eerst voor een stempel naar het ticket buro.
Hierna loop ik alleen verder, want ik moet naar de overkant van de de Rio Mondego. Na wat zoek- en vraagwerk vind ik tenslotte Pensão Santa Cruz wat recht t.o. de gelijknamige kerk ligt. Vijf hoog- zonder lift, dus trappie op,trappie af- zit ik hier met een blik recht op het timpaan van de kerk aan de overkant. In Coimbra blijf ik 2 dagen. Ik ga eens goed kijken wat uit mijn rugzak kan. Dit zal ik morgen naar huis sturen. Er moeten kilo’s uit.
Condeixa a Nova
21 Maart: Alvorge - Condeixa a Nova 24 km
Zoeken geblazen.
Vanmorgen voor het vertrek eindelijk eens een ontbijt kunnen bestellen en dat zag er voortreffelijk uit. Ik had de chef wat oud glutenvrij brood gegeven dat nog in mijn rugzak zat. Neet mier es unne hampel kruumels. Een heerlijke omelet met ham, eieren en daar mijn brood doorheen geroerd. Een lekker bakkie koffie maakte het compleet. Neil was inmiddels de deur allang uit. Hij zou ook tot mijn eindpunt lopen, zei hij. Maar ik heb hem in geen velden of wegen meer gezien ongerwaeg, laat staan in de albergue. Het is een beetje een vreemde vogel. Ik ben inmiddels niet meer alleen hier, want ik heb gezelschap gekregen van 3 Fransen.
Vandaag was het zonder meer een hele mooie route. Er zaten toch weer enkele fikse kuitebijters bij, maar daar zijn we intussen aan gewend. Lange mooie paden door olijfboomgaarden, bossen en mooie dalen. In Rabaçal stop ik voor een pauze bij albergue O Bonito. De bar ligt aan de albergue vast en ik kan binnen een stempel krijgen. Een lekkere bak koffie gaat er vlot in. Ook koop ik 2 flesjes sap die ik in mijn drinkfles giet voor ongerwaeg. Na een half uurtje stap ik op en vervolg mijn pad. Dit loopt door een mooie country-streek. De route is normalewijze heel goed gemarkeerd, maar hiej hubbe ze zitte te slaope. Juist op cruciale punten wijzen ze het verkeerde pad aan. In Fonte Corbeta stop ik bij een bijzondere plek. Het is teveel om op te noemen wat een alternatieveling hier heeft neergezet. Alles gericht op de camino en de Ruta Carmelita. Veel prullaria staat er. Weer verder wordt het zoekwerk nog erger. Zelfs Mary komt er op stukken niet meer uit. Uiteindelijk kom ik toch op het lange pad naast de droge bedding van wat eens een beek was. Bij de ruïne van Conimbriga drink ik nog wat en loop dan door naar mijn eindpunt. Morgen hoop ik aan te komen in Coimbra. Hier zal ik 2 dagen verblijven en kritisch naar mijn rugzak gaan kijken. Hij is nu te zwaar. Hoije.
Alvorge
Maandag 20 maart: Alvaiázere - Alvorge 24 km
Gisteravond ben ik gaan eten bij een klein soort afhaalzaakje. Dit op advies van de eigenaar van de albergue. Bij binnenkomst staat oma en een kleindochter in de open keuken. Het meisje vraagt wat ik wil eten. Tenminste, dat denk ik. Want ik kan er niets van maken en Engels begrijpt ze niet.
Ik probeer haar duidelijk te maken dat ik friet met vlees wil hebben. Maar dit komt niet aan. Dan maar via mijn Portugese vertaal app. En warempel, het werkt direct. Friet hebben ze niet maar wel kip. Ik geef haar mijn telefoon zodat zij kan intypen wat ze hebben. Duidelijkheid in de zaak. Een halve haan met rijst. Verder prijst ze mij de soep aan. Ik weer intypen: welke soep? Ze leest het en begint te lachen en wrijft zich over haar buik. Nou ja, boek, väöl boek zit der neet aan. Dan roept ze iets naar oma die mijn kip al aan het grillen is. Oma komt met een hele grote ketel soep aangedragen. En, ik overdrijf niet, de soeplaepel sjteit der in t midden rechop in. Ze lachte met haar hele gezicht en ik bestel ook maar een soepje vooraf.
De kip en rijst waren heerlijk. Maar de soep........rijkelijk gevuld maar met wat? Heb alleen maar het nat opgegeten, smaakte een beetje naar bonen.
Vanmorgen samen met Prïet uit Estland ontbeten. Alles stond klaar en we konden zo aanvallen. Heerlijk een kop koffie bij het ontbijt. Mijn glutenvrij brood had wel wat geleden in de rugzak, maar ik had toch iets. We kletsen over van alles en nog wat, maar hij wil alleen kwijt wat hij wil. Dat moet ik dan maar respecteren. Na het ontbijt is hij snel weg. Ik zal hem wel niet meer zien. Want hij loopt flinke afstanden per dag.
Om kwart over acht ben ik weg. Benieuwd wat de dag zal brengen. Als ik het dorp uit ben schrik even als ik zie dat de camino rechts omhoog gaat. Ik kijk in mijn gids zo van: zit ich waal good hiej. Ik moet omhoog naar de Alto de Vendas en dat 3 km lang. Het is puffen want het zonnetje is al in vol ornaat aanwezig. Een lekker begin vandaag. Maar wat geniet ik ondanks asfalt, kinderkopjes en prachtige maar steenrijke geitenpaadjes.De bloemenpracht, de kleurrijke vlinders, de lekkere koffie, de hulp van een bankmedewerker met het pinnen. Enig nadeel is een blaar op een plaats waar ik nog nooit blaren heb gehad: net onder een van de tenen. Tegen half vier kom ik op mijn bestemming aan, albergue O Lagareiro in Alvorge. Een prachtige plek om de nacht door te brengen.
Ongerwaeg heb ik nog een gedichtje geschreven. Steeds bij elke pauze een stukje. Hier wil ik dan ook deze dag mee afsluiten. Sjlaop ze
op mijn tocht vandaag
zie ik er velen
op die mooie
soms ruige paden
vrolijk fladderen ze rond
in velerlei kleuren
soms vlak voor mijn neus
vaak dicht bij de grond.
dan fladderen ze weg
en gaan mij voor
wijzen ze het pad
ik volg ze maar
de wijde wereld in
Alvaiazere
Zondag 19 maart: Calvinos - Alvaiázere 21 km
Prachtige zonnige dag
Gisteravond zat ik in een klein restaurantje langs het hostel
te eten. De attente jonge dame van de bediening vroeg of ik een pelgrim was naar Santiago. Jazeker, dat ben ik. Zij had samen met haar moeder een paar etappes van de Ruta Carmelita gelopen vanaf Coimbra, waar deze officieel begint. Ik zeg, dan ben je ook een pelgrim. Even weet ze zich geen houding te geven en giegelt maar wat.
Zij gaat verder met haar werk en ik eet rustig mijn bord leeg.
Lekker gegeten met een heerlijk glaasje witte wijn er bij. Als ik wil betalen komt de chef himself. Hij wil weten waar ik morgen naar toe ga. Ik vertel hem dat ik het morgen kort hou, ik ga tot Calvinos. Ohh zegt hij als de albergue maar open gaat. Het schijnt zo te wezen dat je bij aankomst moet iemand moet bellen. Maar of er dan ook iemand opneemt die de deur voor je opent, is dan nog maar de vraag. En dan sta je daar te koekeloere in the middle of nowhere.
Ja dat is natuurlijk geen goed vooruitzicht en de hele etappe lopen van Tomar naar Aziázere is me met 32 km te ver. Maar de chef komt met een verlossend antwoord. Hij moet morgenvroeg toch die kant op en ik kan mee rijden als ik wil. Nou deal dan. Ik moet om negen uur hier buiten wachten. Ik betaal en ben blij met deze oplossing.
Vandaag een zonnige dag
Om klokslag negen uur word ik opgepikt door de chef van gisteravond. In Calvinos stopt hij en ik bedank hem hartelijk. Als ik weer aan het lopen ben, zie ik dat de etappe hier in elk geval goed gemarkeerd is. Als ik bij de Pont de Ceras kom, krijg ik volgens mijn boekje het zwaarste stuk voor vandaag.
Inderdaad 2 km lang omhoog alsof het niks is. Vandaag is een heerlijke zonnige dag en dat merk ik op deze klim. Na een half uurtje stop ik even om mijn jas uit te doen. Te warm nu. Gestaag vorder ik langzaam naar boven met links en rechts niks dan eucalyptusbomen. Eenmaal boven stop ik even om de dorst te lessen. Weer verder loopt het pad met wat vals plat af en toe omhoog. De talrijk aanwezige bloemen zorgen voor een fleurige tocht. Dan komt mij een pelgrim voorbij gelopen met grote stappen. Een buen camino en hij gaat als een trein verder. Soms gaat het kleine stukken door dorpjes en gehuchtjes waar veel te koop staat. Veelal in totaal vervallen staat. Wat môsse dao noe nog met? Het is heerlijk lopen, zo zonder jas. Om 12 uur stop ik bij een dikke boomstronk om te eten. Vanmorgen ben ik nog snel naar een supermercato gegaan voor wat inkopen, o.a een glutenvrij brood. Dan komt de tweede pelgrim voorbij voor vandaag. Hij stopt en vraag waar ik vandaan kom. Hij komt uit Australië. We kletsen wat over de camino en dan loopt hij verder. Als ik opsta kraakt van alles. Jao,jao de kneukskes zien aug al get aajer. Maar verder ga ik tot dat er over een stuk asfalt moet worden gelopen waar ik altijd een hekel aan heb. Voor Cortica moet ik over 4,5 km asfalt waar bijna geen auto's rijden. Maar die er rijden, denken zeker dat ze Max zijn. Tjonge wat houden sommigen het gas er op. Uitkijken geblazen hier. De laatste km naar Aziázere gaan redelijk vlug. Als ik bij de albergaria Pinheiro's aanbel, maakt de pelgrim met zijn grote voetstappen de deur open. Hij vertelt mij dat
hij uit Estland komt. Met wat gebrekkig Engels komt er toch wat meer uit. Zo te zien zijn wij de twee enige pelgrims hier vandaag. De zoon van Carlos, de eigenaar verwelkomt mij en wijst mij een kamer. Het heeft wel de tand des tijds met moeite doorstaan. Maar ja ik heb een bed en dat is voldoende. Straks kijken om ergens een hapje te kunnen gaan eten. En dan rap naar bed.
Tomar
18 maart: Castelo Ourém - Tomar 24 km
Een keiharde maar mooie dag
Vanmorgen zou om 08.00u mijn ontbijt klaarstaan. Maar wat er ook was, geen ontbijt! Daar sta je dan als diabeet en niks te eten. Als ik om half negen geen telefonisch contact kan krijgen, spreek ik mijn noodrantsoen maar aan. Een reep en een pakje chocomel, daar doen we het dan maar mee. Insulinetoevoer via mijn dialoopsysteem laat ik achterwege. Dat wordt me even te link.
Kwart voor negen ben ik weg, op weg naar Tomar.
Ongerwaeg
Wat ik gisteren allemaal omhoog moest, moet ik nu natuurlijk omlaag en dat gaat een stuk sneller. Eenmaal beneden loop ik via asfaltwegen, die op en af gaan, verder tot ik op een afslag van een grindpad van Mary de melding krijgt dat ik hier rechtsaf moet slaan.
Ik kom uit op een, wat later blijkt, fantastisch Gravelpad.
Dan gaat mijn telefoon en warempel het is de eigenaar van mijn slaapplek. Hij verontschuldigt zich voor het mislopen van mijn ontbijt. Tja, da’s mosterd na de maaltijd! Hoewel ik het wel waardeer dat hij de moeite neemt om te bellen. Na nog een excuus verbreekt hij de verbinding. Ik loop verder door een prachtig gebied met veel bloeiende brem in diverse kleuren en prachtige bloeiende bloemen. Via een klein stukje asfalt stuurt Mary me opnieuw een natuurgebied in. Een kop koffie is hier denk ik niet te vinden. Dan stopt een man op zijn tractor een meter of twintig voor me. Als ik hem wil passeren,knoopt hij een gesprek aan. Nou ja een gesprek? Och mit henj en veut en hiel väöl Si, kumse un hiel eind. Hij vraagt mij waar ik naar toe ga. Santiago, zeg ik. Ohhh São muitos quilômetros. Kiek en dèt versjtaon ich weer waal.
We babbelen nog wat en dan wijst hij mij op een weg die ver weg ligt maar goed zichtbaar is door zijn rode kleur. Daar loopt de camino. Oei en dat moet ik allemaal nog omhoog en het is al zo zwaar. We nemen afscheid en hij wenst me een Buen Camino. Ongerwaeg zien, levert toch sjoeëne gesjprekke op. Ik loop verder en verder en na een paar korte pauzes loop ik inderdaad op die rode weg.
Het is een mooi pad, maar steeds gaat het omhoog en omlaag.
Vermoeiend en met zulke inspanningen kijk ik toch wat vaker op de diabloop waar ik de hoogte van mijn bloedsuikerspiegel kan aflezen. Bij een enorme rotspartij pauzeer ik. Tja,,väöl te aete heb ich neet, behalve een paar energierepen. Na deze pauze gaat het verder. Ondertussen begint het voor de de verandering weer eens te regenen. Maar goed dat ik vanmorgen mijn regenbroek heb aangedaan en de hoes over de rugzak. Heel raar die buien hier. Steeds van korte duur met daarna weer wat zon. Het pad loopt door veel olijfboomgaarden. Opeens hoor ik iemand roepen, "ola peregrino". Ik kijk, maar zie niet direct iemand. Dan komt een man tevoorschijn met een zaag in zijn handen. We raken aan de praat en met een mengelmoes van Portugees, Duits en Engels hebben we een aardig gesprek. Het gaat voornamelijk over zijn olijfgaard wat veel werk is en weinig opbrengt. Twee jaar geleden had hij een topjaar, met een opbrengst van 250 liter olijfolie. Ik kan me niet voorstellen dat je hier van kunt leven, gezien het vele werk dat hij heeft. Maar dat zegt hij ook. Nu is het vooral takken eruit zagen en maar hopen dat dan de oogst in november goed is. Als ik afscheid neem, zegt hij dat het naar het eerst volgende dorp nog 3 km is. Dat hoor ik graag. Maar achteraf gezien is dit misschien wel het zwaarste stuk camino is dat ik ooit heb gelopen. En dat vertelt de beste man er niet bij!
Want een km verderop kom ik op dit "klote" pad uit. Mary verteld me dat ik 1,5 km moet dalen. Maar het is geen pad meer, nee een geitenpaadje over spiegelgladde, uitstekende stenen en rotsen. Ook nog eens omringd door hoge struiken en m.n. bloeiende witte brem . Bijna een uur heb ik nodig tot dit pad over gaat in een brede gravelweg. Maar ja ook deze weg is geen meter vlak. Uiteindelijk kom ik in het eerste dorp ongerwaeg uit: Fungalvaz. Aan een jongeman vraag ik of er een bar en winkel is. Ich kós um waal om de nek vlege want die zijn er wel. In de winkel koop ik 2 bananen, een flesje water en 4 pakjes yoghurt. Voor de prijs van…. 1.62 euro. Dao kense nach ens inkaupe doon. Aan de winkel vast ligt ook de bar. Ik bestel een lekkere cappuccino. Oog valt op het wielrennen dat op 1 van de 2 grote schermen te zien is. Milaan San-Remo staat op.Effe kijken.
Na deze verdiende pauze stap ik op.
De muzikant
Ongerwaeg passeer ik weer veel honden die gelukkig weer vast zitten of achter een muur zitten te blaffen. Het laatste stuk gaat over asfalt. Van veraf zie ik het beroemde aquaduct al liggen. Met ongeveer zes kilometer lengte en 180 bogen is het Aquaduct van Pegões één van de belangrijkste openbare werken van de 17e eeuw in Portugal. Ik vind een mooi uitzichtpunt en maak wat foto's. Een heel stuk verderop loop ik via een lompe trap naar boven. Hier zit een man te spelen op een voor mij totaal onbekend instrument.
Maar het klinkt zo mooi, zo rustgevend dat ik mijn rugzak af doe en geniet van deze prachtige muziek die hij eruit tovert. In mijn beste Portugees vraag of ik een stukje mag opnemen. Hij heeft er geen bezwaar tegen. Maar ik moet verder. Nog 2 km tot Tomar, mijn eindpunt voor vandaag. Maar eerst ga ik nog binnen bij het Convento de Cristo, dat net voor Tomar ligt. Hier hebben ze een mooie stempel voor in mijn credential. Dan is het nog effe doorstappen tot ik bij mijn slaapplek ben.
Helemaal gaar plof ik op bed na 8 uur ongerwaeg te zijn geweest. Wat een zware tocht was dit vandaag. Maar ook een tocht met bijzondere ontmoetingen. Vanavond zal ik niet veel meer ondernemen. Douchen, eten en op tijd naar bed. Morgen komt weer een dag om U tegen te zeggen. O ja, en ik hoor wie Milaan-San Remo heeft gewonnen: Chapeau voor onze Matje!
Welterusten.
Fatima-Ourem
Fatima naar Castelo Ourém 12 km
Fatima
Vandaag begint de dag met een flinke plensbui. Maar goed dat ik nog een hele morgen voor me heb, want ik kom net uit bed. Rond acht uur ben ik weer het menke. Fris en glad geschoren eet ik mijn ontbijt ,dat ik nog van huis had meegenomen. Om negen uur ga ik naar beneden en vraag of mijn rugzak ergens kan staan tot 12 uur. Dèt ken, hoof ich dae gelukkig neet mij te sjleipe want ik ga eerst Fatima bezoeken. Eenmaal buiten, het is gelukkig droog, is het eerste natuurlijk een lekkere bak koffie. Dae heb ich gemis biej mien fruhstuck. Dan ga ik naar het enorm groot heiligdom van Maria. Maar voor ik naar de kerk wandel, steek ik eerst buiten een drietal kaarsen aan. Kaarsen voor een speciale gedachtenis. Dan laat ik mijn credential afstempelen en ga omhoog nar de kerk. Het is een kerk van grote eenvoud, zonder ook maar enige kitsch. Wel mooi maar ook heel eenvoudig zijn de graven van de 3 herderskinderen Francisco, Lucia en Jacinta. Vervolgens loop ik het grote plein voor de kerk over om naar het museum van de Rosário te lopen. Dit museum ligt tegenover de grote pelgrimskerk die ik later nog bezoek. Een mooi museum met rozenkransen in allerlei uitvoeringen. Zo zijn er verschillende die eens bezit waren van een of andere paus. Ook liggen hier verschillende kapellen en dit alles onder de grond.
Inmiddels is het tijd om een hapje te gaan eten. En daar hoef je niet voor te zoeken. Eettentjes meer dan genoeg, evenals souvenirwinkels. Mer die laot ich links ligke, de rugkzak is mich sjwaor genog. Het eten smaakt me goed en ook nog eens spotgoedkoop. Als ik mijn rugzak ga ophalen is het half een en tijd om te vertrekken voor de eerste dag.
Ongerwaeg
Om Fatima uit te komen is het even zoeken. Maar al snel heeft Mary, mijn “routebegeleidster van het gps”,het juiste spoor te pakken op komoot. Het zal de hele tocht alleen maar op en af gaan met soms enkele pittige kuitebijters. Droog blijft het ook niet. Na een half uur lopen, sta ik al te schuilen. Ben blij als ik Fatima uit ben want langs grote wegen lopen is niet mijn ding. Ik loop door bossen, over heuvels, door olijvenboomgaarden en maar steeds op en af. Bij een kleine kerk pauzeer ik. Velt neet met dae zjwaore rugkzak oppe poekel. Maar het is natuurlijk ook weer wennen. Als ik hier weer net wil vertrekken, begint het weer te ziemelen. In de verte zie ik boven op een heuvel mijn einddoel voor vandaag liggen. Zal nog een fikse klim worden,denk ik zo.
Ongerwaeg laten de honden zich ook horen. Gelukkig zitten de meeste achter een hek of muur. Een enkele kleine keffer waagt het om achter me aan te komen. Ik kom aan bij het zwaarste loodje van de dag. Behoorlijk steil gaat het de hoogte in en dat ook nog over een oude keienweg. Voor de variatie regent het weer, maar mijn paraplu doet goed werk. Helemaal boven kom ik aan bij het Castelo waar ik volgens Mary een fiks aantal trappen omlaag moet om bij mijn slaapplek te komen. Dit gaat ondanks de regen vlot en eenmaal beneden, sta ik voor de grote kerk met er voor verschillende kleine kroegjes. Bij een schiet ik naar binnen en bestel een lekker potje bier. Mijn bed staat iets verderop dus als het nodig mocht zijn kan ich euver de kneen dao haer.
Ik hou het toch maar bij die ene pint en zoek mijn kamer op in Casa do Castelo Ourem. Prachtig onderkomen, een heerlijke douche en vanavond hopelijk een lekkere glutenvrije maaltijd. Zo dit is voor vandaag met als afsluiting een haiku.
het oude zandpad
zijn duizenden voetstappen
lopen steeds verder
Fatima
Donderdag 16 maart
Start.
Vandaag de grote dag. Na een wat onrustige nacht sta ik om half acht onder de douche. Thea zorgt intussen voor de koffie en haalt beneden de krant. Dagelijks ritueeltje:ontbijten,krantje en puzzels in de krant maken.
Hierna gaat Thea douchen en ik doe de laatste spullen in mijn rugzak. Check nog even waar ik de insuline heb gestopt en dan gaat hij dicht. 10 kg oppe poekel! We zullen zien hoe het morgen met lopen gaat. Ken nog altijd ongerwaeges uns get kwiet waere!
Om kwart over elf vertrekken we naar Eindhoven waar Thea om kwart over twaalf de auto parkeert op het kort verblijfdek "Kiss en Ride",
We eten een hapje en dan neem ik met een brok in mijn keel afscheid. Ik zal het de komende tijd zonder haar moeten doen. Een laatste zwaai en ik ben weg. Bij de bagagescan vertel ik dat ik in mijn rugzak medische spullen heb die niet door de scan mogen. Bij elkaar bijna een half uur zitten te klooien. Uiteindelijk, als alles weer zit waar het moet zitten, loop ik richting gate-1 vanwaar we vertrekken. Wachten duurt soms lang,maar om kwart over drie stap ik aan boord bij Transavia. Mijn rugzak past maar net in het bagagerek.
Een stewardess komt informeren naar de medische bagage die ik had opgegeven. Ze vroeg wat ik bij me had en waar het in zit. Uitgelegd dat dit allemaal in de rugzak opgeborgen zit. Dat was verder oke. Klokslag kwart voor vier vertrekken we naar Lissabon. Een vlucht van twee uur en vijfenveertig minuten, Dat betekent dat we rond half zes Portugese tijd in Lissabon zijn. Zal geen probleem moeten zijn om de bus van zeven uur vanavond naar Fatima te halen.
In Lissabon is het miezerig grijs weer. Wat even later overgaat in een fikse regenbui. Een taxi brengt me naar de busterminal, vanwaar de bus naar Fatima vertrekt. Stipt 19.00u vertrekt die. Miense van de klok! Anderhalf uur later arriveer ik bij mijn overnachtingadres in Fatima: hospederia Sao Jorge. Nog wat eten, effe appen met Thea en vlug naar dromenland. De rape gaar!
Vertrek
Door Corona en een operatie, is het weer enkele jaren geleden dat ik nog een pelgrimstocht heb gelopen.
In 2019 liep ik samen met Rúna mijn wandelmaatje uit Ijsland het Olavpad dwars door Zweden van Sundsvall aan de Botnische golf naar Trondheim in Noorwegen. Een prachtige tocht was het.
Nu ga ik naar Portugal om daar de Camino Portugese te lopen van Fatima naar Santiago de Compostela en dan verder naar Fisterra em Muxia. Het was de bedoeling dat ook nu Runa mee zou lopen, maar jammer genoeg zal ik alleen moeten gaan omdat Rúna last van haar knie heeft en dit niet aan durft. Ik begin in Fatima, waar ik de eerste dagen de Camino Ruta Carmelita zal volgen om dan in Coimbra op de Camino Portugese verder te lopen. Donderdag 16 maart a.s vertrek ik en hoop op vrijdag 17 maart te beginnen met lopen. Een ding is zeker: ik heb er enorm veel zin in.
velen wegen heb ik afgelegd
bergen en valleien doorkruist
van oost naar west
van noord naar zuid
als ik de vrijheid om mezelf
te zijn niet heb ontdekt
ben ik nergens aangekomen